1824 (Whalebone xx x Rubens xx)
Samenvatting
Defence xx is een bruine Engelse volbloedhengst uit de beginjaren van de geregistreerde paardenfokkerij. Hij is in 1824 geboren en behoorde tot de vierde generatie na de hengst Eclipse xx (1764), die samen met Herod xx (1758) en Matchem xx (1748), als grondlegger van de fokkerij van de Engels volbloed wordt gezien.
De nalatenschap van Defence xx in de fokkerij bestaat enerzijds uit een tak warmbloedhengsten die vooral in Oldenburg, Oost Friesland en Nederland furore heeft gemaakt als koetspaard en anderzijds uit een tak Engels volbloeds waaruit in Frankrijk zeer succesvolle renpaarden zijn voortgekomen.
In de karossierstak heeft de hengst Agamemnon Oldbg (1863) een belangrijke rol gespeeld. Samen met zijn zonen Magnat Oldbg (1874) en Jago Oldbg (1877) heeft hij Oldenburg, Oost Friesland en vooral het noorden van Nederland in de tweede helft van de negentiende eeuw van moderne koets- en landbouwpaarden voorzien.
Het bloed van Agamemnon is nog altijd terug te vinden in de afstamming van diverse Gelderse paarden, maar de rechtstreekse hengstenlijn van Agamemnon is met het overlijden van de hengst Bernhard OFS/GPS in 1934 uitgestorven.
In de Engels volbloed tak van Defence xx spelen de hengsten The Emperor xx (1841), Monarque xx (1852), Prestige xx (1903) en Sardanapale xx (1911) een belangrijke rol.
The Emperor xx maakte de oversteek van Engeland naar Frankrijk. Zijn zoon Monarque xx was één van de beste renpaarden die tot het midden van de 19e eeuw in Frankrijk waren gefokt en leverde in de fokkerij met Gladiateur xx (1862) het beste renpaard van de eeuw af.
Prestige bleef als twee- en driejarig renpaard ongeslagen en had een winsom van ruim Ffr 350.000, hetgeen in 1906 een gigantisch bedrag was. Zijn zoon Sardanapale xx verdiende op de renbaan ruim Ffr 1.000.000. Ook in de fokkerij was Sardanapale xx succesvol en werd in Frankrijk twee keer de hengst met de best presterende nakomelingen in een jaar.
Het bloed van Sardanapale xx komt nog altijd in de afstamming van diverse rijpaarden voor, maar met de dood van de hengst Invincible SF (1952, V. L’Alcazar xx) in 1976 is de rechtstreekse mannelijke lijn van Defence xx uitgestorven.
Voorkomen en afstamming
Defence xx (V. Whalebone xx) is een bruine hengst met een stokmaat van 157 cm. Hij is in 1824 in Engeland geboren en is gefokt door Isaac Sadler, die boerderijen bezat in de omgeving van Cheltenham en Stockbridge.
Voor Thorougbred Heritage heeft Patricia Erigero een portret geschreven over de belangrijke stempelhengst Whalebone xx, waarin ook aandacht wordt besteed aan zijn zoon Defence xx. Een aantal opmerkingen uit dat portret zijn hier overgenomen.
Defence was een hengst die er nogal dik uitzag. Hij had een hoofd zonder aftekeningen, een brede borst, een prachtige schouder en een korte rug.
Vader
De vader van Defence xx is de bruine hengst Whalebone xx (1807), die is gefokt door de Euston stoeterij.
De vader van Whalebone xx is de hengst Waxy xx (1790) en Waxy xx is via zijn vader Pot-8-Os xx (1773) een kleinzoon van de stamvader Eclipse xx (1764).
De moeder van Whalebone xx is de bruine merrie Penelope xx (1798, V. Trumpator xx). Zij is ook de moeder van Whalebone’s broers Woful xx (1809, V. Waxy xx) en Whisker xx (1812, V. Waxy xx) en van verschillende goede fokmerries.
Moeder
De moeder van Defence xx is de vos merrie Defiance xx (1810, V. Rubens xx), die ook door Sadler is gefokt. Defiance xx was een uitstekend fokkende merrie, die ook de moeder is van de hengst Dangerous xx (1830, V. Tramp xx) die de Epson Derby in 1833 won en later als fokhengst naar Frankrijk is gegaan.
Sport- en fokkerijcarrière
In 1827 was de Epson Derby de eerste ren waarin Defence xx startte. Tijdens de ren werd hij kreupel en was het meteeen ook zijn laatste ren.
Defence xx is van 1828 tot 1845 actief geweest in de fokkerij.
Van zijn zonen waren Tipple Cider xx (1833), Bulwark xx (1936), Barrier xx (1839), Palladium x (1839) en The Emperor xx (1841) winnaars op de renbaan, waarbij The Emperor xx in 1844 en 1845 de Ascot Gold Cup won en daarna een zeer succesvolle fokhengst is geworden in Frankrijk.
De dochters van Defence xx waren op de renbaan net zo goed als zijn zonen: Deception xx (1836, MV. Tramp xx) won de Oaks in 1839 en werd dat jaar tweede in de Derby; Benedetta xx (1838, MV. Phantom xx) won de Newmarket’s Hopeful Stakes; Decision xx (1838, MV. Whisker xx) won de Goodwood’s Molecombe Stakes en Barricade xx (1841, MV. Reveller xx) won de Goodwood’s Sussex Stakes.
Diverse dochters van Defence xx zijn succesvolle fokmerries geworden, die tal van winnaars hebben voortgebracht.
Voor de paardenfokkerij op het Europese vasteland zijn de zonen Defensive xx (1831) en The Emperor xx (1841) van belang geweest.
Defence xx is op 23 september 1848 afgevoerd.
Zonen van Defence xx
1. Defensive xx (1831)
Defensive xx (V. Defence xx) is een bruine hengst die in 1831 in Engeland is geboren. Zijn moeder is een vos dochter (1822) van de hengst Selim xx en tweede moeder is de schimmel Euryone xx (1913, V. Witchcraft xx).
Defensive xx is omstreeks 1840 verkocht naar Duitsland, waar volgens de All Breed Database in de jaren 1840 – 1850 diverse nakomelingen van hem zijn geregistreerd. De nakomelingen waren voor een deel volbloeds, maar het Mecklenburgse- en het Hannoveraanse stamboek hebben halfbloed nakomelingen van hem geregistreerd. De bekendste nakomeling is de hengst Jellachich Meckl.
1.1. Jellachich Meckl DE333180143444
Jellachich Meckl (V. Defensive xx) is een bruine hengst met een stokmaat van 155 cn. Hij is geboren in 1844 en is gefokt door stoeterij Broock in Demmin, dat circa 50 km ten oosten van Rostock en 45 km ten noorden van Neubrandenburg in Voorpommeren ligt.
De hengst is genoemd naar de Kroatische Graaf Josip Jellachich (1801 – 1859) , die luitenant-veldmaarschalk was in het Oostenrijk-Habsburgse leger en de commandant was van het Habsburgse leger in Kroatië.
De moeder van Jellachich is de merrie Beauty Meckl. Haar verdere afstamming is onbekend.
Jellachich wordt gezien als één van de grondleggers van de Hannoveraanse fokkerij. Hij is van 1850 tot en met 1866 voor de fokkerij beschikbaar gesteld door de staatsstoeterij in Celle.
Volgens diverse databases bracht hij tenminste vijf hengsten die zijn ingezet voor de fokkerij: Croat Hann (1851), Montenegro Hann (1851), Wladika Hann (1852). Banus Hann (1854) en Agamemnon Oldbg (1863).
Montenegro dekte van 1855 tot 1868 op de stoeterij Herrenhausen dat onderdeel was van het koninklijke hof van het Koninkrijk Hannover (1815 – 1866). Het koninkrijk Hannover is ontstaan na de Napoleontische oorlogen. Toen Hannover in de Oostenrijk-Pruisische oorlog de kant van Oostenrijk koos en Pruisen de oorlog won, werd het koninkrijk Hannover in 1866 een provincie van Pruisen.
Over de hengsten Croat en Wladika is weinig bekend. Banus heeft twee jaar gedekt op een stoeterij in Thedinghausen, dat tussen Verden en Bremen in Nedersaksen ligt. Agamemnon wordt hierna in een apart hoofdstuk besproken.
1.1.1. Agamemnon Oldbg DE333180056063
Agamemnon Oldbg (V. Jellachich Meckl) is een bruine hengst met een stokmaat van 159 cm. Hij is in 1863 geboren.
De moeder van Agamemnon is een dochter van de zwarte Meklenburgse hengst Zernebog (1945, V. Jupiter xx), die voor 75 % volbloed was.
Omdat Jellachich tenminste 50 % volbloed in de afstamming voerde, had Agamemnon een afstamming met tenminste 62,5 % Engels volbloed.
Agamemnon is goedgekeurd en geprimeerd door het Oldenburgse stamboek en is tot 1886 actief geweest in de Oldenburgse- en Oostfriese fokkerij.
In januari 2017 heeft Gerrit van Heijst in Ermelo een presentatie gegeven met de titel “Interessante oude bloedlijnen Gelders Paard; toekomstperspectief ontwikkeling fokkerij Gelders paard”. In zijn presentatie schenkt hij ook aandacht aan de hengst Agamemnon, waarbij hij aangeeft dat Agamemnon een favoriete hengst was bij veel fokkers. Hij fokte veel beweging en heeft een belangrijke hengstenlijn op kunnen zetten. Zijn bloed komt volop voor in de fokkerij van het Oldenburgse- en Oostfriese paard.
Toen de behoefte aan koetspaarden hoogtij vierde was de invloed van Agamemnon in de fokkerij het grootste, maar toen de vraag naar koetspaarden afnam en de fokkerij een omslag maakte naar het zwaardere landbouwpaard, nam de invloed van Agamemnon af. De in Frankrijk gefokte hengst Normann (1868, V. Introuvable) en zijn zonen, die vooral kleinere, gedrongen werkpaarden brachten, namen de positie van Agamemnon over.
Desondanks is de Agamemnon invloed via de fokkerij van het Gelderse Paard overeind gebleven. De hengsten die daarin een rol speelden, waren Olivier Oldbg (1899, V. Coco Oldbg), Xerxes II GrPS (1986, V. Xerxes OF, zie hfdst. 1.1.1.2.1.1.) en Ebert GrPS (1917, V Monocraat GrPS).
Dertien van dochters van Agamemnon zijn moeder van een goedgekeurde hengst geworden:
NN Oldbg, 1870, MV. onbekend, is de moeder van de hengst Eginhard II OF (1895, V. een zoon van Einar Oldbg), die is goedgekeurd door het Oostfriese stamboek;
NN Oldbg, 1870, MV. onbekend, is de moeder van de hengst Olaf Oldbg (1891, V. Hartschier OF), die is goedgekeurd door het Oldenburgse stamboek;
Zofe Oldbg, 1874, bruin, MV. Dettmers Landessohn Oldbg, is de moeder van de hengst Arthur Oldbg (1897, V. Matfried Oldbg), die is goedgekeurd door het Oldenburgse stamboek;
Agamemnon Oldbg, 1875, zwart, MV. Landessohn Oldbg, is de moeder van de hengsten Edzard Oldbg (1877. V. Apollo OF), Graf Wedel I Holst (1880, V. Graf Wedel Oldbg) en zijn broer Graf Wedel III Holst (1885).
Edzard is goedgekeurd door het Oldenburgse stamboek en de Graf Wedel broers door het Holsteinse stamboek;
Elisabeth Oldbg, 1880, MV. Prinz Friedrich-Carl Oldbg, is de moeder van de hengst Wilko Oldbg (1884, V. Cyrus Oldbg), die is goedgekeurd door het Oldenburgse stamboek;
NN Oldbg, 1880, MV. Fürst Bismarck Oldbg, is de moeder van de hengst Micado Oldbg (1888, V. Emigrant Oldbg), die is goedgekeurd door het Oldenburgse stamboek;
Ackerlerche Oldbg staatspremiemerrie, 1881, bruin, MV. Kimme Oldbg, is de moeder van de hengst Orlow Oldbg (1890, V. Wilko Oldbg), die is goedgekeurd door het Oldenburgse stamboek;
Asteria Oldbg, 1881, zwart, MV. Lubsens Oldenburger Oldbg, is de moeder van de hengst Adolf Oldbg (1886, V. Emigrant Oldbg), die is goedgekeurd door het Oldenburgse stamboek;
Gleichmut Oldbg, 1881, MV. onbekend, is de moeder van de hengsten Anskar Oldbg (1886, V. Emigrant Oldbg), Crabus (1887, V. Saul Oldbg), Engelbert Oldbg (1889, V. Enno Oldbg), Jacob Oldbg (V. Kimme Oldbg), Friso OF (1889, V. Einar Oldbg) en Eginhard OF (1892, V. een zoon van Einar Oldbg).
Anskar, Crabus en Engelbert zijn goedgekeurd door het Oldenburgse stamboek en Jacob, Friso en Eginhard door het Oostfriese stamboek:
N.B. Het zou kunnen zijn dat de bovengenoemde hengsten geboren zijn uit twee merries die beiden Gleichmut heten
Dampfmühle Oldbg, 1882, donkerbruin, MV. Crassus Oldbg, is de moeder van de hengst Enno Oldbg (1885, V. Eggi Oldbg), die is goedgekeurd door het Oldenburgse stamboek;
Arya Oldbg, 1883, bruin, MV. Atlas Oldbg, is de moeder van de hengst Armo Oldbg (1889, V. Emigrant Oldbg), die is goedgekeurd door het Oldenburgse stamboek;
Veda Oldbg staatspremiemerrie, 1884, MV. Stallmeister Oldbg, is de moeder van de hengst Patroclus Oldbg (1988, V. Young Othello Oldbg), die is goedgekeurd door het Oldenburgse stamboek;
NN Oldbg, MV. onbekend, is de moeder van de hengst Rubico Oldbg (1887, V. Rubico.
Van Agamemnon zijn tenminste 22 zonen goedgekeurd voor de fokkerij:
Achill Holst (1872), Agent Oldbg (1872), Amy Oldng (1974), Magnat Oldbg (1874), Rynald Oldbg (1874), Jago Oldbg (1877), Abel Oldbg (1878), Young Agamemnon Oldbg (1878), Ardo Oldbg (1879), Condor Oldbg (1879), Jung Agamemnon OF (1879), Orest OF (1879), Otto Hann (1879), Condé Oldbg (187x), Amor Oldbg (1880), Apollo Oldbg (1881), Antonio Oldbg (1882), Athela Oldbg (1882), Regenhald Oldbg (1882), Admiral Oldbg (1884), Fürst Oldbg (1874) en Graf Wedel II Holst (1884).
De hengsten Magnat Oldbg, Jago Oldbg, Ardo Oldbg en Admiral Oldbg worden verderop in de tekst in afzonderlijke hoofdstukken besproken.
De hengst Rynald Oldbg is de vader van de hengst Raubritter Oldbg (1883). Zijn donkerbruine dochter Ilona Oldbg (1889) is de derde moeder van de hengst Rudolfszoon Oldbg (1921, V. Rudolf Oldbg). Rudolfszoon is goedgekeurd door het Gronings-, Drents- en NSTg stamboek en was in de jaren 1924 – 1939 een populiere hengst in Nederland. Van hem zijn de hengsten Raadsheer GrPS/DPS (1927), Wim GrPS/GPS (1929) en Trudolfszoon NSTg (1931) goedgekeurd.
De overige zonen van Agamemnon zijn voor de huidige fokkerij van minder belang geweest.
1.1.1.1. Magnat Oldbg DE333180086074
Magnat Oldbg (V. Agamemnon Oldbg) is een donkerbruine hengst die in 1874 is geboren. Zijn moeder is een dochter van de hengst Dettmers Landessohn Oldbg (1865). De verdere moederlijn is onbekend.
Magnat is in het najaar van 1876 goedgekeurd en geprimeerd door het Oldenburgse stamboek. Hij is van 1877 tot en met 1894 actief geweest in de fokkerij.
Magnat is de vader van 24 goedgekeurde hengsten geworden:
Magyar Oldbg (1877), Young Magnat Oldbg (1878), Capellmeister Oldbg (1879), Monac Oldbg (1880), Marion Oldbg (1881), Modin Oldbg (1881), Julius Oldbg (1993), Matador Oldbg (1883), Michel Oldbg (1883), Morton Oldbg (1883), Waltram Oldbg (1883), Achill Holst (1885), Alarich Oldbg (1885), Claudier Oldbg (1885), Clever Oldbg (1885), Manfred Oldbg (1885), Ailrat Oldbg (1887), Ewald Oldbg (1887), Gelrus Oldbg (1887), Toast Oldbg (1888), Bravo Oldbg (1889), Munis Oldbg (1889), Waltram II NPS (1891) en Adam Oldbg (1895).
De hengst Modin Oldbg is via zijn zoon John Bull Oldbg (1889), kleinzoon Waltram GrPS/NPS (1894) en achterkleinzoon Gantinus NSTg de betovergrootvader van de merrie Juliana XVII hb NSTg. Zij is de tweede moeder van de hengst Zadonis NSTg (1935, V. Sadonis NSTg).
Zadonis was in de jaren 1938 – 1955 bij het VLN een veelgebruikte hengst in de fokkerij van het Gelderse paard. Zijn bloed komt o.a. voor in de afstamming van Marconi KWPN (1971, V. Indiaan KWPN) en Pion KWPN (1974, V. Abgar xx).
Van de hengst Julius Oldbg zijn in Nederland acht zonen goedgekeurd. De hengst wordt verderop in de tekst in een afzonderlijk hoofdstuk besproken.
De hengst Waltram Oldbg is goedgekeurd door het Oldenburgse stamboek. Hij is de vader van de eveneens door het Oldenburgse stamboek goedgekeurde hengst Bernhard Oldbg (1887). Bernhard’s dochter Erra Oldbg (1891) is de derde moeder van de hengst Monocraat GrPS (1913). Monocraat is de vader van Ebert GrPS (1917) en staat daarmee aan de basis van de tuigpaardenlijn Ebert GrPS – Nubert NSTg (1926) – Kurassier Sgldt (1946) – Oregon Sgldt (1950).
Van de hengst Ailrat Oldbg zijn door het Oldenburgse stamboek negen zonen goedgekeurd voor de fokkerij. De hengst wordt verderop in de tekst in een afzonderlijk hoofdstuk besproken.
Van de hengst Waltram II NPS zijn in Nederland zeven zonen goedgekeurd vor de fokkerij. De hengst wordt verderop in de tekst in een afzonderlijk hoofdstuk besproken.
De overige goedgekeurde zonen van Magnat hebben geen bijzondere bijdrage aan de fokkerij geleverd.
Daarnaast zijn dertien dochters van Magnat moeder van een goedgekeurde hengst geworden:
Europa Oldbg, 1878, zwart, MV. David Oldbg, is de moeder van de hengst Einar Oldbg (1882, V. Young Othello Oldbg), die is goedgekeurd door het Oldenburgse stamboek;
Thetis Oldbg, 1878, donkerbruin, MV. Kimme Oldbg, is de moeder van de hengsten Edo Oldbg (1882, V. Edzard Oldbg), zijn broer General Ziethen Oldbg (1883) en van Wittelsbacher Oldbg (1890), die alle drie zijn goedgekeurd door het Oldenburgse stamboek;
Eröffnung Oldbg, 1881, bruin, MV. Orest Oldbg, is de moeder van de hengst Tello Oldbg ( 1887, V. Young Othello Oldbg), die is goedgekeurd door het Oldenburgse stamboek;
Rosa Oldbg, 1883, bruin, MV. Emanuel Oldbg, is de moeder van de hengst Farmer Oldbg (1895, V. Astrubal Oldbg), die is goedgekeurd door het Oldenburgse stamboek;
Recha Oldbg, 1884, donkerbruin, MV. Kimme Oldbg, is de moeder van de hengst Gerold Oldbg (1997, V. Emigrant Oldbg), die is goedgekeurd door het Oldenburgse stamboek;
Ella Oldbg, 1885, bruin, MV. Kimme Oldbg, is de moeder van de hengsten Krosus Oldbg (1892, V. Enno Oldbg) en zijn broer Kurfürst Oldbg (1898), die beiden zijn goedgekeurd door het Oldenburgse stamboek;
Holztaube Oldbg, 1885, MV. onbekend, is de moeder van de hengst Ailrat Oldbg (1894, V. Ailrat Oldbg), die is goedgekeurd door het Drentse stamboek;
Adna Oldbg, 1886, bruin, MV. Kimme Oldbg, is de moeder van de hengst Aristokrat Oldbg (1892, V. Remus Oldbg), die is goedgekeurd door het Oldenburgse stamboek;
Grisonne Oldbg, 1886, zwart, MV. onbekend, is de moeder van de hengst Amboss Oldbg (1900, V. Freischütz Oldbg), die is goedgekeurd door het Oldenburgse stamboek;
Boba BD III Oldbg, MV. onbekend, is de moeder van de hengst Conflict Oldbg (1895, V. Siegfried I ), die is goedgekeurd door het Oldenburgse stamboek;
Rosa GrPS preferent, MV. onbekend, is de moeder van de hengst Isenhard GrPS (1897, V. Martin Oldbg), die is goedgekeurd door het Nederlands- en het Gelders Paardenstamboek;
NN Oldbg, is de moeder van de hengst Morgan Oldbg (1886, V. Antonio Oldbg), die is goedgekeurd door het Oldenburgse stamboek en
NN Oldbg, is de moeder van de hengst Frank OF (1895, V. Freibeuter Oldbg), die is goedgekeurd door het Oostfriese- en het Drentse stamboek.
1.1.1.1.1. Julius Oldbg / 95 NPS / 18vGeP
Julius Oldbg (V. Magnat Oldbg) is een bruine hengst met een stokmaat van 159 cm. Hij is op 20 april 1883 geboren in Hammelwardermoor, dat circa 25 km ten noordoosten van Oldenburg aan de oever van de Weser ligt.
De moeder van Julius is een dochter van de hengst Albion Oldbg. De verdere moederlijn is niet bekend.
Julius is goedgekeurd door het Oldenburgse stamboek en later door het Nederlands Paardenstamboek (NPS) en het Gelderse Paardenstamboek (GPSa).
Volgens het boek Grondleggers Nederlandse Warmbloedfokkerij heeft het NPS de stokmaat vastgesteld op 163 cm. en het exterieur van Julius omschreven als een hengst van het gekruiste Oldenburgse ras met een levendig temperament. Hij is een vrij goedgebouwde hengst met goede bewegingen.
In de jaren 1889 – 1902 heeft het GPSa acht zonen goedgekeurd voor de fokkerij:
Julius II GPSa (1889), Knel GPSa (1884), Balder GPSa (1896), Caesar GPSa (1897), David GPSa (1902) en Garibaldi GPSa (1902).
Het NPS en het Fries Paardenstamboek (FPS) hebben de hengst Pretendent NPS (1897) goedgekeurd.
De hengst Domino FPS (1903) is goedgekeurd door het FPS, het GPSa en het NPS;
Knel is ook goedgekeurd door het NPS; Caesar ook door het Fries Paardenstamboek en Garibaldi ook door het NSTg.
Hoewel sommige zonen enkele goedgekeurde hengsten hebben gebracht is de invloed van Julius via zijn zonen en kleinzonen beperkt.
Vier dochters van Julius zijn moeder van een goedgekeurde hengst geworden:
Carmen NPS (MV. onbekend) is de moeder van de hengst Sultan XV NPS (1902, V. Roland GPSa), die is goedgekeurd door het GPSa en het NPS;
Julia NPS (MV. onbekend) is de moeder van de hengst Nico NPS (1902, V. Andreas NPS), die is goedgekeurd door het NPS en het NSTg;
NN GPSa (MV. onbekend) is de moeder van de hengst Aurora GPSa (1901, V. Balder GPSa), die is goedgekeurd door het GPSa;
Spanje I GPSa, 1898, donkerbruin, MV. onbekend, is de moeder van de hengst Admiraal NSTg (1907, V. Emigrant NPS), die is goedgekeurd door het NSTg en het GPSa.
1.1.1.1.2. Ailrat Oldbg DE 333180119387
Ailrat Oldbg (V. Magnat Oldbg) is een donkerbruine hengst die in 1887 is geboren.
Zijn moeder is de bruine merrie Anina Oldbg (1879, V. Kimme Oldbg) en tweede moeder is de bruine Nora Oldbg (1869, V. Blüchers Sohn Oldbg).
Ailrat is in het najaar van 1889 goedgekeurd door het Oldenburgse stamboek. Hij is tenminste tot 1902 actief geweest in de fokkerij.
Dochter Gundeline Oldbg (1900, MV. Tello Oldbg) is de moeder van de hengst Friedel Oldbg (1912, V. Erbfürst Oldbg), die is goedgekeurd door het Oldenburgse-, Groningse- en NSTg-stamboek.
Negen zonen van Ailrat zijn goedgekeurd voor de fokkerij:
Andreas Oldbg (1893), Apsyrtus Oldbg (1893), Patagoniër Oldbg (1893), Ailrat Oldbg (1894), August Oldbg (1895), Reinold Oldbg (1898), Prins Oldbg (1900), Hertog van Oldenburg NPS (1902) en Matador II Oldbg (1903).
Andreas en Patagoniër zijn goedgekeurd door het Oldenburgse stamboek. De hengst Ailrat is goedgekeurd door het Drentse stamboek; August door het Groningse- en het Friese stamboek; Reinold en Matador II door het Friese stamboek; Prins door het Groningse stamboek en Hertog van Oldenburg door het Nederlands Paardenstamboek.
De hengst Apsyrtus Oldbg (MV. onbekend) is goedgekeurd door het Gronings paardenstamboek. Volgens het boek “Grondleggers Nederlandse paardenfokkerij” was Apsyrtus ”een zeer goed gebouwd, zwaar tuigpaard, dat nog iets beter in schoft en rug kon zijn en iets meer luxe kon bezitten. De stand voor is iets bodemwijd, overigens tamelijk vierkant; stap voor iets uitwaarts opnemend, overigens tamelijk vlot en vierkant; draf is alle opzichten zeer goed en zeer krachtig”.
Van Apsyrtus zijn de zonen Apsyrtus II GrPs (1897, MV. onbekend), Huibert GrPS (1897, MV. Bucephalos GrPS), Haarbij GrPS (1898, MV. Emigrant II Oldbg), James GrPS (1899, MV. Emigrant GrPS), Othello GrPS (1899, MV. Jonge Othello Oldbg) en Luurt GrPS (1900, MV. Kees GrPS) in Nederland goedgekeurd.
Geen van zonen en kleinzonen van Ailrat heeft grote invloed op de fokkerij gehad.
1.1.1.1.3. Waltram II NPS 328
Waltram II NPS (V. Magnat Oldbg) is een donkerbruine hengst met een stokmaat van 161 cm. Hij is in 1891 geboren.
Zijn moeder is een dochter van de hengst Young Othello Oldbg en tweede moeder is de merrie Epidemie.
Waltram II is in 1894 goedgekeurd door het Nederlands Paardenstamboek, dat in de periode 1898 – 1903 zeven zonen van hem heeft goedgekeurd voor de fokkerij.
De goedgekeurde zonen zijn Walthram III NPS (1895), Alfader NPS (1896), Frans IV NPS (1896), Nelson V NPS (1897), Hermes NPS (1898), Nelson VII NPS (1897) en Frans V NPS (1900).
Geen van de zonen heeft veel bijgedragen aan de fokkerij.
1.1.1.2. Jago Oldbg DE333180093877
Jago Oldbg (V. Agamemnon Oldbg) is een donkerbruine hengst die in 1877 is geboren.
De moeder van Jago is een dochter van de hengst Graf Wedel Oldbg.
Jago is in het najaar van 1879 goedgekeurd door het Oldenburgse stamboek. Hij is in Duitsland van 1880 tot 1888 beschikbaar geweest voor de fokkerij en is toen geëxporteerd naar Zuid Afrika.
Het Oldenburgse stamboek heeft drie zonen van Jago goedgekeurd voor de fokkerij:
Fiesco Oldbg (1881), Armin Oldbg (1882) en Jocus Oldbg (1882).
Daarnaast heeft het Holsteinse stamboek de zoon Jago Oldbg (1884) goedgekeurd; heeft het Nederlands Paardenstamboek de zoon Nelson Oldbg (1884) goedgekeurd en hebben het Oostfriese- en het Hannoveraanse stamboek de hengst Xerxes OF (1885) goedgekeurd.
Xerxes wordt verderop in de tekst besproken in hoofdstuk 3.1.1.1.2.1.
De hengst Fiesco is de vader van de merrie Alster Oldbg (1887). Zij is de derde moeder van de preferente hengst Wilfried Oldbg (1905, V. Edelmann Oldbg), die in 1908 is goedgekeurd door het Gronings Paardenstamboek. Van Wilfried zijn 27 zonen goedgekeurd voor de fokkerij, waaronder de hengsten Regulus GrPS (1915) en Weimer NSTg (1917).
1.1.1.2.1. Xerxes OF DE 333320080785
Xerxes OF (V. Jago Oldbg) is een in 1885 geboren hengst.
De moeder van de hengst is de donkerbruine merrie Mira Oldbg (1980, V. Normann Oldbg).
Xerxes is in het najaar van 1887 goedgekeurd door het Oostfriese stamboek en is van 1988 tot en met 1896 actief geweest in de fokkerij.
Dochter Lisette OF, 1893, MV. onbekend. is de moeder van de hengst Wirbelwind OF (1900, V. Warner OF), die is goedgekeurd door het Fries Paardenstamboek.
Van Xerxes zijn acht zonen goedgekeurd voor de fokkerij.
Siegfried II OF (1889) en Miltiades OF (1893) zijn goedgekeurd dor het Oostfriese stamboek; Miltiades Holst (1890) door het Holsteinse stamboek en Elegant OF (1892), Jonge Xerxes OF (1892), Xerxes OF (1892), Jacobus OF (1896) en Kern OF (1897) door het Groningse Paardenstamboek.
Van Xerxes OF (1892), die na zijn goedkeuring geregistreerd is als Xerxes GrPS 15 A, is zijn zoon Xerxes II goedgekeurd door het Gronings Paardenstamboek. Hij wordt hierna besproken in een afzonderlijk hoofdstuk.
1.1.1.2.1.1. Xerxes II GrPS 101 A (1896)
Xerxes II GrPS (V. Xerxes OF) is een zwarte hengst met een stokmaat van 164 cm. Hij is geboren op 27 februari 1896 en is gefokt door L.H. Coolman uit ’t Zand, dat halverwege Appingedam en Uithuizen in het noordoosten van de provincie Groningen ligt.
De moeder van Xerxes II is de merrie Schwarza GrPS preferent (1892, V. Goldemar Oldbg). De verdere moederlijn is onbekend.
Xerxes II is goedgekeurd en geprimeerd door het Gronings Paardenstamboek. Later is het predicaat preferent aan Xerxes II toegekend.
Twaalf dochters van Xerxes II zijn moeder geworden van een goedgekeurde hengst:
Tirza GrPS, 1904, zwartbruin, MV. Hercules III Hann, is de moeder van de hengst Magnus GrPS (1908, V. Olivier Oldbg), die is goedgekeurd door het Groningse Paardenstamboek;
Adaline GrPS, 1907, zwartbruin, MV. onbekend, is de moeder van de hengst Remus GrPS (1912, V. Generaal OF), die is goedgekeurd door het Gelders Paardenstamboek;
Dena GrPS, 1908, zwart, MV. Olivier Oldbg, is de moeder van de hengst Compas GrPS (1915, V. Gomanus GrPS), die is goedgekeurd door het Gronings Paardenstamboek en het NSTg;
Diada GrPS, 1908, zwart, MV, Cicero II Holst, is de moeder van de hengsten Tirus GrPS (1916, V. Wilfried Oldbg) en zijn broer Wilfrido GrPS (1917), die is goedgekeurd door het Gronings Paardenstamboek;
Doornroos GrPS model preferent, 1908, zwart, MV. Cicero II Holst, is de moeder van de hengsten Major Domus GrPS (1913, V. Olivier Oldbg) en zijn broers Olympus GrPS (1914) en Ewario GrPS (1917).
Major Domus is goedgekeurd door het Groningse-, Drentse- en Gelderse Paardenstamboek; Olympus door het Friese-, Drentse- en NSTg stamboek en Ewario is goedgekeurd door het Groningse-, Drentse-, Gelderse- en het NSTg stamboek;
Gabella GrPS, 1910, donkerbruin, MV, Reclame DPS, is de moeder van de hengst Warson GrPS (1917, V. Wilfried Oldbg), die is goedgekeurd door het Groningse- en het Friese stamboek;
Gerlinette GrPS preferent, 1910, bruin, MV. Olivier Oldbg, is de moeder van de hengst Ebert GrPS (1917, V. Monocraat GrPS) en zijn broer Gonocraat GrPS (1919).
Ebert is goedgekeurd door het NSTg en is de grondlegger van de tuigpaardenlijn Ebert GrPS – Nubert NSTg– Kurassier Sgldt – Oregon Sgldt.
Gonocraat is goedgekeurd door het Groningse paardenstamboek en het NSTg;
Kedine GrPS, 1911, MV. onbekend, is de moeder van de hengst Florivier GrPS (1918, V. Olivier Oldbg), die is goedgekeurd door het Groningse paardenstamboek en het NSTg;
Leonore GrPS, 1912, zwart, MV. Cicero II Holst, is de moeder van de hengst Uleon GrPS (1916, V. Flottwell Oldbg), die is goedgekeurd door het Drentse paardenstamboek;
Liviane GrPS, 1912, donkerbruin, MV. Kiezer GrPS, is de moeder van de hengst Fakir GrPS (1921, V. Regulus GrPS), die is goedgekeurd door het Groningse Paardenstamboek;
Saffier GrPS model preferent, 1915, zwart, MV. Cicedro II Holst, is de moeder van de hengsten Affino GrPS (1919, V. Regulus GrPS) en zijn broer Jegulus GrPS (1922), Affino is goedgekeurd door het Groningse- en het Friese Paardenstamboek en Jegulus door het Gelderse Paardenstamboek en het NSTg en
Petrine GrPS, 1916, MV. onbekend, is de moeder van de hengst David NSTg (1916, V. Elfried OF), die is goedgekeurd door het NSTg.
Twaalf zonen van Xerxes II zijn goedgekeurd voor de fokkerij:
Zabiello GrPS (1906), Alex GrPS (1907), Iwan FPS (1907), Thomas GrPS (1908), Furore GrPS (2009), Xerxes GrPS (1910). Ita Est GrPS (1911), Pegoud GrPS (1914), Cornet GrPS (1915), Ulpius GrPS (1915), Unicum GrPS (1916) en Fellow UPS.
Zabiello, Thomas en Ita Est zijn goedgekeurd door het Groningse Paardenstamboek
Iwan en Pegoud door het Friese Paardenstamboek; Furore en Unicum door het Groningse- en het Friese Paardenstamboek; Ulpius door het Friese- en het Drentse Paardenstamboek; Xerxes door het Groningse-, Friese- en Drentse Paardenstamboek; Cornet door het NSTg; Alex door het Nederlandse Paardenstamboek en UPS door het Utrechtse Paardenstamboek.
De hengst Thomas is de vader van de hengst Caprivi GrPS (1915), die vader is van de merrie Palburga I NSTg (1928). Palburga I is de moeder van de merries Ureina NSTg kroon (1932, V. Nubert NSTg) en haar zuster Dalburga Sgldt kroon preferent kern (1939). Elk van de zusters staat aan de basis van een zeer bekende merrielijn (de Areina- en Udalburga-lijn), waaruit diverse goedgekeurde hengsten en vele goede fokmerries zijn voortgekomen.
1.1.1.3. Ardo Oldbg DE333180100079
Ardo Oldbg (V. Agamemnon Oldbg) is een donkerbruine hengst die in 1879 is geboren. De moeder van Ardo is een dochter van de hengst Dettmers Landessohn Oldbg.
Ardo is in 1882 goedgekeurd door het Oldenburgse stamboek. Hij is van 1893 tot en met 1898 actief geweest in de fokkerij.
Vier dochters van Ardo zijn moeder van een goedgekeurde hengst:
Goa Oldbg, 1886, MV. onbekend, is de moeder van de hengst Enno Oldbg (1895, V. Godo Oldbg), die is goedgekeurd door het Friese Paardenstamboek;
Nana Oldbg, 1888, MV. onbekend, is de moeder van de hengst Almarich Oldbg (1894, V. Enno Oldbg), die is goedgekeurd door het Oldenburgse stamboek;
Riforma Oldbg, 1892, MV. Emigrant Oldbg, is de moeder van de hengst Anco Oldbg (1898, V. Anbau Oldbg), die is goedgekeurd door het Groningse Paardenstamboek;
NN Oldbg is de moeder van de hengst Bertram Oldbg (1893, V. Zweifler Oldbg), die is goedgekeurd door het Groningse Paardenstamboek.
Van Ardo zijn twaalf zonen goedgekeurd voor de fokkerij:
Udo I OF (1884), August Oldbg (1885), Zampa Oldbg (1885), Amri Oldbg (1887), Palatin Oldbg (1887), Ardo Oldng (1888), Premier Oldbg (1988), Landrath OF (1889), Achilles III Oldbg (1893), Ali Oldbg (1896), Indus Oldbg (1898), Kaptein NPS en Mars III NPS.
Een niet goedgekeurde zoon (1985) van Ardo is de vader van de hengst Immo Oldbg (1892).
Immo is de vader van de hengst Domherr Oldbg (1896) en die zijn dochter Sigismunde II Oldbg (1903) is de derde moeder van de hengst Rheinfürst Oldbg (1924, V. Reinhard Oldbg).
Rheinfürst is in de jaren 1927 -1933 een belangrijke fokhengst in Nederland geweest. Hij is onder andere de vader van de hengsten Prins Rheinfurst NSTg preferent (1928), Rheinsohn GrPS/NSTg preferent (1929), Baldo GrPS/Sgrt preferent (1931) en Rheinfeld Oldbg (1932).
De hengst Palatin Oldbg maakt deel uit van de hengstenlijn Jellachich Meckl (1844), Agamemnon Oldbg (1863), Ardo Oldbg (1879), Palatin Oldbg (1887), Freibeuter Oldbg (1891), Gabion Oldbg (1897), Gebhard Oldbg (1901), Ganges Oldbg (1909), Ganges OFS (1914) en Bernhard OFS/GPS (1922).
De hengst Ganges Oldbg is de moedersvader van de hengst Sultan II NSTg (1925, V. Sigismund NSTg). Sultan II is de vader van de hengst Rigismund NSTg (1929) en MMV van de Gelderse hengsten Nassau Sgldt (1949, V. Graaf van Wittenstein Sgldt), Oleander Sgldt (1950, V. Jotham Sgldt), Orlando Sgldt (1950, V. Graaf van Wittenstein Sgldt) en Tamboer (1959, V. Oregon Sgldt).
1.1.1.4. Admiral Westf DE 333330111084
Admiral Westf (V. Agamemnon Oldbg) is een donkerbruine hengst met een stokmaat van 163 cm. Hij is in 1884 geboren.
De moeder van Admiral is de merrie Läuferin Oldbg (1881, V. Emigrant Oldbg) en tweede moeder is een in 1875 geboren dochter van de hengst Poros Oldbg.
Admiral is in 1887 goedgekeurd door het Oldenburgse stamboek en is van 1888 tot en met 1903 in Duitsland beschikbaar geweest voor de fokkerij. In 1904 is Admiral verkocht naar Zweden. Daar is hij goedgekeurd door het Zweedse stamboek
Hij is in 1908 overleden.
Vijf dochters van Admiral zijn moeder van een goedgekeurde hengst geworden:
Anvissa Oldbg, 1889, bruin, MV. Erwin Oldbg is de moeder van de hengst August Oldbg (1891, V. Tello Oldbg), die is goedgekeurd door het Fries Paarden stamboek;
Freifraulein Oldbg, 1889, MV. Erwin Oldbg, is de moeder van de hengst Robert Oldbg (1899, V. Ruthard Oldbg), die is goedgekeurd door het Oldenburgse stamboek;
Organe Oldbg, 1890, bruin, MV. Young Othello Oldbg, is de moeder van de hengst Constantin Oldbg (1894, V. Orlow Oldbg), die is goedgekeurd door het Oldenburgse stamboek;
Arsine Oldbg, 1895, bruin, MV. Young Othello Oldb, is de moeder van de hengst Rudolf Oldbg (1901, V. Ruthard Oldbg), die is goedgekeurd door het Oldenburgse stamboek. Rudolf was aan het begin van de 20e eeuw een invloedrijke hengst in Oldenburg en Nederland. Hij is onder andere de vader van de hengsten Roland Oldbg (1910) en Rudolfszoon GrPS/NSTg (1921);
Edoline Oldbg, 1902, MV. onbekend, is de moeder van de hengst Ehrenknabe II Oldbg (1908, V. Ehrenknabe Oldbg), die is goedgekeurd door het Nederlandse Paardenstanboek en het NSTg.
Van Admiral zijn zeven hengsten goedgekeurd voor de fokkerij:
Wilhelm Oldbg (1890), Admiraal Oldbg (1891), Astrubal Oldbg (1891), Admiraal Oldbg (1894), Adam Oldbg (1895), Condor Oldbg (1896) en Admiral Westf (1901).
Zij hebben echter weinig invloed gehad op de fokkerij.
2. The Emperor xx (1841)
The Emperor xx (V. Defence xx) is een vos hengst die in 1841 is geboren. De hengst is gefokt door George Keppel, de zesde de Graaf van Albemarle (1799 – 1891).
De moeder van The Emperor xx is een vos dochter (1834) van de hengst Reveller xx (1815, V. Comus xx) en tweede moeder is de vos Design xx (1827, V. Tramp xx).
The Emperor xx is vier keer in een ren gestart. In 1844 nam hij deel aan de Ascot Gold Cup (4,000 m), die hij won in een veld vol toppaarden, en aan de Cesarewitch (3620 m) in Newmarket, waar hij ongeplaatst bleef.
In 1945 deed hij op Ascot mee aan de Royal Hunt Cup en bleef ongeplaatst. Een paar dagen later won hij opnieuw de Ascot Gold Cup.
In de jaren 1845 – 1849 is hij in Engeland beschikbaar geweest voor de fokkerij, maar de Engelse fokkers hadden heel weinig belangstelling voor de hengst.
In 1850 heeft Albemarle The Emperor xx verkocht aan de Franse overheid.
In Frankrijk is hij alleen in 1850 en 1851 actief geweest in de fokkerij, Halvewege het dekseizoen 1851 kreeg hij een klap van een merrie en is hij overleden aan nierfalen.
In de fokkerij is vooral zijn zoon Monarque xx van belang geweest.
2.1. Monarque xx (1852)
Monarque xx (V. The Emperor xx) is een vos hengst met een stokmaat van 162 cm, die in 1852 is geboren.
Voor Thorougbred Heritage heeft Patricia Erigero een portret geschreven over de hengst Monarque xx. Een aantal opmerkingen uit dat portret zijn hier overgenomen.
De moeder van Monarque xx is de merrie Poetess xx (1838, V. Royal Oak xx) en tweede moeder is Ada xx (1824, V. Whisker xx).
Royal Oak xx was een bescheiden renpaard dat door Lord Henry Seymour, een zeer belangrijk persoon in de Franse rensport in het midden van de 19e eeuw, in Engeland is gekocht en naar Frankrijk is gehaald. Daar heeft hij zich ontwikkeld tot een uitstekende fokhengst. Ook Ada xx is door Seymour uit Engeland geïmporteerd.
Poetess xx was een zeer goed renpaard en won de Prix du Jockey Club (2100 m. in Chantilly) en de voorloper van de Prix de Diane (2100 m. in Chantilly).
De Prix du Jockey Club is het Franse equivalent van de Derby (driejarige hengsten en merries) en de Prix du Diana is het Franse equivalent van de Oaks (driejarige merries).
Na haar rencarrière is Poetess xx in de stoeterij Glatigny van Lord Seymour in de omgeving van Versailles voor de fokkerij ingezet. Toen de stoeterij in juni 1842 werd opgeheven, is Poetess xx voor 100 frank door Alexandre Aumont overgenomen en is de merrie overgebracht naar zijn stoeterij in Dangu, dat tussen Pontoise en Rouen ligt.
In 1851 is Poetess achtereenvolgens gedekt door The Baron xx (1842, V. Birdcatcher xx), Sting xx (1843, V. Slane xx) en The Emperor xx.
The Baron xx en Sting xx zijn in 1848, respectievelijk 1850 door de Franse overheid uit Engeland geïmporteerd om de Franse volbloedfokkerij te stimuleren.
De dekkingen hebben geleid tot het hengstveulen Monarque xx, waarna in Frankrijk jarenlang is gediscussieerd of The Emperor xx wel de vader van Monarque xx is. Door de grote gelijkenis tussen Monarque xx en The Emperor xx was er uiteindelijk vrij algemeen consensus dat The Emperor xx de vader van Monarque xx is.
In 1853 is Poetess xx met de benen verstrikt geraakt in een touw, waardoor ze is gevallen en haar schouder heeft gebroken.
Monarque xx is een lang paard met een aantrekkelijk hoofd en een diepe, schuine schouder. Op de renbaan was hij zeer betrouwbaar, veelzijdig en moedig. Hij won op alle afstanden en droeg vaak het zwaarste gewicht. Van zijn tweede tot en met zijn zesde jaar is hij in rennen gestart.
In 1854 startte hij één keer, waarbij hij tweede werd in het Grand Criterium. In 1955 won hij eerst tien rennen in Frankrijk, ging daarna naar Engeland om zonder succes aan twee rennen deel te nemen en won daarna nog drie rennen op het continent. Onder de gewonnen rennen waren de Poule d’Essai, de Poule des Produits, de Prix du Jockey Club, de Grand Saint-Léger de Moulins en de Derby Continental in Gent.
In 1856 won hij vijf rennen.
In 1856 was Aumont ziek en werd bekend dat zijn stoeterij zou worden verkocht. Daarop heeft de Franse politicus Graaf Frédéric de Lagrange de stoeterij en een groot aantal paarden van Aumont gekocht. De Lagrange werd vervolgens een zeer succesvolle eigenaar in de rensport
In 1857 heeft Monarque xx verschillende rennen, waaronder de Engelse Goodwood Cup, gewonnen.
In 1858 won hij de Newmarket Handicap. Daarna is hij in Epsom kreupel geworden in de Great Metropolitan Handicap race en is daarna niet meer gestart.
Monarque xx is één van de beste renpaarden die ooit zijn gefokt in Frankrijk. Belangrijk is ook dat hij zijn moed en uithoudingsvermogen heeft doorgeven aan zijn nakomelingen.
Na zijn rencarrière is Monarque xx op de stoeterij in Dangu beschikbaar gesteld voor de fokkerij. Tijdens de Frans-Pruisische oorlog (juli 1870 – mei 1871) is de stoeterij in Dangu bezet door de Duitsers en heeft niemand omgekeken naar Monarque xx, die een jaar lang zonder verzorging in de wei heeft gelopen. Na de oorlog bleek Monarque xx ernstig kreupel te zijn door zijn niet bekapte hoeven. Monarque xx is in 1874 op de stoeterij in Dangu overleden.
In de fokkerij leverde Monarque xx met de hengst Gladiateur xx (1862, MV. Gladiator xx) het beste renpaard van de negentiende eeuw. Hij was gefokt door Graaf De Lagrange en won zestien van zijn negentien rennen, waaronder in 1865 de 2.000 Guineas, de Epsom Derby, de St. Leger Stakes, de Grand Prix de Paris, de Grand Prix du Prince Impérial (Prix Royal-Oak), de Newmarket Derby en de Doncaster Stakes. In 1866 behaalde hij overwinningen in de Ascot Gold Cup, de Coupe de Paris Printemps (La Coupe), de Claret Stakes, de Grand Prix de l’Impératrice (Prix Rainbow), de Derby Trial Stakes en de Grand Prix de l’Empereur (Prix Gladiateur).
Gladiateur was het eerste niet Britse paard dat als driejarige in Engeland de drie klassieke rennen (2.000 Guineas, de Epsom Derby, de St. Leger Stakes) won.
Aan het einde van zijn rencarrière had hij GBP 30.776 gewonnen. In 2022 komt dat bedrag overeen met een bedrag van circa £ 3,9 miljoen.
De Thoroughbred Database noemt van Monarque xx 101 nakomelingen.
Hoewel Gladiateur xx sportief de beste nakomeling is, is hij dat niet als fokhengst. Die eer komt toe aan de hengst Consul xx.
2.1.1. Consul xx (1866)
Consul xx (V. Monarque xx) is een vos hengst die in 1866 is geboren op Graaf de Lagrange’s stoeterij in Dangu.
Zijn moeder is de bruine merrie Lady Lift xx (1844, V. Sir Hercules xx) en tweede moeder is de bruine Sylph xx (1824, V. Spectre xx).
Consul won op tweejarige leeftijd het Premier Criterium in Chantiilly (800 m). Als driejarige startte hij zes keer in Frankrijk en twee keer in Engeland. Hij won op Longchamp de Prix de Guiche (2000 m.) en de Poule d’Essai (1600 m); in Chantilly de Prix de Jockey Club (Franse Derby, 2400 m.) en in Fontainebleau de Prix de Seine-et-Marne (2800 m.). In Engeland werd hij tweede in de Ascot Derby.
Consul xx is van 1870 tot en met 1888 actief geweest in de fokkerij. In januari 1884 is de toen achttienjarige Consul op een veiling voor Ffr 28.000 verkocht en naar Rusland gegaan, waar hij nog enkele merries heeft gedekt.
De Thoroughbred Database noemt 52 nakomelingen van Consul xx.
Zonen van Consul xx die in de fokkerij zijn opgevallen zijn Nougat xx (1872), Archiduc xx (1881) en Fripon xx (1883).
De hengst Nougat xx (MV. Gladiator xx) is gefokt door Baron de Bray en daarna eigendom geworden van Graaf de Lagrange. De hengst was een goede stayer en heeft in de jaren 1874 – 1876 zes rennen gewonnen. Daarna is hij zes jaar als fokhengst beschikbaar geweest op de stoeterij van De Lagrange in Dangu.
Nougat is voor de hedendaagse rijpaardenfokkerij van belang geweest omdat hij in mannelijke lijn via de hengsten Farfadet xx (1880), Ermak xx (1888) en Jour de Fête xx (1898) de betovergrootvader is van de hengst Sulima xx (1919).
Sulima xx is de moedersvader van de hengst Fax I Holst (1954, V. Fanatiker xx), die weer de vader is van de in Nederland goedgekeurde hengst Farn Holst (1959).
De hengst Archiduc xx (MV. Atherstone xx) is gefokt door Graaf de Lagrange en won als tweejarige de Criterion Stakes in Newmarket. Op drie- en vierjarige leeftijd won hij de Poule des Produits (Prix Daru), de Poule d’Essai des Poulains, de Prix du Cadran, de Prix Royal Oak en de Prix Rainbow. Na zijn rencarrière is hij als fokhengst gebruikt op de stoeterij van Joachim Lefèvre, die een partner was van Graaf de Lagrange.
Archiduc xx is de moedersmoedersvader van de hengst Alcantara II xx (1908, V. Perth xx). Alcantara II heeft vooral via zijn dochters invloed gehad op de fokkerij. Van zijn zonen zijn Pinceau xx (1925) en Indus xx (1928) het belangrijkst. Pinceau xx is in een rechtstreekse mannelijke lijn de betovergrootvader van de in Nederland goedgekeurde hengst Paradox KWPN (1974, V. Tremolo xx). Ook de hengst Linards x (1975, V. Abidjan x) is in een rechtstreekse mannelijke lijn van Pinceau xx afkomstig.
Indus xx is de overgrootvader van de Westfaalse hengst Bariton (1967, V. Blauspecht xx).
De hengst Fripon xx wordt hierna in een afzonderlijk hoofdstuk besproken.
2.1.1.1. Fripon xx (1883)
Fripon xx (V. Consul xx) is een bruine hengst die in 1883 is geboren. Hij is gefokt door de Graaf de Nicolay en is later eigendom geworden van Edmond Blanc.
Blanc was een Frans politicus die namens het departement Hautes-Pyrénées enkele jaren in het Franse parlement zat. Hij was vooral een bekend paardenfokker en bezat meerdere stoeterijen. Ook is hij de stichter van de renbaan in Saint-Cloud, die aan de westkant van Parijs ligt.
De moeder van Fripon xx is de bruine merrie Folle Avoine xx (1875, V. Favonius xx) en tweede moeder is de bruine Albani xx (1870, V. Thomanby xx).
Fripon xx heeft als renpaard niets gepresteerd, maar in de fokkerij heeft hij de door The Empereur xx en Monarque opgezette hengstenlijn voortgezet.
De Thoroughbred Database noemt 44 nakomelingen van hem die allen zijn geboren in de periode 1889 – 1900.
Fripon xx is in een rechtstreekse mannelijke lijn de grootvader van de hengst Prestige xx (1903).
2.1.1.1.1. Prestige xx (1903)
Prestige xx (V. Le Pompon xx) is een bruine hengst die in 1903 in Frankrijk is geboren. Hij is gefokt door J. Ravaut.
De moeder van Prestige xx is de bruine merrie Orgueilleuse xx (1894, V. Reverend xx) en tweede moeder is de vos Oroya xx (1888, V. Bend Or xx).
Nadat de heer Ravaut was overleden is Prestige gekocht door de Amerikaan Vanderbilt, die zich in Frankrijk had gevestigd. Prestige xx had een normaal postuur en lichtvoetige, soepele bewegingen, maar de kwaliteit van zijn benen was zeer matig (“bad-legged”).
Prestige xx startte als twee- en driejarige niet in de klassieke rennen, maar versloeg in andere rennen al zijn jaargenoten. In beide jaren bleef hij ongeslagen, zodat hij, zowel als tweejarige als als driejarige, de kampioen van zijn generatie was.
In 1905 won hij zeven rennen en in 1906 behaalde hij negen overwinningen, waarbij hij twee keer de enige deelnemer was omdat geen enkele tegenstander het tegen hem wilde opnemen. Prestige xx heeft een winsom van Ffr. 353.243. (Ter vergelijking: de bouw van de Eiffeltoren kostte in 1889 Ffr 6.500.000.)
In 1907 heeft Vanderbilt Prestige teruggetrokken uit de sport en hem beschikbaar gesteld voor de fokkerij. In 1913 is Prestige xx verkocht aan Henri Mauge en kwam de hengst terecht op zijn stoeterij du Val d’Enfer in Jouy-en-Josas, dat een paar km ten zuiden van Versailles ligt. Daar is Prestige xx in 1924 aan een gescheurde darm overleden.
Voor de huidige rijpaardfokkerij zijn twee zonen van Prestige xx van belang geweest: Sardanapale xx (1911) en Lambel xx (1923).
Sardanapale xx wordt hierna in een afzonderlijk hoofdstuk besproken.
De hengst Lambel xx (MV. Monsieur Amedee xx (1897) was eigendom van de Franse staatsstoeterijen en is in Frankrijk gebruikt voor de halfbloedfokkerij, maar van hem is alleen zijn zoon Loyal SF (1933.) bekend.
Loyal heeft twee zonen gebracht: Atour SF (1944, MV. Nysarch SF) en Blanc Bec SF (1945, MV. Amiral SF).
Atour is de grootvader van de hengst Venutard SF (1965, V. Rantzau xx), die de overgrootvader is van de door het KWPN goedgekeurde hengst Onyx SF (1973, V. Ukase SF).
Atour is ook de betovergrootvader van de door het KWPN goedgekeurde hengst Ilmeo SF (1990, V. Almé SF).
Blanc Bec SF is de vader van de hengst Granval SF (1950) en die is de betovergrootvader van de hengst Liguster SF (1970, V. Vesuve SF).
2.1.1.1.1.1. Sardanapale xx (1911)
Sardanapale xx (V. Prestige xx) is een bruine hengst die in 1911 is geboren. Hij is gefokt door Maurice Baron de Rothschild (1881 – 1957), die naast fokker ook kunstverzamelaar, wijnbouwer, bankier en politicus was.
De moeder van Sardanapale xx is de bruine merrie Gemma xx (1903, V. Florizel xx) en tweede moeder is de bruine Agnostic xx (1884, V. Rosicrucian xx).
Sardanapale xx heeft in 1913 aan vijf rennen deelgenomen, waarbij hij de Prix Yacowlef, de Prix Morny en de Prix de Seine-et-Oise won.
Als driejarige startte hij in 1914 in elf rennen en won de Prix Lagrange, de Prix Hocquart, de Prix Miss Gladiator, de Prix Hedouville, de Prix du Jockey Club, de Grand Prix de Paris, de Prix du President de la Republique en de Prix Eugene Adam.
Sardanapale xx heeft een winsom van Ffr. 1.105.045.
Door de Eerste Wereldoorlog zijn er in 1915 in Frankrijk geen rennen gehouden en is Sardanapale xx voor de fokkerij beschikbaar gesteld. Hij is tot en met 1933 actief geweest in de fokkerij.
Als fokhengst stond Sardanapale xx eerst op de stoeterij van Baron de Rothschild in Chaumont en Vexin, dat op circa 25 km van Beauvais ten noordwesten van Parijs ligt. In 1926 is hij verplaatst naar de nieuwe stoeterij Haras de la Fontaine van Baron de Rothschild in Semelle bij Alençon.
De Thoroughbred Database noemt 190 nakomelingen van Sardanapale xx
Als fokhengst boekte Sardanapale xx veel succes in de volbloedfokkerij en werd hij zowel in 1822 als in 1927 de meest succesvolle fokhengst van Frankrijk.
Bekende zonen van Sardanapale xx zijn Apelle xx (1923), Fiterari xx (1924), Balmoral xx (1925) en Onafrasimus xx (1927).
Apelle xx is de vader van de hengsten Capiello xx (1930) en L’Alcazar xx (1938). Ook is hij de moedersvader van de hengst Oliveri xx (1953, V. Macherio xx) en overgrootvader van de hengst Paradiso xx (1964, V. Parthia xx).
Capiello xx is de grootvader is van de hengsten Bürgemeister xx (1944, V. Herold xx) en Birkhahn xx (1945, V. Alchimist xx), die succesvol zijn geweest in Duitsland.
Bürgemeister xx is de vader van de hengst Pasteur xx, die veel is gebruikt in de Trakehner fokkerij en onder andere vader is van de hengstan Mahagoni Trak (1974) en Michelangelo Trak (1985).
Birkhahn xx is de vader van de hengsten Blauer Reiter xx (1961) en Priamos xx (1964).
Voor meer informatie wordt verwezen naar de pagina’s Herold xx en Pasteur xx op deze website.
L’Alcazar xx is de moedersvader van de hengst Kibrahim SF (1969, Ibrahim SF) en overgrootvader van de hengst C. Robin des Bois SF (1961, V. Babouino xx). Ook komt hij voor in de afstamming van de hengst Ajonc SF (1988, V. Laudanum xx).
De hengst Fiterari xx komt voor in de afstamming van de hengsten Earldom xx (1961, V. Mossborough xx), Matchem xx (1964, V. Match III xx) en (Nur)Zeus SF (1972, V. Arlequin x)
De hengst Balmoral xx is de moedersmoedersvader van de hengst Nicolas xx (1953, V. Col des Aravis xx) en de hengst Onafrasimus is een overgrootvader van de hengst Pastrocio xx (1966, V. Almoro xx).
Afgesloten op 25 maart 2022