Famulus Trak

1938 (Fetysz ox x Pretal xx)

Samenvatting

Famulus Trak is een een schimmel hengst die in 1938 op het Pruisische Hauptgestüt Trakehnen in Oost Pruisen is geboren. Zijn vader is de Arabische volbloed hengst Fetysz ox (1924) en zijn moeder is de merrie Faschingsnacht (1931, V. Pretal xx).
Famulus heeft van 1941 tot 1944 als staatshengst in de onder het Hauptgestüt Trakehnen ressorterende Oost Pruissische stoeterij Georgenburg gestaan. In 1944 is hij geëvacueerd naar Moritzburg bij Dresden, Sachsen, Duitsland en

is vervolgens te voet naar Celle gebracht. Na de oorlog heeft hij tot 1958 op verschillende adressen in toenmalig West-Duitsland ter dekking gestaan.

Famulus heeft een aantal goede fokmerries geleverd en zijn belangrijkste zoon is de schimmel Maharadscha Trak (1957), die de vader is van de Trakehner stempelhengst Flaneur (1965).
Op deze website wordt in een aparte pagina aandacht besteed aan Flaneur en zijn nakomelingen.

Inhoud

Voorkomen en afstamming
Vader
Moeder
Fokkerijcarrière
Dochters
Goedgekeurde zonen

Verschijning en afstamming

Famulus 51.38 Trak is een schimmel hengst die in 1938 op het Pruisische Hauptgestüt Trakehnen in Oost Pruisen is geboren. Het gebied waar de stoeterij was gevestigd heet tegenwoordig Yasnaya Polyana en ligt nu ongeveer 100 km ten oosten van Kaliningrad in Rusland, vlakbij de grens met Litouwen.

In het boek “Trakehner hengsten” uit 1967 beschrijft Landstallmeister dr. Ehlert Famulus als “een mooi gelijnde schimmel met Arabische adel, een fijn besneden hoofd, een goede hals, mooie schouder en schoftpartij, matig bespierd maar zeer droog beenwerk en goede bewegingen”.

Gerekend over acht generaties heeft Famulus een afstamming met 56,6 % Arabisch volbloed, 29,3 % Engels volbloed, 10,2 % Trakehner bloed en 3,9 % Oost Pruisisch bloed.

Vader

De vader van Famulus is de Arabische volbloed hengst Fetysz ox, die in 1924 op de Poolse stoeterij Janów Podlaski is geboren als zoon van Bakszysz ox uit de merrie Siglavy Bagdady ox.

Siglavy Bagdady ox is in 1908 geboren op de Oostenrijks-Hongaarse staatsstoeterij Radautz, die in het noordoosten van het huidige Roemenië lag, uit een paring van de hengst Siglavy Bagdady DB ox (1895) met de vosmerrie Malta ox (1892). De moederlijn stamt uit de fokkerij van de Poolse adelijke familie Sanguszko, die verschillende stoeterijen rondom het huidige in Oekraine gelegen Lvov (Lemberg) hadden.

Fetysz ox was een mooie verschijning met een goed exterieur. Landstallmeister dr. Ehlert sprak van een droompaard. Fetysz ox had een mooi hoofd, veel hals, schoft en schouder en edele lijnen met een uitdrukkingsvol voorbeen en een onberispelijke stand. De spronggewrichten waren niet erg groot maar droog. Fetysz ox zou meer diepte mogen hebben. De bewegingen zijn regelmatig met voldoende draagkracht. Zijn nakomelingen hadden mooie modellen, maar hij vererfde regelmatig een weke rug en weinig diepte. Fetysz ox had een stokmaat van 153 cm en zijn pijpomvang bedroeg 19,5 cm. Hij is van 1929 – 1935 als hengst gebruikt op de Poolse stoeterijen in Gumniska, Janów Podlaski en Ujazd.

In 1936 is Fetysz ox in het kader van een hengstenruil van Janów Podlaski naar het 250 km noordelijker gelegen Hauptgestüt Trakehnen verhuisd.

In 1944 is Fetysz ox wegens het gevaar dat de oprukkende Russische troepen vormden, geëvacueerd naar de stoeterij Graditz aan de Elbe in Sachsen, Duitsland. In 1945 is hij vermoedelijk omgekomen door oorlogshandelingen.

Moeder

De moeder van Famulus is de Trakehner merrie Faschingsnacht (1931), die een product was van de Engelse volbloedhengst Pretal xx (V. Pippermind xx) en de Aladindochter Faschoda (1925). Zowel Aladin als Faschoda waren van Oost Pruisische makelei.

In de moederlijn komen verder de zeer invloedrijke Engelse volbloedhengsten Hermit xx (1864, V. Newminster xx) en St. Simon xx ( 1881, V. Galopin xx) voor en ook de hengst Dingo Trak, die als vader van de hengst Dampfroβ Trak (1916) een belangrijke bijdrage heeft geleverd aan de Trakehner fokkerij.

Fokkerijcarrière

Famulus heeft van 1941 tot 1944 als staatshengst in de onder het Hauptgestüt Trakehnen ressorterende Oost Pruissische stoeterij Georgenburg gestaan. Georgenburg heet tegenwoordig Jurbarkas en ligt nu in Litouwen. In 1944 is Famulus geëvacueerd naar Moritzburg bij Dresden, Sachsen, Duitsland en

is vervolgens te voet naar Celle gebracht. Celle ligt ten noordoosten van Hannover in Niedersachsen en 360 km van Moritzburg. In 1946 heeft hij ter dekking gestaan in het toenmalige Holsteinse Landgestüt in Traventhal bij Bad Segeberg in Sleeswijk Holstein en in de jaren 1947 – 1958 is hij als private hengst in Duitsland beschikbaar geweest in Bruchhof, Markershausen, Schmöl, Rantzau, Alpen en Thienhausen. In 1958 is Famulus gedood.

Famulus heeft een hele rij eerste klas merries gebracht. Voor de Nederlandse fokkerij zijn daarbij vooral Klippe Trak (1953), Sonett Trak (1953) en Rosshalde Trak (1953) van belang geweest. Van veel meer importantie voor de Europese rijpaardfokkerij is zijn zoon Maharadscha Trak (1957) geweest, die als één van de meest invloedrijke Trakehner hengsten van na de Tweede Wereldoorlog kan worden beschouwd. Een andere goedgekeurde zoon van hem is Takt Trak (1952).

Dochters

Klippe Trak

Dochter Klippe Trak (1953, V. Famulus) is een 157 cm grote schimmel. Haar moeder is de donkerbruine Klugheit (1938, V. Liebenberg Trak), die ook de moeder is van de hengst Aquavit Trak (1951, V. Absinth Trak). Klippe is als fokmerrie ingezet op de Kurhessische Hausstiftung in Schmoel, circa 20 km ten noordoosten van Kiel, Sleeswijk Holstein, Duitsland.

Daar bracht ze op 9 januari 1962 de zwarte hengst Konsul Trak (V. Komet Trak), die als Karaat 1516 NWP door het Noord Nederlands Warmbloed Paardenstamboek in Nederland is goedgekeurd en in 1966 en 1967 op het station van de heer Warming in Sleen ter dekking heeft gestaan. Karaat is in mei 1968 wegens een vermeende slechte bevruchting gecastreerd. Uit de twee dekseizoenen zijn 217 (!) veulens geregistreerd, waarvan er 7 zijn uitgegroeid tot keurmerrie en één tot prestatiemerrie.

Sonett Trak

Dochter Sonett Trak (1953) is een schimmel met een stokmaat van 156 cm die, evenals haar halfzuster Klippe, tot het fokkerijbestand van de Kurhessische Hausstiftung in Schmoel, Sleeswijk Holstein behoorde. Moeder van Sonett is de bruine Sonja II Trak (1948, V. Wilder Jäger Trak). Sonett bracht in Schmoel in 1958 van de hengst Komet Trak haar zoon Hessenstein Trak, die de vader is van de in 1964 bij de heer Schlüter in Plön, Sleeswijk Holstein geboren en later in Nederland goedgekeurde hengst Hessel. Hessel 1535 NWP is via zijn dochter Paula Stb (1974) en kleindochter Ulissa Stb (1978) de overgrootvader van de hengsten Cocktail KWPN (1984, V. Purioso Stb) en Falco KWPN (1987, V. Pele Stb).
Sonett is later als fokmerrie verkocht naar Denemarken.

Roshalde Trak

Dochter Roshalde Trak (1953) is een schimmel met een stokmaat van 159 cm, die is geboren uit de merrie Rosenwunder (1938, V. Cherusker Trak). Haar fokker is de heer Plachnow in Hamburg Hamm, Duitsland.

Roshalde is de moeder van de schimmelhengst Rosenberg Trak (1962, V. Sterndeuter Trak), die op 1 mei 1962 is geboren op de stoeterij Rantzau in Rantzau, dat ongeveer 25 km ten oosten van Kiel ligt. Rosenberg heeft een stokmaat van 170 cm. Hij heeft in 1965 met goed gevolg aan het verrichtingsonderzoek in Westercelle, Niedersachsen, deelgenomen. In 1971 is Rosenberg 56 Stb goedgekeurd door het NWP en in de herfst van 1971 heeft hij in Sleen, Drenthe, opnieuw aan een verrichtingsonderzoek deelgenomen, waarbij is vastgesteld dat Rosenberg matige mogelijkheden als rijpaard heeft. Rosenberg heeft van 1971 tot en met 1974 de Nederlandse rijpaardfokkerij gediend, waarna hij op basis van een beoordeling van zijn nakomelingen is afgekeurd als fokhengst. Er zijn in Nederland 270 veulens van Rosenberg geregistreerd. Voor de verbetering van de fokkerij in Nederland heeft Rosenberg niet veel betekenis gehad.

Goedgekeurde zonen

1.   Takt 21.52 Trak

Takt Trak (V. Famulus Trak) is een schimmelhengst met een stokmaat van 162 cm. Zijn moeder is de Trakehner merrie Tanagra (1945, V. Bussard Trak) en moedersmoeder is Tapete Trak (1938, V. Pythagoras Trak). Tanagra is ook de moeder van de goedgekeurde hengst Tambour Trak (1950, V. Totilas Trak). Tapete is één van de merries die, afkomstig van het Hauptgestüt Trakehnen, na de Tweede Wereldoorlog aan de basis hebben gestaan van de moderne Trakehner fokkerij. In de fokkerij heeft Takt slechts een bijrol vervuld.

2.  Maharadscha 156.57 Trak

Via Famulus Trak z’n tweede goedgekeurde zoon Maharadscha 156.57 Trak, die zoals heel veel Fetysz ox nakomelingen de schimmelkleur had, is het Fetyszbloed wijd verspreid in de Trakehner fokkerij van na de Tweede Wereldoorlog.

Maharadscha is op 24 mei 1957 geboren op de stoeterij Vogelsangshof van Georg Hoogen in Kervenheim in Noordrijn Westfalen (ongeveer 10 km van de Nederlands-Duitse grens ter hoogte van Boxmeer) uit de Oost Pruisische vos merrie Marke (V. Marktvogt). Marke heeft ook de Trakehner hengsten Markgraf Trak (1963, V. Burgfrieden O.Pr) en Marke’s Letzter Trak (1963, V. Burnus ox) gegeven.

In een Duits hengstenboek wordt Maharadscha omschreven als een bijzonder mooie, expressieve hengst met een Arabisch stempel, maar dan in een groter formaat. Een vriendelijk hoofd, veel hals, meer dan voldoende diepte, elastische bewegingen en een goede aanleg als rijpaard. Hij heeft een stokmaat van 165 cm. Op de DLG-tentoonstelling in 1962 in München won hij de tweede prijs.

Maharadscha is als fokhengst ingezet op de stoeterij Vogelsangshof, waar hij is geboren en op de stoeterijen van het Trakehner stamboek in Zweibrücken (Rheinland-Pfalz) en Rantzau (Sleeswijk Holstein), maar verreweg het grootste deel van zijn leven heeft hij ter dekking gestaan op het landgoed Schwaighof van de familie Zeising in Nordendorf, dat 30 km ten noorden van Augsburg in Beieren ligt.

Voor het Trakehner stamboek leverde Maharadscha elf goedgekeurde hengsten: Mahdi (1964), Flaneur (1965), Ferlin (1966), Kornett II (1966), Etong (1967), Uttar Pradesh (1969), Amor II (1970), Faharadscha (1970), Schwärmer (1970), Koketteur (1971) en Pegasus (1972). Daarnaast zijn de zonen Mahatma (1972) en Mars (1973) goedgekeurd in Beieren.

Ook zijn van hem 82 fokmerries ingeschreven in het Trakehner stamboek, waarvan Fawiza en Abiza in de fokkerij het best hebben gepresteerd.

Dochters van Maharadscha

Ook via zijn 82 dochters heeft Maharadscha zich verankerd in de Trakehner fokkerij. De meest invloedrijke dochters zijn:

Fawiza Trak

Dochter Fawiza Trak (1963) is een schimmel met een stokmaat van 162 cm, die 16 veulens kreeg. Ze is geboren op de stoeterij Birkhausen van het Trakehner stamboek, die in de omgeving van Zweibrücken in Rheinland-Pfalz ligt.

De moeder van Fawiza is Feine Trak, een in 1952 geboren schimmel van de hengst Suomar Trak (1940, V. Pythagoras Trak). Feine bracht in 1961 ook de hengst Fidelio Trak (1961, V. Reichsfürst Trak), die is goedgekeurd door het Trakehner- en het Mecklenburger stamboek.

Van de 16 veulens van Fawiza zijn de goedgekeurde hengsten Fabian Trak (1972, V. Donauwind Trak) en Falke Trak (1976, V. Grimsel Trak) voor de fokkerij het meest van belang.

Fabian heeft, gereden door Reiner Klimke, succes behaald in diverse dressuur GP’s en is vanwege zijn sportprestaties erkend als fokhengst.

In de fokkerij heeft hij de hengst Savoy Trak (1986) gebracht en een aantal fokmerries waarvan de elite- en staatspremiemerrie Habiana Trak (1982) de meeste invloed heeft gehad op de fokkerij. Zij won het verrichtingsonderzoek van merries in Medingen in 1986 en zegevierde op de deelstaatkeuring in Hessen in 1998 op basis van haar nakomelingen. Ze is de moeder van de goedgekeurde hengst Handryk Trak (1989, V. Van Deyk Trak), van de elite- en staatspremiemerrie Habsburg Trak (1990, V. Fahnenträger II Trak), van de fokmerries Haïti II Trak (1993, V. Van Deyk Trak) en Hand in Love Trak (1995, V. Hand in Glove xx) en van het internationale dressuurpaard Hattrick Trak (1992, V. Van Deyk).

Falke is onder Christian Pläge uitgekomen in internationale dressuurwedstrijden. Van 1979 tot 1983 heeft hij ter dekking gestaan op stoeterij Hämelschenburg in Emmerthal, ten zuiden van Hameln in Niedersachsen, Duitsland. Van Falke zijn drie zonen goedgekeurd voor de fokkerij en zijn 24 merries ingeschreven bij het Trakehner stamboek. De bekendste dochters zijn Kapstadt (1980), die de moeder is van de hengst Kostolany Trak (1985, V. Enrico Caruso), en de elite- en staatspremiemerrie Etana Trak (1984), die de moeder is van de hengsten Excalibur Trak Trak (1990, V. Ravel) en Emerson Trak (1998, V. Benz Trak).

De drie goedgekeurde zonen van Falke zijn Maiklang Trak (1981), Egmont Trak (1982) en Eisenerz Trak (1983).

Abiza Trak

De schimmeldochter Abiza Trak (1963, V. Maharadscha) is op 26 februari 1963 geboren in de stoeterij Birkhausen in Zweibrücken, die eigendom is van het Trakehner stamboek. Abiza heeft de merrie Abendrot Trak (1949, V. Absalon Trak) als moeder en Abendrot is ook de moeder van de hengst Abendglanz Trak (1961, V. Poet xx).

Abiza heeft in totaal dertien veulens gebracht. In 1970 is ze, drachtig van de hengst Donauwind 254.65 Trak, verkocht aan Gerhard Schickedanz in Unionville, Ontario, Canada. Daar is op 7 december 1970 de schimmelhengst Abdullah Trak geboren. Op driejarige leeftijd is Abdullah verkocht aan Terry en Sue Williams van de Williamsburg Farms in Middleport, circa 40 km ten noordoosten van Buffalo in de staat New York, Verenigde Staten. Abdullah is uitgegroeid tot een 160 cm groot springpaard. Hij won wedstrijden onder Joe Fargis en Debbie Stephens, maar zijn grootste successen boekte hij met Conrad Homfeld. Samen behaalden ze tijdens de Olympische Spelen 1984 in Los Angeles individueel de zilveren medaille en met het Amerikaanse team de gouden medaille. In 1985 wonnen ze in Berlijn de wereldbeker finale en bij de wereldkampioenschappen 1986 in Aachen werden ze met het Amerikaanse team wereldkampioen en individueel behaalden ze de zilveren medaille.
In 1985 is Abdullah als hengst goedgekeurd door het Trakehner stamboek en na zijn sportcarrière in 1989 is hij een gewaardeerde fokhengst geworden.
Abdullah is op 5 januari 2000 aan koliek gestorven.

Verder bracht Abiza in 1973 de merrie Aïda (V. Händel Trak), die onder de Canadees Jim Elder Grand Prix springwedstrijden won.

In 1974 volgde de hengst Amiego Trak (1974, V. Händel Trak), die zes goedgekeurde hengsten bracht en in de sport op de Pan-Amerikaanse Spelen de bronzen medaille won in de military.

In 1975 is de schimmel Archibald (V. Händel Trak) geboren. Hij heeft voor Canada goed gepresteerd in verschillende eventing wedstrijden.

Van de hengst Tannenberg Trak (1966) bracht Abiza in 1976 de schimmelmerrie Aloette, die de hengst Apache OSBA (1986) bracht.

In 1978 is, eveneens van Tannenberg, de hengst Anton geboren, die gekwalificeerd is om aan de military bij de Olympische Spelen 1992 in Barcelona deel te nemen.

Tenslotte is in 1981 Adrian (V. Merkur OSBES) geboren, die later aan diverse Grand Prix springwedstrijden heeft deelgenomen.

2.1. Mahdi 157.64 Trak

De hengst Mahdi Trak (1964, V. Maharadscha Trak) is gefokt op het landgoed Schwaighof in Nordendorf, Beieren, waar zijn vader jarenlang ter dekking heeft gestaan. Zijn moeder is de merrie Flocke IV Trak (1959, V. Gabriel Trak), die de belangrijkste fokmerrie van de fokkerij op Schwaighof is. Zij bracht behalve Mahdi ook zijn broer, de grote vererver Flaneur Trak (1965; zie 2.2.), terwijl uit de door haar gevormde moederlijn ook de hengsten Feingeist Trak (1992, V. Van Deyk Trak), Farinelli Trak (1994, V. Tolstoi Trak) en zijn broer Freudenfest Trak (1997, V. Tolstoi) zijn gekomen.

Mahdi is een vos met veel aftekeningen. Hij is als staatshengst aangekocht door het voormalige Beierse Landgestüt in Landshut, dat ongeveer 45 km ten noordoosten van München ligt. Mahdi heeft daar het grootste deel van zijn leven ter dekking gestaan en, ondanks het feit dat hij slechts weinig werd gebruikt, heeft hij gezorgd voor een aantal prima presterende paarden. De meesten daarvan zijn geregistreerd bij het Beierse paardenstamboek en slechts een paar zijn in het Trakehner stamboek opgenomen. De meest succesvolle dochter is wellicht de 162 cm grote vos Girlande Bayern (1974, MV. The Eunuch xx), die de merrie Gitana Bayern (1985, V. Rhodos Holst) bracht en Gitana heeft tenminste vijf sportpaarden gebracht die allen op Z niveau hebben gepresteerd.

2.2. Flaneur 265.65 Trak

Flaneur Trak (V. Maharadscha Trak) is in 1965 geboren op het landgoed Schwaighof van de familie Zeising in Nordenhof, 25 km ten noorden van Augsburg in Beieren. Zijn moeder is de merrie Flocke IV Trak (1959, V. Gabriel Trak), die een jaar eerder Flaneurs volle broer Mahdi Trak (zie 2.1.) bracht. De grootmoeder is Flora Trak (1947, V. Go Go xx).

Flaneur verbindt daarmee in zijn afstamming de Arabische elementen van Maharadscha Trak met de Engels volbloed elementen van Go Go xx en het sterke basale Trakehnerbloed van Gabriel Trak. Daarbij moet worden opgemerkt dat Gabriel in een pedigree meestal niet erg wordt gewaardeerd, maar dat met zijn uitstekende nakomelingen telkens logenstraft.

Flaneur is een donkerbruine hengst met weinig aftekeningen. Hij was in 1967 op de hengstenkeuring in Neumünster reservekampioen. Bij zijn goedkeuring als fokhengst is zijn voorbeeldig model genoemd. Hij is een voorname verschijning met een rastypisch hoofd, een goede hals, een goed geplaatste, brede en goed bespierde schouder, goede diepte en sterke en correcte bewegingen. In 1968 heeft Flaneur met hoge cijfers het verrichtingsonderzoek in Westercelle afgelegd. Daarbij kreeg hij het volgende rapport mee: rustig en zeer evenwichtig temperament, speels maar met een goed karakter, sterke bouw. Goede rijpaardeigenschappen, eenvoudig en makkelijk te rijden. Springaanleg meer dan gemiddeld, goed algemeen prestatievermogen; ruime stap; goed gedragen, taktvolle draf; afgewogen, ontspannen galop. Een hengst met veel mogelijkheden.

Later heeft Lars Gehrmann, fokkerijleider van het Trakehner stamboek, de betekenis van Flaneur voor de Trakehner fokkerij in de beginjaren ’90 beschreven: “Er zijn altijd maar een paar hengsten die binnen een ras de fokkerij in een bepaalde periode bepalen. De donkerbruine Flaneur is één van deze hengsten binnen de Trakehner fokkerij. Het valt nog te bezien of de hengstenlijn van Flaneur de grote rijpaardkwaliteiten, waaronder soepele bewegingen, kan verankeren. Wellicht dat deze lijn vanwege de Arabische oorsprong het goede type over vele generaties heeft kunnen vasthouden, waarvan enkele verfijnde hengsten zoals Arogno, Schwadroneur en Caprimond toonbeelden zijn”.

Flaneur heeft op drie verschillende dekstations gestaan. Een deel van zijn eerste dekseizoen heeft hij op de Vogelsangshof van de familie Hoogen in Kevelaer gestaan. Vervolgens heeft hij van 1968 – 1972 op het dekstation Hof Illbach in Reinheim, 15 km ten oosten van Darmstadt in Hessen, gestaan en van 1973 tot zijn dood in 1988 bij dr. Reimer in Hückeswagen, dat 20 km ten zuidoosten van Wuppertal in het Ruhrgebied ligt.

Flaneur is met 15 goedgekeurde zonen en 106 in het stamboek ingeschreven dochters een echte stempelhengst van de moderne Trakehner fokkerij.

Van de dochters moeten Baronin (1969), Maharani II (1969), Karawane II (1972), Anna Karenina (1982) en Arktis II (1984) worden genoemd.

Voor uitgebreide informatie over Flaneur Trak en zijn nakomelingen wordt verwezen naar de pagina Flaneur Trak op deze website www.stempelhengsten.eu.

2.3. Ferlin 263.66 Trak

De schimmelhengst Ferlin (V. Maharadscha Trak) is geboren op 22 maart 1966. Hij heeft een stokmaat van 165 cm.

Zijn moeder is de Trakehner eliteschimmel Feh (1956, V. Altan Trak) en de grootmoeder aan moederskant is de schimmel Feodora (1942, V. Canino Trak).

Feodora is een belangrijke fokmerrie binnen de Trakehner fokkerij. Zij is onder andere de moeder van de goedgekeurde Trakehner hengsten Fez Trak (1949, V. Suomar Trak) en Fedor Trak (1960, V. Reichfürst Trak) en van de merries:

Feenette Trak (1947, V. Totilas Trak), die de grootmoeder is van de in Canada geboren hengst Filou (1973, V. Antares Trak);

Feine Trak (1952, V. Suomar Trak), die de moeder is van de hengst Fidelio Trak 1961, V. Reichsfürst Trak) en de grootmoeder is van de hengsten Fresco NWP (1963, V. Carajan Trak), Facetto Trak (1966, V. Prince Rouge xx), Fabian Trak (1972, V. Donauwind Trak) en Falke Trak (1976, V. Grimsel Trak);

Feh Trak (1956, V. Altan), die de moeder is van de hengsten Frohsinn Trak (1961, V. Reichsfürst Trak), Ferlin Trak (1966, V. Maharadscha Trak; zie 1.5.2.3.) en Ferlino Trak (1970, V. Herbststurm Trak) en

Fabiola Trak (1961, V. Reichsfürst Trak), die de moeder is van de hengst Faharadscha Trak (1970, V. Maharadscha Trak) en de grootmoeder is van de hengst Florian Han (1983, V. Furioso II SF).

Fokker van Ferlin is stoeterij Grambach uit Schafbrücke bij Saarbrücken in Saarland. De hengst heeft zijn hele leven op stoeterij Grambach ter dekking gestaan. Hij heeft twee dochters gebracht die van belang zijn geweest voor de Trakehner fokkerij. De ene is de schimmel Roma II (1972, MV. Sterndeuter Trak, die de moeder is van de goedgekeurde hengsten Rombus Trak (1978, V. Herzkönig Trak) en zijn volle broer Römer Trak (1982). Zowel Roma II als haar beide zonen zijn gefokt door stoeterij Grambach.

De andere dochter is de schimmel Madeira II (1974, MV. Hannsakapitän Trak), die ook gefokt is door stoeterij Grambach. Madeira II bracht de succesvolle Trakehner hengst Marduc Trak (1977, V. Halali Trak), die diverse goede dressuurpaarden en 11 goedgekeurde zonen bracht.

2.4. Kornett II 292.66 Trak

Kornett II (V. Maharadscha Trak) is een voshengst met een stokmaat van 161 cm. Hij is geboren op 23 februari 1966. Zijn moeder is de zwarte Trakehner merrie Korinthe (1957, V. Schwarzer Prinz xx) en moedersmoeder is de bruine Korea (1948, V. Suomar Trak).

Korinthe is ook de moeder van de goedgekeurde hengst Koriander Trak (1962, V. Schöner Abend Trak).

Fokker van Kornett II is de Gutsverwaltung Schwaighof in Allmanshofen, 20 km ten noorden van Augsburg in Baden-Württemberg en eigenaar is het Haupt- en Landgestüt Marbach in Gomadingen, Baden-Württemberg.

Kornett II is door het Trakehner stamboek goedgekeurd en is erkend door het stamboek van Baden-Württemberg.

Hij heeft drie goedgekeurde zonen gebracht: Koriolan BaWu (1972), Korporal BaWu (1978) en Assistent Trak (1992).

De volgende dochters van Kornett II zijn van belang voor de fokkerij of de sport geweest:

Koralle Bawü (1971, MV. Adjutant Trak), is de moeder van de hengst Goldkorn BaWu (1989, V. Goldpilz Hann);

Katja Bawü (1974, MV Lothar Trak), is de moeder van de goedgekeurde hengst Weltruf BaWu (1982, V. Wettstreit Hann);

Kerze Bawü (1976, MV. Herzbube Trak), is de moeder van het internationale dressuurpaard Del Mare (1992, V. Donnerhall Old) ;

Kordel Bawü (1976, MV Julmond Trak), is de grootmoeder van de hengst Cleverboy BaWu (1991, V. Come On Holst) en

Fanfare Bawü (1991, MV. Pregel), is de moeder van de hengst Roadstar BaWu (1997, V. Ricordo di Leny Westf).

Kornett II is in 1992 overleden

2.4.1. Koriolan 129.72 BaWu

Koriolan (V. Kornett II) is een vos hengst. Zijn moeder is de Baden-Württembergse merrie Barbara (1968, V. Blickfang Trak) en moedersmoeder is Nojade (1958, V. Nopal BaWu).

Koriolan is als veulen door Alfred Caspar van stoeterij Birkhof uit Donzdorf bij Göppingen op de veulenmarkt in Riedlingen gekocht. Na de goedkeuring in het najaar van 1974 was Koriolan in 1975 de eerste goedgekeurde hengst die op zijn stoeterij beschikbaar is gesteld aan de fokkers.

Van zijn nakomelingen heeft dochter Koriolistin (1976, MV. Jod BaWu) de goedgekeurde hengst Pagathon BaWu (1988, V. Pageno xx) gebracht.

2.4.2. Korporal 71.78 BaWu

De voshengst Korporal (V. Kornett II) is geboren op 6 april 1978. Hij heeft een stokmaat van 170 cm en is gefokt door Fritz Hagmann van Hofgut Lichtenfeld uit Ebersbach-Musbach in het Zwarte Woud.

De moeder van Korporal is de vosmerrie Banja BaWu (1971, V. Basalt Trak) en tweede moeder is de staatspremiemerrie Riscora BaWu (1962, V. Tizotto BaWu).

Korporal heeft In 1981 deelgenomen aan een verrichtingsonderzoek in Marbach waarbij hij van de 26 deelnemers de tweede plaats bereikte. Daarna is hij op 4 november 1981 in Marbach door het stamboek van Baden-Württemberg goedgekeurd voor de fokkerij. Korporal is tot halverwege de negentiger jaren actief geweest in de fokkerij, maar heeft niet heel veel merries gedekt.

Zijn dochter Korsika (1985, MV. Kastor Trak) is de grootmoeder van de hengsten Disco Hit/ Disco Dressman BaWu (1997, V. Disco-Tanzer BaWu) en Disco Dream BaWu (2005, V. Disco Dancer BaWu).

Korporal heeft met zijn zoon Komfort BaWu (1991) één goedgekeurde hengst gebracht.

2.4.2.1. Komfort 20064.91 BaWu

Komfort (V. Korporal BaWu) is een vos hengst met een stokmaat van 163 cm. Zijn moeder is de Baden-Württembergse merrie Akila (1981, V. Arzt BaWu) en tweede moeder is Inta (1975, V. Infant).

Komfort heeft in 1994 in Marbach deelgenomen aan een verrichtingsonderzoek waarbij hij van de 27 deelnemers de zesde plaats bereikte.

Komfort is in 2004 en 2005 door Karin Karlovatz onder Oostenrijkse licentie uitgebracht in Grand Prix dressuurwedstrijden.

Van zijn prestaties in de fokkerij is weinig bekend.

2.4.3. Assistent 8002.92 Trak

De donkerbruine Assistent (V. Kornett II BaWu) is op 15 april 1992 geboren op het Haupt- en Landgestüt Marbach. Hij heeft een stokmaat van 172 cm.

Moeder van Assistent is de bruine Trakehner merrie Ascona (1983, V. Mahagoni Trak) en haar moeder is de staatspremiemerrie Antonia III Trak (1971, V. Impuls Trak).

In de afstamming van Assistent komt Maharadscha zowel aan vaders- als aan moederskant voor. Assistent voert daarmee ruim 28% Maharadscha bloed.

Een volle zuster van Ascona is Akelei (1979) en die is de moeder van de goedgekeurde hengst Amelio Trak (1989, V. Kronenkranich xx).

Assistent heeft in 1995 in Marbach deelgenomen aan een verrichtingsonderzoek, waarbij hij in de dressuuronderdelen de beste was van de 30 deelnemende hengsten. Bij de springonderdelen eindigde hij als zevende en in totaal werd hij de winnaar van het verrichtingsonderzoek.

Assistent is in 1995 door het stamboek van Baden-Württemberg goedgekeurd op de keuring in Marbach. Het Trakehner stamboek en het Beierse stamboek hebben hem erkend. Assistent heeft vanaf dat moment op het Haupt- en Landgestüt in Marbach ter dekking gestaan, maar in de fokkerij heeft hij tot dusver niet kunnen overtuigen.

2.5. Etong 260.67 Trak

De schimmel Etong (V. Maharadscha) is op 12 april 1967 geboren. Hij is gefokt door Irene Reverschon uit Sondermoning aan de Chiemsee in Beieren. Etong heeft een stokmaat van 164 cm.

Moeder van Etong is de maar 156 cm grote Trakehner schimmel merrie Etude (1961, V. Jonkheer xx) en moedersmoeder is de schimmel Etikette (1957, V. Humboldt Trak).

Etong is in het najaar van 1969 goedgekeurd door het Trakehner stamboek en heeft in 1970 in Westercelle aan een verrichtingsonderzoek deelgenomen. Hij is in de dressuursport uitgebracht tot op ZZ niveau en beschikte ook over, voor Trakehners, opmerkelijke springcapaciteiten.

Voor de fokkerij is hij jarenlang beschikbaar geweest op stoeterij Schralling in Burgkirchen, dat 45 km ten noorden van Salzburg in Beieren ligt. In 1973 is hij een jaar verhuurd aan stoeterij Webelsgrund in Springe bij Hannover, Niedersachsen.

Als fokhengst heeft hij diverse goede merries gebracht. Zijn dochter Instanz (1974, MV Impuls) is de moeder van de goedgekeurde hengst Iglesias Tra, k (1985V. Tenor Trak).

Vanwege een ziekte is Etong in 1983 gedood.

2.6. Uttar Pradesh 413.69 Trak

Uttar Praesh (V. Maharadscha) is een kleine schimmelhengst met een stokmaat van 160 cm.

Zijn moeder is de Trakehner vosmerrie Uschi II (1955, V. Hannemann Trak). Tweede moeder is de Oost Pruisische vos Ursula (1941, V. onbekend).

Uttar Pradesh is gefokt door Irene Reverchon uit Sondermoning aan de Chiemsee in Beieren. Na zijn goedkeuring als hengst is hij vier jaren ter dekking gesteld op het Hessische Landgestüt in Dillenburg. Veel indruk in de fokkerij heeft hij daarbij niet gemaakt.

2.7. Faharadscha 238.70 Trak

De elite schimmel hengst Faharadscha (V. Maharadscha Trak) is gefokt door dr. Walter Rumpf uit Rodheim-Bieber bij Gieβen in Hessen.

Moeder is de Trakehner schimmel merrie Fabiola (1961, V. Reichsfürst Trak) en tweede moeder is de maar 155 cm grote schimmel Feodora (1942, V. Canino Trak), die een belangrijke fokmerrie is binnen de Trakehner fokkerij.

Fabiola is de grootmoeder van de Hannoveraans gefokte hengst Florian Hann (1983, V. Furioso II SF), die in Frankrijk door het Selle Français is goedgekeurd.

Feodora is onder andere de moeder van de goedgekeurde Trakehner hengsten Fez Trak (1949, V. Suomar Trak, zie ) en Fedor Trak (1960, V. Reichfürst Trak) en van de merries:

Feenette Trak (1947, V. Totilas Trak), is de grootmoeder van de in Canada geboren hengst Filou (1973, V. Antares Trak);

Feine Trak (1952, V. Suomar Trak), is de moeder van de hengst Fidelio Trak (1961, V. Reichsfürst Trak) en de grootmoeder is van de hengsten Fresco NWP (1963, V. Carajan Trak), Facetto Trak (1966, V. Prince Rouge xx), Fabian Trak (1972, V. Donauwind Trak) en Falke Trak (1976, V. Grimsel Trak);

Feh Trak (1956, V. Altan), is de moeder van de hengsten Frohsinn Trak (1961, V. Reichsfürst Trak), Ferlin Trak (1966, V. Maharadscha Trak; zie 1.5.2.3.) en Ferlino Trak (1970, V. Herbststurm Trak) en

Fabiola Trak (1961, V. Reichsfürst Trak), is de moeder van de hengst Faharadscha Trak (1970, V. Maharadscha Trak) en de grootmoeder is van de hengst Florian Han (1983, V. Furioso II SF).Feodora is ook de moeder van de goedgekeurde Trakehner hengsten Fez 54.49 Trak (V. Suomar Trak) en Fedor 53.60 Trak (V. Reichsfürst Trak) en van de fokmerries Feine (1952, V. Suomar Trak) en Feh (1956, V. Altan).

Faharadscha heeft in 1975 met een zeer matig resultaat deelgenomen aan een verrichtingsonderzoek in Adelheidsdorf. Hij behaalde van de 65 deelnemers de 61e plaats.

In 1976 is hij voor de fokkerij goedgekeurd door het Trakehner stamboek. In 1977 is Faharadscha verkocht naar het toenmalige Tsjechoslowakije. Daarna is hij in de jaren 1982 en 1983 ter dekking gesteld op het Saksische Landgestüt Moritzburg en daarna is hij weer naar Tsjechoslowakije gegaan.

In de fokkerij heeft hij de als fokhengst goedgekeurde zonen Fähnrich Rheinl (1976) en Kalif Trak (1984) gebracht.

Zijn dochter staatspremiemerrie Fatima XIII Trak (1982, MV. Monsun x) is de moeder van de door de ZdfP goedgekeurde hengst Fator DDR (1987, V. Kondor II Trak).

2.7.1. Fähnrich 978.76 Rheinl

Fähnrich (V. Faharadscha Trak) is een schimmel hengst, die is gefokt door Alexander Reuss uit Jüchen bij Mönchengladbach in Noordrijn-Westfalen.

Zijn moeder is de Rheinlandse merrie Woge (1962, V. Wiegand Westf) en de grootmoeder aan moederszijde is de Westfaalse merrie Gerlinde (V. Grünspecht Westf).

Fähnrich is goedgekeurd door het Rheinlandse stamboek, maar is slechts spaarzaam door de fokkers gebruikt.

Zijn dochter Fahra Rheinl (1980, MV. Radetzky Westf) is de grootmoeder van de hengst Rangoon Rheinl (1989, V. Radjah Z Old), die is goedgekeurd door de stamboeken van Rheinland, Westfalen en Baden-Württemberg.

2.7.2. Kalif 1468.84 Trak

De schimmelhengst Kalif (V. Faharadscha Trak) heeft een stokmaat van 162 cm. Al op zeer jonge leeftijd was Kalif spierwit. Hij is gefokt door H. Wagner uit Machern bij Leipzig in Sachsen.

De moeder van Kalif is de Trakehner merrie Knospe (1978, V. Turmfalk Trak) en moedersmoeder is Kirschblüte Trak (1965, V. Pregel Trak). Kirschblüte heeft verschillende goede sportpaarden gegeven.

Kalif heeft in 1988 deelgenomen aan een verrichtingsonderzoek in Neustadt/Dosse en heeft ter dekking gestaan op het Saksische Landgestüt in Moritzburg.

Hij is in 1999 verongelukt en heeft negen dochters die zijn ingeschreven bij het Trakehner stamboek.

2.8. Amor II 352.70 Trak

De bruine hengst Amor II (V. Maharadscha Trak) is op 17 maart 1970 geboren. Zijn fokker is dr. W. Kähler uit Hamburg. Amor II heeft een stokmaat van 167 cm. Zijn moeder is de bruine Trakehner merrie Arosa III (1966, V. Rosenberg Trak) en tweede moeder is de bruine Artemis II Trak (1958, V. Absalon Trak). Arosa III is een volle zuster van de goedgekeurde Trakehner hengst Astronaut Trak (1967).

Amor II is goedgekeurd door het stamboek van Baden-Württemberg en heeft in 1974 in Marbach deelgenomen aan een verrichtingsonderzoek. Hij heeft van 1973 – 1977 ter dekking gestaan op het dekstation Herrenberg ten zuidwester van Sindelfingen en van 1977 – 1982 op het Haupt- en Landgestüt Marbach. Van 1983 tot zijn dood in 1989 heeft hij in Öhringen bij Heilbronn gestaan.

Amor II heeft zeven zonen gebracht die actief zijn geweest in de fokkerij. Het betreft Admiral II BaWu (1975), Abendstern BaWu (1975), Abutilon BaWu (1977), Anhang BaWu (1979), Amethyst OSB (1980, Anglerfreund BaWu (1981) en Allalin BaWu (1986).

Drie van de dochters van Amor II zijn hengstenmoeder geworden:

Assia Bawü (1978, mv Ikarus Trak), is de moeder van Fiesolo 3003.92 BaWu (V. Flirt Old);

Alida Bawü (1979, MV. Lothar Trak), is de moeder van Adelmann 1511.84 BaWu (V. Angelo Z Hann) en

Algebra Bawü (1980, MV. Ikarus), is de moeder van Gilmor 1511.87 BaWu (V. Girond SF).

2.8.1. Admiral II 186.75 BaWu

De donkerbruine Admiral II (V. Amor II Trak) is gefokt door S. Wesserle uit Bempflingen bij Stuttgart. De hengst heeft een stokmaat van 168 cm. Zijn moeder is de Engels volbloedmerrie Wendy xx (1969, V. Wreekin Rambler xx) en moedersmoeder is Praerie Lou xx (1960, V. Mustang xx).

Admiral II is goedgekeurd door het stamboek van Baden-Württemberg en erkend door het Trakehner stamboek. In 1978 heeft hij deelgenomen aan het verrichtingsonderzoek in Marbach, waar hij van 21 deelnemende hengsten de eerste plaats in nam.

In de fokkerij heeft Admiral II geen grote invloed gehad.

2.8.2. Abendstern 440.75 BaWu

Abendstern (V. Amor II Trak) is een zwarte hengst met een stokmaat van 171 cm, die is geboren op 27 april 1975. Hij is gefokt door Friedrich Peter Haag uit Stuttgart, Baden-Württemberg.

Moeder van Abendstern is de Baden-Württembergse merrie Abendsonne (1967, V. Absynth Trak) en grootmoeder aan moederszijde is de zwarte merrie Sabine BaWu (1958, V. Sadist BaWu).

Abendstern is een volle broer van Abutilon BaWu (zie 2.8.3.). Sabine is ook de grootmoeder van de hengst Pirmin BaWu (1974, V. Pergamos Trak).

Abendstern is in 1978 goedgekeurd op een keuring in Marbach en heeft in hetzelfde jaar in Marbach deelgenomen aan het verrichtingsonderzoek, waarbij hij van de 21 deelnemende hengsten de 3e plaats bereikte.

Abendstern heeft met Abendruf 213.80 BaWu één goedgekeurde zoon gegeven.

2.8.2.1. Abendruf 213.80 BaWu

De schimmel hengst Abendruf (1979, V. Abendstern BaWu) heeft een stokmaat van 164 cm en is geboren op 6 januari 1980. Hij is gefokt door Hermann Blender uit Sigmaringen, Baden-Württemberg.

Moeder van Abendruf is de Baden-Württembergse merrie Herzogin (1969, V. Herzbube Trak). Moedersmoeder is Silberforelle BaWu (1960, V. Silcher BaWu).

Abendruf is in 1983 op een keuring in Marbach goedgekeurd door het Baden-Württembergse stamboek en heeft dat jaar ook deelgenomen aan een verrichtingsonderzoek in Marbach. Van de 21 deelnemende hengst heeft hij daarbij de tweede plaats behaald.

In de fokkerij heeft Abendruf één goedgekeurde hengst gebracht: Adler 390.89 BaWu.

2.8.2.1.1. Adler 390.89 BaWu

Adler (V. Abendruf BaWu) is een zwarte hengst. Zijn moeder is de in het Baden- Württembergse stamboek geregistreerde merrie Silvana (1982, V. Schlosser BaWu) en haar moeder is Simone BaWu (1962, V. Silcher BaWu).

In de fokkerij heeft Adler geen indruk gemaakt.

2.8.3. Abutilon 661.77 BaWu

Abutilon (V. Amor II Trak) is een zwarte hengst met een stokmaat van 167 cm, die is geboren op 20 januari 1977. Abutilon is een volle broer van Abendstern BaWu (zie 1.5.2.8.2.).

Hij is gefokt door Friedrich Peter Haag uit Stuttgart, Baden-Württemberg.

Moeder van Abendstern is de Baden-Württembergse zwartbruine merrie Abendsonne (1967, V. Absynth Trak) en grootmoeder aan moederszijde is de zwarte Sabine (1958, V. Sadist BaWu).

Abutilon is in 1980 goedgekeurd door het stamboek van Baden-Württemberg en heeft in hetzelfde jaar deelgenomen aan een verrichtingsonderzoek in Marbach, waarbij hij van de 24 deelnemers derde werd.

De hengst is door de fokkers weinig gebruikt.

2.8.4. Anhang 30.79 BaWu

De bruine hengst Anhang (V. Amor II Trak) heeft een stokmaat van 168 cm. Hij is op 23 april 1979 geboren.

Zijn moeder is de Baden-Württembergse merrie Innung (1979, V. Ikarus Trak) en tweede moeder is de bruine Geisha BaWu (1969, V. Golddollar Trak).

Innung is ook de grootmoeder van de hengst Gilmor BaWu (1987, V. Girond SF) en Geisha is de grootmoeder van de hengsten Kerner BaWu (1972, V. Kastor Trak), Kern BaWu (1974, V. Kastor Trak) en Gardez BaWu (1990, V. Ganymed I Hann).

Anhang is goedgekeurd door het stamboek van Baden-Württemberg en heeft in 1982 deelgenomen aan een verrichtingsonderzoek in Marbach. Hij werd daarin vierde van de 23 deelnemers. Anhang heeft in de fokkerij geen grote indruk achter gelaten.

2.8.5. Amethyst II 26.80 Trak / OSB-S273 ATA

Amethyst II (V. Amor II Trak) is een donkerbruine hengst die is gefokt door het Haupt- en Landgestüt Marbach in Baden-Württemberg. Hij is geboren op 26 mei 1980 en heeft een stokmaat van 170 cm.

De moeder van Amythist II is de Trakehner vos merrie Aschenbrödel (1966, V. Schabernack Trak) en moedersmoeder is de vos merrie Achalm (1952, V. Julmond Trak).

Aschenbrödel is ook de grootmoeder van de hengst Anglerfreund Trak / BaWu (1981, V. Amor II Trak, zie 2.8.6.).

Achalm is ook de moeder van de goedgekeurde hengst Askot Trak (1967, V. Schabernack) en ze is de grootmoeder van de in België goedgekeurde hengst Ahorn BWP (1973, V. Kastor) en van de Trakehner hengst Agent Trak (1976, V. Gharib ox).

Amethyst II is goedgekeurd door het Trakehner stamboek. Hij heeft in 1983 deelgenomen aan het verrichtingsonderzoek in Marbach. Van de 21 deelnemende hengsten behaalde hij daarbij de 8e plaats. In 1985 heeft het Landgestüt Marbach Amethyst II verkocht aan Harry Zimmermann en is hij geëxporteerd naar Canada. Daar is de hengst goedgekeurd door de Amerikaanse Trakehner Associatie.

Zimmermann heeft de hengst in training gegeven voor deelname aan samengestelde wedstrijden. Eerst werd hij gereden door Peter Gray en in 1989 heeft Paul Delbrook met Amethyst II het CCI Bromont gewonnen. Daarna is Darren Chiacchia, de latere winnaar van de bronzen medaille bij de miltary tijdens de Olympische Spelen 2004 in Athene, de hengst gaan rijden en werd de combinatie derde bij het CCI Radnor. Tijdens de training voor de Olympische Spelen 1996 in Atlanta is Amethyst II zwaar geblesseerd geraakt en is hij teruggetrokken uit de sport

In 1992 heeft Chiacchia met meerdere bewonderaars een syndicaat gevormd om Amethyst II te kopen en beschikbaar te stellen als fokhengst.

Nadat de hengst was teruggetrokken uit de sport is hij ondergebracht op de New Spring Farm van Tim en Cheryl Holekamp in Columbia, Missouri.

Tijdens de sportcarrière is Amethyst II verschillende keren door de Amerikaanse Trakehner Associatie uitgeroepen tot Paard van het Jaar.

Voor Amerikaanse begrippen is Amethyst II als fokhengst tamelijk veel gebrukt maar is hij in de fokkerij niet bijzonder succesvol geweest. Hij is overleden op 19 oktober 2002.

2.8.6. Anglerfreund (Carracciola) 2201.81 Trak / 855.81 BaWu

Anglerfreund (V. Amor II Trak) is een 171 cm grote, schimmel hengst die is goedgekeurd door het stamboek van Baden-Württemberg. Op latere leeftijd is de naam van Anglerfreund gewijzigd in Carracciola.

Hij is gefokt door het Haupt- en Landgestüt Marbach. Zijn moeder is de Trakehner schimmel merrie Angel (1974, V. Pregel Trak) en grootmoeder van moederskant is de vos Aschenbrödel Trak (1966, V. Schabernack Trak).

In 1985 heeft Anglerfreund met succes deelgenomen aan het NRPS verrichtings-onderzoek in Ermelo, Nederland, waarna hij door het NRPS is goedgekeurd.

In de fokkerij heeft Anglerfreund enkele fokmerries achtergelaten.

2.8.7. Allalin 439.86 BaWu

De bruine hengst Allalin (V. Amor II Trak) heeft een stokmaat van 165 cm. Moeder van de hengst is de Baden-Württembergse merrie Alaska (1972, V. Achill Trak) en tweede moeder is Hanne BaWu (1965, V. Hatto Trak).

Allalin heeft in 1991 deelgenomen aan een verrichtingsonderzoek in Marbach, waarbij hij onder 45 deelnemers de derde plaats bereikte. Vervolgens is hij in 1992 op een keuring in Koblenz goedgekeurd door het stamboek van Rheinland-Pfalz-Saar (Zweibrücken).

Van zijn prestaties in de fokkerij is weinig meer bekend dan dat het stamboek Zweibrücken begin jaren negentig een aantal nakomelingen heeft geregistreerd.

2.9. Schwärmer 410.70 Trak

Schwärmer (V. Maharadscha Trak) is een donkerbruine hengst met een stokmaat van 168 cm. Hij is gefokt op de stoeterij Rantzau van het Trakehner stamboek. Zijn moeder is de legendarische zwartbruine Trakehner elite- en staatspremiemerrie Schwalbe (1952, V. Totilas Trak) en moedersmoeder is de zwarte Saaleck Trak (1940, V. Erhabener Trak).

Schwalbe is ook de moeder van de goedgekeurde hengsten Schwalbenfürst DWP (1961, V. Reichsfürst Trak) en Schwarm Trak (1966, V. Traumgeist xx) en ze is de grootmoeder van de hengsten Schöngeist Trak (1963, V. Traumgeist xx), Schwarzer Prinz Trak (1968, V. Dollarprinz Trak) en de drie broers Schwalbenflug Trak (1968, V. Impuls Trak), Schwalbenzug Trak (1972) en Schwalbenfreund Trak (1973). Daarnaast heeft Schwalbe diverse goedgekeurde achterkleinzonen en achterachterkleinzonen.

Schwärmer is in 1972 goedgekeurd als fokhengst op een keuring in Rantzau. In 1973 heeft hij zijn verrichtingstest afgelegd in Westercelle . Hij is 16 jaren actief geweest als hengst. Zijn zonen CorvinTrak (1974) en Lutz (1980) zijn goedgekeurd als hengst en twee dochters zijn moeder van een goedgekeurde hengst. Dat zijn:

1.Eliza (1974, MV. Pregel Trak), die de moeder is van Elbiskus OSB (1978, V.Ibikus Trak) en

2.Cinderella (1975, MV. Sterndeuter Trak), die de moeder is van de Oldenburgse hengst Day Dream Old (1992, V. Don Gregory Hann).

Schwärmer is in 1988 overleden.

2.9.1. Corvin 291.74 Trak

De zwarte hengst Corvin (V. Schwärmer Trak) is op 15 februari 1974 geboren. Zijn fokker is Hans-Werner Paul uit Rethwisch, dat ten oosten van Kiel in Sleeswijk Holstein ligt. Corvin heeft een stokmaat van 166 cm.

Zijn moeder is de bruine Trakehner merrie Corvina (1960, V. Boris Trak) en tweede moeder is de bruine elitemerrie Corrie (1955, V. Altan Trak). Corvina is ook de moeder van de goedgekeurde hengsten Cornelius Trak (1958, V. Donauwind Trak) en Cocktail Trak (1971, V. Habicht Trak).

Corrie is de grootmoeder van Coral Trak (1971, V. Tannenberg Trak), Orlof Stb (1973, V. Habicht Trak), die door het KWPN is goedgekeurd, en Consul Trak (1980, V. Swazi xx) en overgrootmoeder van meerdere hengsten.Corvin is in 1976 in Neumünster goedgekeurd door het Trakehner stamboek.

Van 1977 – 1983 is hij eigendom geweest van Elke Buck von Lingelsheim uit het ten zuiden van Lübeck (Sleeswijk Holstein) liggende Rondeshagen. Daarna is hij verkocht aan W. Aretz – Eiuweleit uit het ten zuidoosten van Wenen liggende Rauchenwarth, Oostenrijk. In de fokkerij heeft Corvin een aantal aardige fokmerries gebracht, waaronder de elitemerrie Komtess V Trak (1981, MV. Hessenstein Trak).

2.9.2. Lutz 2012.80 Trak

De zwarte hengst Lutz (V. Schwärmer Trak) heeft een stokmaat van 168 cm en is gefokt door Johannes Thurmann uit Pflaumdorf, dat 30 km ten westen van München in Beieren ligt.

Moeder is de bruine Trakehner merrie Lina III (1974, V. Kassio Trak) en moedersmoeder is bruine Linda V (1965, V. Pindar xx).

Lutz is geëxporteerd naar de Exelsior Equestrian Riding School van Sally-Leigh Woods in Wungong bij Perth in West Australië en door haar uitgebracht in Grand Prix dressuurwedstrijden.

In de fokkerij heeft Lutz enkele goede fokmerries achtergelaten.

2.10. Koketteur 428.71 Trak

Koketteur (V. Maharadscha Trak) is een schimmel hengst met een stokmaat van 163 cm. Hij is geboren op 10 januari 1971 en is gefokt door de Gutsverwaltung Schwaighof in Nordendorf, ten noorden van Augsburg in Beieren.

De moeder van Koketteur is de bruine merrie Kokettchen (1964, V. Pregel Trak) en de grootmoeder is de zwarte Korviglia (1952, V. Hansakapitän Trak).

Korviglio is ook de moeder van de goedgekeurde hengst Prince Conde Trak (1967, V. Prince Rouge xx).

Koketteur is goedgekeurd door het Trakehner stamboek. Als fokhengst heeft hij op stoeterij Elsweiler in Eschershausen, ongeveer 50 km ten zuiden van Hannover, Niedersachsen, gestaan.

In de fokkerij heeft Koketteur niet kunnen overtuigen. Hij is in 1982 overleden.

2.11. Pegasus 1006.72 Trak

De vos hengst Pegasus (V. Maharadscha Trak) heeft een stokmaat van 166 cm.

Zijn moeder is de Trakehner vos merrie Perlenkrone (1963, V. Ernest Trak) en tweede moeder is de vos Pepita Trak (1947, V. Sektor Trak). Perlenkrone is een volle zuster van de goedgekeurde hengst Pergamos Trak (1960).

Fokker is dr. K. Habermann uit Gumpersdorf, Beieren.

Pegasus is goedgekeurd door het Trakehner stamboek en heeft in de fokkerij een onopvallende rol gespeeld.

2.12 Mahatma 144.72 Bay

Mahatma (V. Maharadscha Trak) is een schimmel hengst met een stokmaat van 173 cm. Zijn moeder is de Beierse merrie Manuela (1963, V. Manolete xx) en moedersmoeder is Clarmine II Old (1959, V. Olymp Old).

Mahatma is goedgekeurd door het Beierse stamboek, maar heeft in de fokkerij weinig resultaat geboekt.

2.13. Mars 39.73 Bay

De bruine hengst Mars (V. Maharadscha) heeft een stokmaat van 166 cm. Zijn moeder is Filigran Bayern (1968, V. September Hann) en de tweede moeder is Freya Bayern (1959, V. Irrlicht Trak). Mars is gefokt door W. Schultz.

Mars is goedgekeurd door het Beierse stamboek en heeft in 1996 in München deelgenomen aan een verrichtingsonderzoek, waar negen hengsten aan deelnamen waarvan Mars de beste was. Aan de fokkerij heeft Mars geen grote bijdrage geleverd

Opgesteld op 1 mei 2015
Geactualiseerd op 27 december 2022
Presentatie aangepast op 1 juni 2025