skip to Main Content

1952 (Goldregen Trak x Cancara Trak)

 

Samenvatting

Komet is een in 1952 geboren zwarte hengst  uit een paring van de hengst  Goldregen Trak (1943, V. Creon Trak) met de Cancara-dochter Kokette Trak.
Zowel zijn vader als zijn moeder zijn gefokt door het Hauptgestüt Trakehnen.

Komet is in de jaren 1955 – 1961 op de stoeterij Panker ingezet voor de fokkerij. Van 1962 tot 1975 heeft Komet op het Beierse Landgestüt Achselschwang ter dekking gestaan.

Met zijn succesvolle zonen Hessenstein Trak (1958), Gunnar Trak (1960), Herbstglanz Trak (1961) en Herbststurm Trak (1962)  heeft Komet veel invloed gehad in de wederopbouw van de Trakehner fokkerij in het na-oorlogse West Duitsland.

Over de prestaties van de hengsten Hessenstein en Gunnar zijn aparte artikelen gepubliceerd op deze website.

In Nederland heeft zijn zoon Doruto Trak (1962) als leverancier van dressuurpaarden furore gemaakt.

Daarnaast is via zijn zoon Karaat Trak (1962), de kleinzonen Hessel Trak (1964, V. Hessenstein Trak), Amagun Trak (1968, V. Gunnar Trak), Jagermeester Trak (1968, V. Herbststurm Trak), Klavier Trak (1969, V. Gunnar Trak), Meteoor Trak (1971, V. Herbststurm Trak) en Mozart Trak (1973, V. Gunnar Trak) en de achterkleinzonen Ontario Trak (1973, V. Herzbube Trak), Natron KWPN (1974, V. Jagermeester Trak) en Nautilus KWPN (1974, V. Jagermeester Trak) het waardevolle bloed van Komet volop in de Nederlandse fokkerij vertegenwoordigd.

In de sport succesvolle nakomelingen van Komet zijn  Ideaal KWPN (1975, V. Doruto Trak) en Antony Hann (1986, V. Argonaut Trak).

Ideaal heeft met Johann Hinnemann (GER) individueel de derde plaats behaald bij het Wereldkampioenschap 1986 in Cedar Valley en heeft met het Duitse team de gouden medaille behaald in de landenwedstrijden tijdens het WK 1986 in Cedar Valley en het EK 1987 in Goodwood en met Sven-Günter Rothenberger (GER) bij het WK 1990 in Stockholm. Ideaal heeft een winsom van € 235.301.

Antony Hann heeft met Isabell Werth (GER) vele overwinningen heeft behaald in de internationale dressuursport. De combinatie heeft zowel in 1999 in Arnhem als in 2001 in Verden met het Duitse team de gouden medaille gewonnen in de landenwedstrijd tijdens de Europese Kampioenschappen dressuur.  Antony heeft een winsom van €  535.442.

 

 

Stoeterij Schmoel/Panker

Diverse hengsten die in dit artikel worden besproken zijn gefokt door de Kurhessische Hausstiftung Schmoel/Panker. Daarom wordt onderstaand kort aandacht besteed aan de bijzondere rol die deze stichting heeft gespeeld bij de na-oorlogse wederopbouw van de Trakehner fokkerij in Duitsland.

Volgens Wikipedia is de Kurhessische Hausstiftung een in 1928 opgerichte stichting van de adellijke familie Hessen. Het familiebezit van de familie werd ondergebracht in de stichting omdat op basis van de zogenaamde “Weimarer Verfassung” de gebouwen en landerijen van de familie anders in het bezit van de staat zouden komen. In de jaren ’50 en ’60 zijn twee kastelen en een paleis verkocht en is een wijnchateau aangekocht. Tegenwoordig bezit de stichting nog verschillende paleizen in Hessen waarin de familie woont of die als hotel worden geëxploiteerd, het wijngoed Prinz von Hessen in Rheingau, de stoeterij Panker in Sleeswijk-Holstein en een uitgebreide kunstcollectie die in een eigen museum ten toon wordt gesteld. De stichting wordt thans (2021) geleid door familiehoofd Heinrich Donatus Prinz und Landgraf von Hessen en Reiner Prinz von Hessen.

Na de Tweede Wereldoorlog is in Duitsland in 1946 het Trakehner stamboek opgericht. De eerste activiteit van het stamboek was om alle hengsten en merries te verzamelen die in de oorlog uit Oost Pruisen in het westen waren aangekomen.

In 1947 is door de Kurhessische Hausstiftung op het landgoed van de stichting in  Schmoel een stoeterij opgezet met 20 uit Oost Pruisen afkomstige merries van het Trakehner stamboek.

De bekendste merries waren de Hirtensang dochters Blitzrot Trak (1942) en Corvette Trak (1942); de Bussard dochters  Polarfahrt Trak (1940) en Herbstzeit Trak (1942) en de merries Tapete Trak (1938, V.  Pythagoras Trak), Kokette Trak (1938, V. Cancara Trak) en Handschelle Trak (1940, V. Polarstern Trak).

In 1949 hebben het Trakehner stamboek en de Kurhessische Hausstiftung een overeenkomst met een looptijd van tien jaar gesloten waarin is vastgelegd dat de stichting zich verplicht om als bijdrage aan het behoud van het Trakehner cultuurras ongeveer 25 fokmerries en twee hengsten zal aanhouden. De gefokte veulens zullen tot het derde levensjaar worden opgefokt. Elk tweede veulen van elke merrie wordt eigendom van de stoeterij; de andere nakomelingen blijven eigendom van het stamboek.
In 1956 wordt in het nabijgelegen Panker een nevenaccommodatie geopend voor de opfok en africhting van de jonge dieren.
Als in 1959 de overeenkomst afloopt gaat de stoeterij Schmoel/Panker met de in eigendom zijnde dieren als zelfstandige fokker verder.
In 1978 zijn ook de fokmerries verplaatst naar Panker.

 

Voorkomen en afstamming van Komet

 

Komet Trak DE309090013052 is een zwarte hengst met een stokmaat van 160 cm. Hij is  op 1 april 1952 geboren en is gefokt door het Trakehner stamboek en de Kurhessische Hausstiftung Schmoel, dat 20 km ten oosten van Kiel in het noordoosten van Sleeswijk-Holstein ligt.

Gerekend over acht generaties heeft Komet een afstamming met 53,1 % Engels- en Arabisch volbloed en 43,0 % Trakehner bloed.


Vader

De vader van Komet is de bruine hengst Goldregen Trak. Zijn naar huidige begrippen geringe stokmaat van 158 cm was destijds vrij normaal. Hij is op 5 mei 1943 geboren en is gefokt door het Hauptgestüt Trakehnen. De stoeterij lag in toenmalige Oost Pruisen in een gebied dat tegenwoordig tot het Russische oblast Kaliningrad behoort.

De vader van Goldregen is de 168 cm grote, zwarte hengst Creon Trak (1937, V. Pythagoras TraK) die eveneens door het Hauptgestut Trakehnen is gefokt. Hij is van 1940 – 1944 voor de fokkerij ingezet op het Hauptgestüt Trakehnen. In september 1944 is hij geëvacueerd naar het Hauptgestüt Graditz, in het noorden van Saksen. Wat er daarna met hem is gebeurd is onbekend, maar het totale paardenbestand van Graditz is aan het einde van de Tweede Wereldoorlog verloren gegaan.

Goldregen’s moeder is de zwarte merrie Goldelse Trak (1938, V. Polarstern Trak). Zij is ingeteeld op de hengst WaldjonkerTrak (1913, V. Vasco Trak). Goldelse is ook de moeder van de hengst Golddollar Trak (1955, V. Hansakapitän Trak) en ze is de tweede moeder van de hengsten Gobelin Trak (1954, V. Stern xx), Georgenhorst Trak (1959, V. Hansakapitän Trak) en Goldgraf Trak (1961, V. Maigraf xx), die alle vier zijn goedgekeurd door het Trakehner stamboek.

Goldregen is in 1944 naar de stoeterij Hunnesrück in het zuidoosten van Nedersaksen geëvacueerd. Hij is goedgekeurd door het Trakehner stamboek en is van 1946 tot en met 1949 voor de fokkerij beschikbaar geweest op het Holsteinse Landgestüt in Traventhal. Van 1950 – 1955 is hij als privéhengst in Sleeswijk-Holstein beschikbaar geweest. In 1956 is Goldregen aan de gevolgen van koliek overleden.

Moeder

 

De moeder van Komet is de bruine merrie Kokette Trak (1938, V. Cancara Trak). Daarnaast is ze ook de moeder van de hengsten Neuland Trak (1948, V. Neuling Trak) en Kornett Trak (1949, V.  Wilder Jäger Trak), die zijn goedgekeurd door het Trakehner stamboek.

Tweede moeder van Komet is de zwarte Kokarde Trak (1929, V. Ararad Trak).

 

Fokkerijcarrière

 

Komet is in het najaar van 1954 goedgekeurd door het Trakehner stamboek en is zes jaar als fokhengst ingezet op de stoeterij Panker. Vanaf 1962 heeft Komet op het Beierse Landgestüt Achselschwang ter dekking gestaan.
Hij is tot en met 1975 actief geweest in de fokkerij.

Volgens de Trakehnerstoeterij Hämelschenburg was Komet één van de weinige staatshengsten die in de private Trakehner fokkerij in Duitsland een grote invloed behielden.
Komet bekoorde door zijn charme, zijn harmonische bouw en de rust die hij uitstraalde. Zijn bewegingen waren zeer regelmatig, krachtig en elastisch.
De nakomelingen van Komet gaan door als mooie, harde en gezonde paarden.

Komet is zowel in 1955 als in 1968 als hengst onderscheiden op de DLG-tentoonstelling.
Hij wordt als één van de belangrijkste hengsten beschouwd die hebben bijgedragen aan de na-oorlogse Trakehner fokkerij.

De Sporthorse database noemt 112 nakomelingen van Komet.


Dochter

Komet’s dochter Herbstblüte Trak, 1959, zwart, MV. Bussard Trak, is de moeder van de hengst Herbstmorgen Trak (1972, V. Index Trak), die is goedgekeurd door het Trakehner stamboek.

Zonen

Acht zonen van Komet zijn goedgekeurd voor de fokkerij:
Hessenstein Trak (1958), Kongo Trak (1958), Gunnar Trak (1960), Herbstglanz Trak (1961), Doruto Trak (1962), Herbststurm Trak (1962), Konsul / Karaat Trak (1962) en Cordial Trak (1966).

Nakomelingen in de sport

De Duitse Hippische Sportbond heeft 95 nakomelingen van Komet geregistreerd als wedstrijdpaard. Zij hebben samen € 20.086 gewonnen.
De vijf meest winnende nakomelingen van Komet zijn allen geregistreerd door het Beierse stamboek en zijn actief geweest in de springsport.

 

Zonen in de fokkerij

 

 

1.   Hessenstein Trak  DE309090009858

Hessenstein Trak (V. Komet Trak) is een bruine hengst met een stokmaat van 164 cm. Hij is op 5 februari 1958 geboren en is gefokt door de Kurhessische Hausstiftung in Panker, dat 20 km ten oosten van Kiel in het noordoosten van Sleeswijk-Holstein ligt.
De moeder van Hessenstein is de schimmel merrie Sonett Trak (1953, V. Famulus Trak). Zij is ook de moeder van de hengsten Solo Trak (1969, V. Lockruf I Trak) en Souffleur Trak (1970, V. Gynnar Trak), die beiden zijn goedgekeurd door het Trakehner stamboek.
Tweede moeder is de bruine Sonja II Trak (1949, V. Wilder Jäger Trak). Haar moeder staat te boek als een Trakehner merrie, maar haar afstamming is niet bekend.
Gerekend over acht generaties heeft Hessenstein voor zover bekend een afstamming met 45,3 % Trakehner bloed en 43,8 % Engels- en Arabisch volbloed.

Hessenstein is in het najaar van 1960 goedgekeurd door het Trakehner stamboek. In het najaar van 1963 heeft het Hannoveraanse stamboek hem ook goedgekeurd. Vanaf 1964 heeft het Nedersaksische Landgestüt in Celle hem beschikbaar gesteld voor de fokkerij. Hessenstein is in 1985 overleden.

In Duitsland zijn van Hessenstein 305 nakomelingen geregistreerd als wedstrijdpaard. Zij hebben samen een winsom van € 120.879.

Vijf dochters van Hessenstein zijn moeder van een goedgekeurde hengst geworden en zestien zonen van Hessenstein zijn goedgekeurd voor de fokkerij.

Voor verdere informatie over Hessenstein en zijn nakomelingen wordt verwezen naar de pagina Hessenstein Trak op deze website www.stempelhengsten.eu.


2. Kongo Trak  DE309090013258

Kongo Trak (V. Komet Trak) is een zwarte hengst met een stokmaat van 161 cm. Hij is in 1958 geboren en is gefokt door de Kurhessische Hausstiftung in Panker, dat 20 km ten oosten van Kiel in het noordoosten van Sleeswijk-Holstein ligt.

Kongo is een broer van de hengst Herbstglanz Trak (1961, zie hfdst. 4).
De moeder van beide hengsten is de bruine merrie Herbstlicht Trak (1954, V. Semper Idem Trak) en tweede moeder is de zwarte Herbstzeit Trak (1942, V. Bussard Trak).
Herbstzeit is ook de moeder van de hengst Herbstwind Trak (1949, V. Perserfürst Trak) en ze is de tweede moeder van de hengsten Herbststurm Trak (1962, V. Komet Trak, zie hfdst. 6.), Hertilas Trak (1963, V. Loretto Trak), Herzbube Trak (1964, V. Gunnar Trak), Herbstmorgen Trak (1972, V. Index Trak), Herzkönig Trak (1972, V. Erzsand Trak) en Herbsttanz Trak (1973, V. Tannenberg Trak). Alle genoemde hengsten zijn goedgekeurd door het Trakehner stamboek en Herzbube is ook goedgekeurd door het Zweedse stamboek.

Gerekend over acht generaties heeft Kongo een afstamming met 54,7 % Trakehner bloed en 28,9 % Engels- en Arabisch volbloed.

Kongo is in het najaar van 1960 in Neumünster goedgekeurd door het Trakehner stamboek en is tot 1978 actief geweest in de fokkerij.
De Sporthorse database bevat de gegevens van 47 nakomelingen van Kongo.

Drie dochters van Kongo zijn moeder van een goedgekeurde hengst geworden:

Gemma Trak,
1963, bruin, MV. Seneca Trak, is de moeder van de hengsten Germane Trak (1970, V. Tannenberg Trak)  en Gaillard Trak (1975, V. Sleipnir Trak), die beiden zijn goedgekeurd door het Trakehner stamboek;

Forelle Trak, 1964, donkerbruin, MV. Ali Trak, is de moeder van de hengst Fundador Trak (1971, V. Condus Trak) en

Welle II Trak, 1966, schimmel, MV. Falter x, is de moeder van de hengst Wettsport Trak (1977, V. Primo Trak), die is goedgekeurd door het Trakehner- en het Baden-Württembergse stamboek.

In Duitsland zijn 39 nakomelingen van Kongo geregistreerd als wedstrijdpaard.
Ze hebben samen € 13.167 gewonnen.


3.  Gunnar Trak  DE309090007360

Gunnar Trak (V. Komet Trak) is een donkerbruine hengst met een stokmaat van 166 cm. Hij is op 22 april 1960 geboren en is gefokt door Ulrich Poll uit Hörem, dat circa 25 km ten oosten van Nienburg in Nedersaksen ligt.
De moeder van Gunnar is de vos merrie Gudrum Trak (1956, V. Abendstern Trak) en tweede moeder is de schimmel Gundel Trak (1949, V. Lateran Trak).
Gundel is ook de tweede moeder van de hengst Ginster Trak (1972, V. Pregel Trak).

Gerekend over acht generaties heeft Gunnar een afstamming met 59,4 % Trakehner bloed en 29,7 % Engels- en Arabisch volbloed.

Gunnar is in het najaar van 1962 goedgekeurd door het Trakehner stamboek. Hij is in Duitsland van 1963 tot en met 1967 en van 1972 tot en met 1981 beschikbaar geweest voor de fokkerij. In de jaren 1968 – 1971 heeft hij in Denemarken gedekt.

Gunnar was een hengst met veel persoonlijkheid. Hij had een aansprekend hoofd, een goede hals en schouder, een goed gesloten romp en droog beenwerk. Zijn bewegingen waren krachtig en hadden regelmaat. Ook vrijwel al zijn nakomelingen hadden goede bewegingen.

Volgens de All Breed database is Gunnar de vader van 80 ingeschreven fokmerries en 131 (?) goedgekeurde hengsten. Hij is in 1984 overleden.
De database van Sporthorse noemt 154 nakomelingen van Gunnar en Horsetelex komt tot 83.  Sukoposti nomet 26 Deense nakomelingen en 29 Duitse.

Twee dochters van Gunnar zijn moeder van een goedgekeurde hengst geworden en negentien zonen zijn goedgekeurd voor de fokkerij.

In Duitsland zijn 126 nakomelingen van Gunnar geregistreerd als wedstrijdpaard. Zij hebben een gezamenlijke winsom van € 21.444.

Voor uitgebreide informatie over de prestaties van Gunnar en zijn nakomelingen in de fokkerij en de sport wordt verwezen naar de pagina Gunnar Trak op deze website www.stempelhengsten.eu.


4.  Herbstglanz Trak  DE309090009061

 

Herbstglanz Trak (V. Komet Trak) is een zwartbruine hengst met een stokmaat van 169 cm. Hij is in 1961 geboren en is gefokt door de Kurhessische Hausstiftung in Panker, dat 20 km ten oosten van Kiel in het noordoosten van Sleeswijk-Holstein ligt.
Herbstglanz is de broer van de hengst Kongo Trak (zie hfdts. 2.).
De moeder van beide hengsten is de bruine merrie Herbstlicht Trak (1954, V. Semper Idem Trak) en tweede moeder is de zwarte Herbstzeit Trak (1942, V. Bussard Trak).

Herbstzeit is ook de moeder van de hengst Herbstwind Trak (1949, V. Perserfürst Trak) en ze is de tweede moeder van de hengsten Herbststurm Trak (1962, V. Komet Trak, zie hfdst. 6.), Hertilas Trak (1963, V. Loretto Trak), Herzbube Trak (1964, V. Gunnar Trak), Herbstmorgen Trak (1972, V. Index Trak), Herzkönig Trak (1972, V. Erzsand Trak) en Herbsttanz Trak (1973, V. Tannenberg Trak). Alle genoemde hengsten zijn goedgekeurd door het Trakehner stamboek en Herzbube is ook goedgekeurd door het Zweedse stamboek.

Gerekend over acht generaties heeft Herbstglanz een afstamming met 54,7 % Trakehner bloed en 28,9 % Engels- en Arabisch volbloed.

Herbstglanz is in het najaar van 1963 in Neumünster goedgekeurd door het Trakehner stamboek. Hij is van 1964 tot en met 1986 actief geweest in de fokkerij.

Van Herbstglanz zijn de zonen Ordensglanz Trak (1966), Licius Trak (1969), Liebermann Trak (1969) en Bajazzo Trak (1970) goedgekeurd voor de fokkerij.

Drie dochters van Herbstglanz zijn moeder van een goedgekeurde hengst geworden:

Illusion Trak staatspremiemerrie, 1968. bruin, MV. Jussuf IV-4 ox, is de moeder van de hengst Saluti Rhein (1974, V. Salut Hann), die is goedgekeurd door het Rijnlandse stamboek;

Athene VI Trak, 1973, vos, MV. Patrizier xx, is de moeder van de hengst Alpenkönig Trak (1982, V. Feldspat Trak), die is goedgekeurd door het Trakehner stamboek en

Hykona Trak, 1987, zwart, MV. Ferlino Trak, is de moeder van de hengst Hymnar Trak (1993, V. Turnus Trak), die is goedgekeurd door het Trakehner stamboek.

In Duitsland zijn 119  nakomelingen van Herbtsglanz geregistreerd als wedstrijdaard. Zij hebben samen € 57.596 gewonnen.

4.1.  Ordensglanz  Trak  DE309090030366  

Ordensglanz Trak (V. Herbstglanz Trak) is een donkerbruine hengst met een stokmaat van 164 cm. Hij is geboren op 27 januari 1966 en is gefokt door Fritz Klein uit Bad Bevensen, dat tussen Lüneburg en Uelzen in het noordoosten van Nedersaksen ligt,
De moeder van Ordensglanz is de bruine merrie Ordnung Trak (1962, V. Schöner Abend Trak) en tweede moeder is de bruine Olivia Trak (1958, V. Burnus x).
Gerekend over acht generaties heeft Ordensglanz een afstamming met 62,5 % Trakehner bloed en 27,8 % Engels- en Arabisch volbloed.

Ordensglanz is in het najaar van 1968 in Neumünster goedgekeurd door het Trakehner stamboek. Hij is tot en met 1995 actief geweest in de fokkerij, waarbij hij enige tijd als “Landbeschäler” door het Landgestüt in Celle beschikbaar is gesteld voor de fokkerij.

In het Trakehner Hengstenboek wordt Ordensglanz omschreven als een chique hengst met veel charme. Hij heeft aan aansprekend hoofd, een mooi gevormde hals, een schuine schouder met een duidelijke schoft, een harmonische lichaamsbouw en een redelijk fundament.

Dochter Goldmarie V Trak, 1989. bruin, MV. Cher xx, is de moeder van de hengsten Gutsherr I Trak (1999, V. Oxford Trak) en zijn broer Gutsherr II Trak (2000), die beiden zijn goedgekeurd door het Trakehner stamboek.

De zonen Ostwind Hann (1975), Argument  Trak (1980), zijn broer Argonaut Trak (1981) en Glanzlicht Trak (1992) zijn goedgekeurd voor de fokkerij.

De hengst Ostwind Hann (MV. Wöhler Hann) is verkocht naar de Verenigde Staten en is daar van 1985 tot en met 2001 actief geweest in de fokkerij. De All Breed Database kent negen nakomelingen van hem.

De andere goedgekeurde zonen worden verderop in de tekst in afzonderlijke hoofdstukken besproken.

In Duitsland zijn 142 nakomelingen van Ordensglanz geregistreerd als wedstrijdpaard. Zij hebben samen € 48.039 gewonnen.

Ordensglanz heeft een dressuurindex van 95 met een betrouwbaarheid van 74 %.


4.1.1.  Argument Trak DE309090132480

Argument Trak (V. Ordensglanz Trak) is een zwartbruine hengst met een stokmaat van 168 cm. Hij is op 2 april 1980 geboren en is gefokt door Hans-Christian Först uit Soeren, dat tussen Kiel en Neumünster in Sleeswijk-Holstein ligt.
Argument is een broer van de hengst Argonaut Trak (1981; zie hfdst 4.1.2.).
De moeder van beide hengsten is de zwarte prestatie merrie Arwetta Trak (1971, V. Habicht Trak). Zij is ook de moeder van de hengsten Arsenal (1975, V. Waldzauber Trak) en Aron Trak (1977, V. Lucado Trak).
Tweede moeder is de zwarte elite merrie Arwa Trak (1959, V. Gabriel Trak). Zij is ook de moeder van de hengst Athlet Trak (1969, V. Donauwind Trak) en tweede moeder van de broers Amateur I Trak (1969) en Amateur II Trak (1970).
Arsenal is goedgekeurd door het Trakehner- en het Deense stamboek en Aron, Athlet, Amateur I en Amateur II zijn alle vier goedgekeurd door het Trakehner stamboek.

Gerekend over acht generaties hebben Argument en Argonaut een afstamming met 60,2 % Trakehner bloed en 31,3 % Engels- en Arabisch volbloed.

Argument is in oktober 1982 in Neumünster goedgekeurd door het Trakehner stamboek. In het najaar van 1984 heeft Argument in Adelheidsdorf deelgenomen aan een verrichtingsonderzoek van 100 dagen, waarbij hij 119,48 punten heeft behaald. Van de 70 deelnemende hengsten is Argument als twaalfde geëindigd.
Na afloop van het onderzoek heeft het Hannoveraanse stamboek Argument ook goedgekeurd.
Argument is tot en met 2001 actief geweest in de fokkerij.

Van Argument zijn 201 dochters als fokmerrie ingeschreven in een stamboek.

In Duitsland zijn 304 nakomelingen van Argument geregistreerd als wedstrijdpaard.
Zij hebben een gezamenlijke winsom van € 673.294.

Het grootste deel van dit bedrag is gewonnen door:
Antony FRH Hann, ruin, 1986, donkerbruin, MV. Wenzel I Hann, fokker Hans-Jürgen Eckhoff. De ruin is van juni 1990 tot en met december 2005 door Isabell Werth (GER) in dressuurwedstrijden uitgebracht. Vanaf 1994 is in internationale Grand Prix dressuurwedstrijden uitgekomen.
In 1994 zijn overwinningen behaald in de Grand Prix en de GP Special in Schoten, de GP Special in Donaueschingen en de Grand Prix en GP Special in Frankfurt.
In 1995 zijn de Grand Prix’s in Dortmund, Berlijn (2x), Hamburg en Donaueschingen  en de GP Special in Rotterdam en Donaueschingen gewonnen.
In 1996 zijn overwinningen behaald in de Grand Prix en de GP Special in Hannover, de Grand Prix en de Kür in Parijs, de Grand Prix en de GP Special in Berlijn, de Grand Prix en de GP Special in Hamburg, de Grand Prix en met het Duitse team de landenwedstrijd bij het CHIO Rotterdam, de Grand Prix en de GP Special in Donaueschingen en de Grand Prix en de Kür in Stuttgart.
In 1997 zijn de Grand Prix in Berlijn, de Grand Prix en de GP Special in Mannheim en de GP Special in Schoten gewonnen.
In 1998 zijn overwinningen behaald in de Grand Prix’s en de GP Specials in Steinhagen en Schoten en in de Grand Prix en de Kür in München-Riem. Ook zijn de Grand Prix’s en GP Specials in Bad Honnef en Donaueschingen, de GP Special in Münster, de Kür in Berlijn en de Grand Prix’s en Kürs in Stuttgart en Genève gewonnen.
In 1999 zijn de Grand Prix en de GP Special in Hannover, de Grand Prix en de Kür in Neumünster, de Grand Prix en de GP Special in Wiesbaden, de Grand Prix en de Kür in Aken, de Kür in Donaueschingen, de Grand Prix in Berlijn en de Grand Prix en Kür in Stockholm gewonnen. Met het Duitse team is in Arnhem de gouden medaille in de landenwedstrijd tijdens het Europees kampioenschap gewonnen. Bij dat kampioenschap is individueel de zesde plaats behaald in de Grand Prix en de achtste plaats in de GP Special.
In 2000 is in ’s-Hertogenbosch de vierde plaats behaald in de finale van de World Cup  dressuur. Overwinningen zijn behaald in de GP Special in Hamburg, de Grand Prix en de Kür in Aken, de Grand Prix in Donaueschingen en de Grand Prix en Kür in Düsseldorf.
In 2001 is in Aarhus de tweede plaats behaald in de finale van de World Cup dressuur en is met het Duitse team in Aken de landenwedstrijd gewonnen. Bij de Europese kampioenschappen in Verden is met het Duitse team de gouden medaille gewonnen in de landenwedstrijd. Individueel is zowel in de Grand Prix als in de GP Special de achtste plaats behaald. In Bremen zijn eerste plaatsen behaald in de Grand Prix en in de Kür.
In 2002 is in ’s-Hertogenbosch de vijfde plaats behaald in de finale van de World Cup dressuur. Voorts zijn overwinningen behaald in de Grand Prix en Kür in Wiesbaden en de Kür in Aken.
In 2003 is de Grand Prix in Oldenburg gewonnen en in 2004 zijn de Grand Prix en de Kür in Stadl Paura en de Grand Prix in Bremen gewonnen.
In 2005 zijn overwinningen behaald in een Kür in Neumünster en een Grand Prix in München. Anthony heeft een winsom van € 535.442.

Argument heeft een dressuurindex van 122 met een betrouwbaarheid van 92 % en een springindex van 59 met een betrouwbaarheid van 88 %.


4.1.2.  Argonaut  Trak  DE309090141581   

Argonaut Trak (V. Ordensglanz Trak) is een zwarte hengst met een stokmaat van 164 cm. Hij is geboren op 4 april 1981 en is gefokt door Hans-Christian Först uit Soeren, dat tussen Kiel en Neumünster in Sleeswijk-Holstein ligt.

Argonaut is een broer van de hengst Argument Trak (1980; zie hfdst 4.1.1.).

De moeder van beide hengsten is de zwarte prestatie merrie Arwetta Trak (1971, V. Habicht Trak). Zij is ook de moeder van de hengsten Arsenal (1975, V. Waldzauber Trak) en Aron Trak (1977, V. Lucado Trak).

Tweede moeder van Argonaut is de zwarte elite merrie Arwa Trak (1959, V. Gabriel Trak). Zij is ook de moeder van de hengst Athlet Trak (1969, V. Donauwind Trak) en tweede moeder van de broers Amateur I Trak (1969) en Amateur II Trak (1970).

Arsenal is goedgekeurd door het Trakehner- en het Deense stamboek en Aron, Athlet, Amateur I en Amateur II zijn alle vier goedgekeurd door het Trakehner stamboek.

Gerekend over acht generaties hebben Argument en Argonaut een afstamming met 60,2 % Trakehner bloed en 31,3 % Engels- en Arabisch volbloed.

Argonaut is in oktober 1983 in Neumünster goedgekeurd door het Trakehner stamboek. Ook het Rijnlandse stamboek heeft de hengst goedgekeurd.
In 1984 heeft Argonaut in Warendorf deelgenomen aan een verrichtingsonderzoek van 100 dagen, waarbij hij 101,32 punten heeft gescoord. Aan het onderzoek hebben vijftien hengsten deelgenomen en Argonaut heeft het onderzoek als zevende afgesloten.
De hengst is tot en met 2012 beschikbaar geweest voor de fokkerij.

Van hem zijn 38 dochters als fokmerrie ingeschreven in een stamboek, waarbij één dochter het predicaat staatspremiemerrie heeft ontvangen.

Argonaut’s dochter Sonnenfunke Trak, 1990, vos, MV. Schwalbenflug Trak, is de moeder van de hengst Samarkant Trak (2000, V. Linne Trak), die is goedgekeurd door het Trakehner stamboek.

In Duitsland zijn 103 nakomelingen van Argonaut geregistreerd als wedstrijdpaard. Zij hebben samen een winsom van € 24.930.

Argonaut heeft een dressuurindex van 96 met een betrouwbaarheid van 75 %.

 

 

4.1.3.  Glanzlicht  Trak   DE309090208592

Glanzlicht Trak (V. Ordensglanz Trak) is een bruine hengst met een stokmaat van 167 cm. Hij is op 10 mei 1992 geboren en is gefokt door Annette Klein uit Lüneburg, dat in het noordoosten van Nedersaksen ligt.
De moeder van Glanzlicht is de donkerbruine merrie Georgine Trak (1985, V. Consul Trak) en tweede moeder is de donkerbruine Gioconda Trak (1973, V. Cher xx).
Gioconda is ook de tweede moeder van de broers Gutsherr Trak (1999, V, Oxford Trak) en Guttsherr II Trak (2000), die beiden zijn goedgekeurd door het Trakehner stamboek.
Gerekend over acht generaties heeft Glanzlicht een afstamming met 55,5 % Trakehner bloed en 36,7 % Engels- en Arabisch volbloed.

Glanzlicht is in oktober 1994 in Neumünster goedgekeurd door het Trakehner stamboek en is daarbij uitgeroepen tot kampioen van de keuring.

In het najaar van 1995 heeft hij in Warendorf deelgenomen aan een verrichtingsonderzoek van 100 dagen. Daarbij heeft hij 113,99 punten (4e plaats) behaald voor de dressuur, 93,81 punten (13e plaats) voor het springen en 108,14 punten (zesde plaats) voor zijn totale prestatie. Aan het onderzoek hebben 20 hengsten meegedaan.

In februari 1996 is Glanzlicht in Neustadt/Dosse erkend door het stamboek Saksen-Anhalt en in november 1997 heeft het Oldenburgse stamboek hem in Vechta ook erkend.
In november 1998 en december 1999 is Glanzlicht door het Hannoveraanse stamboek, respectievelijk het Westfaalse stamboek goedgekeurd voor de fokkerij.

Glanzlicht is tot 2000 beschikbaar geweest voor de fokkerij.

Elf dochters van Glanzlicht zijn als fokmerrie ingeschreven in een Duits stamboek.

Twee dochters van Glanzlicht zijn moeder van een goedgekeurde hengst geworden:

Herbstlicht II Trak, 1996, donkere vos, MV. Arrak Trak, is de moeder van de hengst Herbsttanzer Trak (2005, V. Caprimond Trak), die is goedgekeurd door het ZfdP en

Inschrift Trak, 1996, bruin, MV. Ravel Trak, is de moeder van de hengsten Intarsio Trak (2013, V. Ovaro Trak) en zijn broer Ironic Trak (2016), die beiden zijn goedgekeurd door het Trakehner stamboek.

Glanzlicht is in de jaren 1997 tot en met februari 2000 door Brigitte Wittig (GER) uitgebracht in dressuurwedstrijden. Van maart 2000 tot en met mei 2001 is Wolfram Wittig (GER) met Glanzlicht in Grand Prix dressuurwedstrijden gestart.
Glanzlicht heeft een winsom van € 9.149.
In 2001 is Glanzlicht verkocht naar het Verenigd Koninkrijk.

Glanzlicht heeft een dressuurindex van 95 met een betrouwbaarheid van 78 %.

 

4.2.  Licius Trak   DE 309090038669

Licius Trak (V. Herbstglanz Trak) is een zwarte hengst met een stokmaat van 167 cm. Hij is in 1969 geboren en is gefokt door Peter Bolten uit Zülpich-Entzen, dat tussen Düren en Euskirchen in het zuidwesten van Noordrijn-Wesrfalen ligt.
De moeder van Licius is de donkerbruine Lorna Trak (1953, V. Intremezzo Trak). Zij is ook de tweede moeder van de hengst Liebermann Trak (1969, V. Herbstglanz Trak; zie hfdst. 4.3.).

Tweede moeder van Licius is de bruine Lobau Trak (1949, V. Wirbelwind xx).

Gerekend over acht generaties heeft Licius een afstamming met 52,3 % Trakehner bloed en 35,9 % Engels- en Arabisch volbloed.

Licius is in het najaar van 1971 in Neumünster goedgekeurd door het Trakehner stamboek en is van 1972 tot omstreeks 1982 beschikbaar geweest voor de fokkerij.

In Duitsland zijn 21 nakomelingen van Licius geregistreerd als wedstrijdpaard. Zij hebben samen € 14.565 gewonnen.


4.3.  Liebermann Trak  DE309090038769

Liebermann Trak (V. Herbstglanz Trak) is een bruine hengst met een stokmaat van 167 cm. Hij is in december 1968 geboren en is gefokt door Carl Bolten uit Zülpich-Entzen, dat tussen Düren en Euskirchen in het zuidwesten van Noordrijn-Wesrfalen ligt.
De moeder van Liebermann is de bruine merrie Luna Trak (1960, V. Patrizier xx) en tweede moeder is de donkerbruine Lorna Trak (1953, V. Intermezzo Trak). Lorna is ook de moeder van de hengst Licius Trak (1969, V. Herbstglanz Trak, zie hfdst..4.1.).

Gerekend over acht generaties heeft Liebermann een afstamming met 48,4 % Engels- en Arabisch volbloed en 43,8 % Trakehner bloed.

Liebermann is in het najaar van 1971 in Neumunster goedgekeurd door het Trakehner stamboek. Hij is tot en met 1984 beschikbaar geweest voor de fokkerij, waarbij hij vooral Trakehner- en Württembergse merries heeft gedekt.

In Duitsland zijn 57 nakomelingen van Liebermann geregistreerd als wedstrijdpaard.
Zij hebben een gezamenlijke winsom van € 15.669.

 

4.4.  Bajazzo Trak DE309090035070

Bajazzo Trak (V. Herbstglanz Trak) is een vos hengst met een stokmaat van 163 cm. Hij is op 25 maart 1970 geboren en is gefokt door Wilhelm-Josef Dahmen uit Hürtgenwald, dat circa 25 km ten oosten van Aken in Noordrijn-Westfalen ligt.
De moeder van Bajazzo is de vos elite merrie Barbara Trak (1958, V. Totilas Trak). Zij is ook de moeder van de hengsten Bandito Trak (1966, V. Abendregen Trak) en Boccacio Trak (1973, V. Tiparillo Trak), die beiden zijn goedgekeurd door het Trakehner stamboek.
Tweede moeder van Bajazzo is de vos Balbine Trak (1940, V. Hirtenstab Trak).De verdere moederlijn is onbekend.
Gerekend over acht generaties heeft Bajazzo, voor zover bekend, een afstamming met tenminste 56,3 % Trakehner bloed en tenminste 22,7 % Engels- en Arabisch volbloed.

Bajazzo is in 1973 of 1974 goedgekeurd door het Trakehner stamboek en is tot omstreeks 1987 actief geweest in de fokkerij.
In Duitsland zijn 26 nakomelingen van hem geregistreerd als wedstrijdpaard. Zij hebben samen een winsom van € 10.594.


5.
   Doruto Trak DE 309090441062 / VLN 424 Sprt

Doruto Trak (V. Komet Trak) is een kastanjebruine hengst met een stokmaat van 167 cm. Hij is op 3 maart 1962 geboren en is gefokt door de Kurhessische Hausstiftung in Panker, dat 20 km ten oosten van Kiel in het noordoosten van Sleeswijk-Holstein ligt.
De moeder van Doruto is de vos merrie Blitzlicht II Trak (1958, V. Pindar xx). Zij is ook de moeder van de hengst Bernstein Trak (1984, V. Gunnar Trak) en tweede moeder van de elite hengst Benz Trak (1988, V. Rockefeller Trak).
Tweede moeder is de vos elitemerrie Blitzrot Trak (1942, V. Hirtensang Trak). Zij is ook de moeder van de hengsten Carajan II Trak (1961, V. Carajan Trak) en zijn broers Blitz Trak (1962) en Blickfang Trak (1964).

Bernstein is goedgekeurd door het Trakehner- en het Rijnlandse stamboek en Benz, Carajan II, Blitz en Blickfang zijn goedgekeurd door het Trakehner stamboek.

Gerekend over acht generaties heeft Doruto een afstamming met  57,0 % Engels- en Arabisch volbloed en 40,6 % Trakehner bloed.

In het KWPN-blad ”In de Strengen” van 12 maart 1998 is in de serie “Stempelhengsten” een artikel gepubliceerd over Doruto. Het artikel is geschreven door de helaas te vroeg overleden KWPN-medewerkers Rob van Overbeek en Gert van der Veen. Het artikel is te lezen op www.bokt.nl.

Ook in ”In de Strengen” van 9  maart 2013 is een artikel over de stempelhengst Doruto, dit keer geschreven door Jenneke Smit, gepubliceerd. Dit artikel is op de website van het KWPN (www.kwpn.nl) te lezen, c.q. te downloaden.

Verschillende feiten en opinies uit deze artikelen zijn verwerkt in dit overzicht over de betekenis van de fokhengst Doruto voor de fokkerij en de sport.

Doruto is in het najaar van 1964 door de Gestütsverwaltung van de Kurhessische Hausstiftung in Panker gepresenteerd op de hengstenkeuring van het Trakehner stamboek in Neumünster.

In de dagen daarvoor had de Groningse hengstenhouder Piet Meinardi diverse fokkers in Holstein bezocht op zoek naar een jonge hengst voor zijn hengstenhouderij. Daarbij viel zijn oog op Doruto, maar de bedrijfsleider van Panker was ervan overtuigd dat Doruto  door het Trakehner stamboek zou worden goedgekeurd, waardoor hij het forse bedrag van DM 30.000 als vraagprijs noemde. Dat bedrag wilde Meinardi niet voor Doruto uitgeven, waardoor de koop niet doorging.

Tijdens de betreffende Trakehner hengstenkeuring is Doruto echter niet goedgekeurd omdat hij aan één oog blind was. Binnen de Trakehner fokkerij kwamen vaker oogproblemen voor en daarom durfde de keuringscommissie op dat gebied geen risico’s te nemen.
Na de keuring heeft Meinardi de hengst voor DM 3.000 kunnen kopen.

Tegelijkertijd was een vertegenwoordiging van de Friese hengstenhouderij ”Het Bovenlandse Paard” ook in Neumünster om een nieuwe hengst te kopen. Zij hebben bij die gelegenheid de hengst Marco Polo Trak (1962, V. Poet xx) gekocht en hadden inmiddels vervoer geregeld voor het transport van de hengst naar Nederland. Daarom vroeg Meinardi of het door hem gekochte ”rijpaardruintje” ook mee mocht. Omdat in de vrachtauto nog ruimte over was zijn Doruto en Marco Polo, die beide in Nederland een belangrijke rol hebben vervuld in de omvorming  van een fokkerij van landbouwpaarden tot een fokkerij van rijpaarden, met hetzelfde transport vanuit Holstein naar Nederland gekomen.

In Nederland aangekomen heeft Meinardi Doruto bij de Faculteit voor Diergeneeskunde in Utrecht laten onderzoeken op zijn oogblessure, waarbij de diagnose werd gesteld dat de blessure zeer waarschijnlijk door een trauma was veroorzaakt en dat een erfelijke factor vrijwel kon worden uitgesloten.

Met dat attest is Doruto in 1965 op de hengstenkeuring van het VLN (één van de twee fusiepartners waaruit in 1970 het KWPN is ontstaan) in Utrecht goedgekeurd en ingeschreven in het Sportregister. Dat register was door het VLN ingesteld om de fokkers er aan te laten wennen dat er hoger in het bloed staande paarden moesten worden gefokt.

Doruto heeft van 1965 – 1979 op het hengstenstation Van den Bosch in St. Oedenrode gestaan; in 1980 bij Bergsma in Donkerbroek en van 1981 – 1988 bij Nell in Lutjewinkel, met dien verstande dat hij in 1987 op het spermawinstation van Walter van der Holst in Stroe heeft gestaan. In 1988 is Doruto wegens ouderdomsproblemen geëuthanaseerd.

In het eerste seizoen keken de fokkers Doruto met de rug aan, maar toen Van den Bosch enkele veulens van Doruto voor goede prijzen kon verkopen, kregen meer fokkers belangstelling voor Doruto. In het tweede jaar dekte hij al 130 merries  en tot en met 1976 heeft hij elk jaar meer dan honderd merries gedekt.

In 1968 heeft het VLN een groep veulens, enters en twenters van Doruto beoordeeld. Daarover is gerapporteerd dat 40 nakomelingen zijn beoordeeld en dat het oordeel over de kwaliteit van de nakomelingen in het algemeen gunstig is. Ze vertonen een goede uniformiteit, waarbij Doruto zijn type goed vererfd. De nakomelingen hebben “ras”; de bouw en stand van het achterbeen is correct. De stand van de voorbenen is nog wel eens wat nauw in de knieën. De bewegingen zijn correct en voldoende ruim. Doruto’s draf is opvallend vlak en dit lijkt hij ook te vererven.

Vanwege zijn fokkerijprestaties heeft het KWPN in 1972 het keurpredicaat toegekend aan Doruto en dat is een jaar later gevolgd door het toekennen van het preferentschap.

In totaal heeft Doruto circa 2400 merrie gedekt en daaruit zijn door het VLN/KWPN 1610 veulens geregistreerd.

In de KWPN Hengstendatabase is gepubliceerd dat in 1994 is gebleken dat niet alle na 1982 geboren nakomelingen van Doruto van hem afstammen. Niet gecontroleerde afstammingen of onjuiste afstammingen zullen ongeldig worden verklaard.
Zodra duidelijk werd dat de voormalige eigenaar van Doruto onjuist ingevulde dekbewijzen had verstrekt, is hem verzocht aan te geven welke dekbewijzen onjuist waren. Nadat hij stelde daartoe niet meer in staat te zijn, is tot een uitgebreid nader onderzoek onder 231 paarden besloten.
De eigenaar is op 27 oktober 1994 voor de rechtbank te Alkmaar gedagvaard in welke procedure is gevorderd dat de eigenaar jegens het KWPN en de 44 in de dagvaarding vermelde mede-eisers schadeplichtig is voor geleden of nog te lijden schade (publicatie 23 februari 1995).
Het onderzoek naar de identiteit van Doruto-nazaten die tussen 1982 en 1989 zijn geboren is afgerond. Van in totaal 12 paarden is vastgesteld dat ze niet kunnen afstammen van Doruto. In alle gevallen is de identiteit van de ware vader achterhaald. In drie opvolgende jaren zijn 3 veulenboekhengsten (2 zoons van Doruto en 1 van Afrikaner xx) gebruikt. Alle kosten die verband houden met het onderzoek zijn door de toenmalige eigenaar van Doruto, de heer Nell, betaald (publicatie 22 februari 1996).
Uit de dekjaren 1982 t/m 1989 zijn in totaal 231 veulens geregistreerd, daarvan 107 niet onderzocht (waarvan 28 gestorven) en 124 onderzocht, waarvan 12 met foute afstamming.

Volgens de KWPN-database heeft het KWPN 436 dochters van Doruto als fokmerrie ingeschreven in het stamboek. Twee dochters hebben het elitepredicaat, dat pas is ingesteld nadat Doruto al was overleden, ontvangen; 48 dochters zijn keurmerrie geworden en 124 dochters zijn stermerrie geworden. Daarnaast hebben 29 dochters het preferent predicaat ontvangen en 35 dochters zijn prestatiemerrie geworden.

Acht dochters van Doruto zijn de moeder van een goedgekeurde hengst geworden.

Heissie BWP, 1967, donkerbruin, MV. Uron Sgldt, is de moeder van de hengst Duckat van Roerberg BWP (1980, V. Wendekraus de Lauzelle BWP), die is goedgekeurd door het BWP;

Oedenrode KWPN keur, 1973, zwart, MV. Tako Sgldt, is de moeder van de hengst Atillo KWPN (1982, V. Kristal KWPN), die is goedgekeurd door het Canadese Warmbloed stamboek CWHBA;

Onetty KWPN ster, 1973, bruin, MV. Selim Sgldt, is de moeder van de hengst Farrington KWPN (1967, V. Wellington KWPN), die is goedgekeurd door het KWPN en het Canadese Warmbloed stamboek;

Torbertha KWPN keur prestatie, bruin, 1977, MV. Adjudant Sgldt, is de moeder van de hengst El Corona KWPN (1986, V. Amor Holst);

Doliena KWPN ster prestatie, 1985, bruin, MV. Heidelberg Holst, is de moeder van de hengst Upper-Class KWPN (2001, V. Polansky KWPN), die is goedgekeurd door het KWPN;

Equita KWPN, 1986, schimmel, MV. Majoor KWPN, is de moeder van de hengst Werro van Overis BWP (1999, V. Ferro KWPN), die is goedgekeurd door het Anglo-Europese stamboek;

Esperanza KWPN keur preferent, 1986,  bruin, MV. Ulex Sgldt, is de moeder van de hengst L’Esperance KWPN (1993, V. Democraat KWPN), die is goedgekeurd door het Britse sportpaarden stamboek SHBGB en

Gelbria KWPN voorl. keur prestatie, 1988, zwartbruin, MV. Amor Holst, is de moeder van de hengst O O Seven KWPN (1996, V. Rubinstein I Westf), die is goedgekeurd door het KWPN, het Australisch Warmbloed stamboek en het Anglo-Europese stamboek.

Daarnaast hebben de hengsten Solied KWPN (1976, V. Pericles xx), Widor KWPN (1980, V. Marinier KWPN), Bonheur KWPN (1983, V. Lucky Boy xx), Hiërarch KWPN (1989, V. Cocktail KWPN) en Voice KWPN (2002, V. De Niro Hann) een dochter van Doruto als tweede moeder.

Twee dochters van Doruto zijn in de keuringsring nationaal kampioen geworden:

Kohinoor KWPN, 1969, MV. Astor Sgldt, werd in 1972 nationaal kampioen bij de driejarige merries en Ezabria KWPN keur (1986, MV. Amor Holst) is in 1989 nationaal kampioen op de UTV in Utrecht geworden.

Van de zonen van Doruto zijn Monitor KWPN (1971), Eruto KW{N (1986), Gershwin KWPN (1988) en Heruto KWPN (1989) door het KWPN uitgenodigd om aan het verrichtingsonderzoek deel te nemen.

Monitor KWPN (MV. Odin van Wittenstein Sgldt) is op de hengstenkeuring in 1974 uitgenodigd om aan het verrichtingsonderzoek deel te nemen. Daarbij heeft het KWPN opgemerkt dat de vader van Monitor een Trakehner import met een volbloed in de tweede generatie is. De hengst heeft een korte merriestam met een Normandische inslag. De hengst heeft een goede breedte en diepte. Het hoofd zou edeler kunnen zijn. Hoewel de moederlijn voldoende kwaliteit heeft is deze nauwelijks lang genoeg.
Monitor heeft van 9 september tot 9 november 1974 in Sleen deelgenomen aan een verrichtingsonderzoek. Hij heeft daarbij 5,64 punten voor de rijproef behaald, 5,5 punten voor het vrij springen, zeven punten voor het springen o/z, vijf punten voor de aangespannen proef, 6,5 punten voor de terreinrit, negen punten voor het karakter en zes punten voor het trainingsrapport. Het totaal puntenaantal bedroeg 127,43.
De verrichtingsjury heeft laten weten dat Monitor tijdens de training slanker is geworden. Hij maakte goede vorderingen en begon steeds beter te gaan. De bereidheid om te werken en de aanleg, vooral als springpaard, zijn aanwezig.
Aan het onderzoek in 1974 hebben 31 rijpaardhengsten deelgenomen, waarvan vier hengsten het onderzoek niet hebben afgemaakt. Monitor is als 21e geëindigd.
Na afloop van het onderzoek heeft het KWPN Monitor niet ingeschreven in het stamboek.
Monitor is alleen in 1974 als veulenboekhengst beschikbaar geweest voor de fokkerij. Het KWPN heeft drie nakomelingen van hem geregistreerd.

De hengst Eruto KWPN (MV. Heidelberg Holst) heeft op uitnodiging van het KWPN in 1989 in Ermelo deelgenomen aan een verrichtingsonderzoek van 100 dagen. Wegens veterinaire problemen heeft hij trainingsachterstand opgelopen en aan een uitgestelde tussenbeoordeling deelgenomen. Naar aanleiding van zijn prestaties daarbij heeft het KWPN de deelname van de hengst aan het onderzoek beëindigd.

De hengst Gershwin KWPN (MV. Amor Holst) heeft op uitnodiging van het KWPN in 1991 in Ermelo deelgenomen aan een verrichtingsonderzoek van 100 dagen.
De hengst kreeg bij de eerste tussenbeoordeling van de verrichtingsjury een 5,5 voor de stap en de galop, een vijf voor de draf en een vier voor het vrij springen. Op basis van de getoonde prestatie heeft het KWPN op advies van de verrichtingsjury besloten de deelname van de hengst aan het onderzoek te beëindigen.

De hengst Heruto KWPN (MV. Enfant de Normandie SF) is in 1992 door het KWPN uitgenodigd om aan het verrichtingsonderzoek deel te nemen. Hij heeft  daarop in het voorjaar van 1992 in Ermelo deelgenomen aan een verrichtingsonderzoek van 100 dagen. Daarbij heeft hij een zeven voor de stap, een 6,5 voor de draf en een zes voor de galop behaald. Voor de rijproef heeft hij zeven punten gescoord, voor zowel het springen o/z als het vrij springen een 5,5 en voor de terreinproef een zes. Het karakter, het stalgedrag en het trainingsrapport zijn alle drie met acht punten gewaardeerd.
Aan het onderzoek in 1992 hebben 67 rijpaardhengsten deelgenomen, waarvan er slechts 35 hebben deelgenomen aan de eindbeoordeling. Heruto eindigde als 33e en is na afloop van het onderzoek niet door het KWPN opgenomen in het stamboek.
Nadat Heruto met succes door Coby van Baalen – Dorresteijn (NED) was uitgebracht in Grand Prix dressuurwedstrijden heeft het KWPN de hengst in 2000, na een kort verrichtingsonderzoek, alsnog goedgekeurd voor de fokkerij.
Over het korte verrichtingsonderzoek is gepubliceerd dat Heruto een eerlijke, betrouwbare hengst is. Hij heeft veel bereidheid om te werken en laat zich goed bewerken. De stap heeft voldoende ruimte. In draf heeft Heruto voldoende ruimte en voldoende afdruk. Hij kan ruim voldoende verruimen. De hengst galoppeert met voldoende ruimte, afdruk en houding. In zijn basisgangen is Heruto niet altijd tactmatig. Hij laat zich goed sluiten en heeft bijzonder veel aanleg voor de zwaardere dressuuroefeningen als de piaffe, passage en de pirouette.
Helaas bleek Heruto onvruchtbaar.

In hun eerder genoemde artikel over Doruto stellen Van Overbeek en Van der Veen dat het opvallend en eigenlijk frustrerend is dat het KWPN geen zoon van Doruto als goedgekeurde hengst heeft kunnen inschrijven in het stamboek. Doruto is bij fokkers over de hele wereld bekend door het grote aantal nakomelingen van hem dat internationaal goed presteert in de dressuursport. De zonen van Doruto die op de hengstenkeuring zijn gepresenteerd, misten vrijwel allemaal persoonlijkheid en voldeden meer aan de typering “rijpaardruintje”, zoals Meinardi Doruto omschreef toen hij Doruto net had gekocht.
Van Overbeek en Van der Veen analyseren dat Doruto ook zelf  nogal vrouwelijk aan deed en dat kenmerk ook doorgaf aan zijn zonen, waardoor ze op de hengstenkeuring weinig indruk maakten.
Het exterieur van de Doruto-nakomelingen was vaak niet erg opvallend. Het middenstuk was vaak wat lang en de hals kwam nogal eens diep uit de borst. Het achterbeen was vaak weinig gehoekt. De Doruto’s hadden  vaak fijn beenwerk en kleine, smalle voeten. Anderzijds hadden de nakomelingen vaak bewegingen met veel takt, regelmaat en lichtvoetigheid. De bewegingen waren over het algemeen ruim en het achterbeen werd goed gebruikt. Op latere leeftijd bleken ze vaak aanleg te hebben voor opgaven waarbij veel verzameling werd gevraagd. Bovendien waren het meestal werkwillige paarden met uitstekende karakters.

In de paardenfokkerij wordt de eerste selectie toch vooral op basis van exterieur gemaakt en dan bestaat de kans dat hengsten, waarvan de nakomelingen exterieurmatig niet opvallen maar wel uitstekend presteren in de sport, niet de kans krijgen om hun kwaliteiten via mannelijke nafok verder in de fokkerij uit te bouwen.
Doruto is overigens niet de enige hengst die dat is overkomen; ook in andere fokkerijen komt dat voor.

Tenminste vijftien nakomelingen van Doruto zijn internationaal uitgebracht in Grand Prix dressuurwedstrijden:

Ivar KWPN, ruin, 1967, MV. Nicolas xx, ruiter Francis Verbeek – van Rooij  (NED). De combinatie nam in 1980 deel aan het Olympic Festival in Goodwood, dat werd georganiseerd als alternatief voor de Olympische Spelen in Moskou, die door veel landen werden geboycot. De combinatie behaald daarbij de achtste plaats. Met het Nederlandse team is de vijfde plaats behaald in de landenwedstrijd.

Banjo KWPN, ruin, 1968, vos, MV. Sirius Sgldt, ruiter Jo Rutten (NED). De combinatie behaalde de negende plaats bij de dressuurwedstrijden tijdens de Olympische Spelen 1976 in Montreal terwijl in de landenwedstrijd met het Nederlandse team de zevende plaats is behaald;

Jungle Doruto KWPN, hengst, 1968, bruin, MV. Wodan Sgldt, ruiter John Swaab (NED);

Mambo KWPN, ruin, 1971, vos, MV. Wieland Sgldt, ruiter Jo Rutten (NED);

Nicara KWPN, merrie, 1972, donkere vos, MV. Turk Sgldt;

Philip KWPN, ruin, 1974, vos, MV. Amor Holst, ruiter Patricia Callaghan (NED);

Ideaal KWPN, ruin, 1975, bruin, Eufraat Sgldt, ruiter Johann Hinnemann (GER)/Sven-Günter Rothenberger (GER).
Met Hinnemann heeft Ideaal in 1985 in Fontainebleau de GP Special gewonnen. In 1986 zijn in Münster de Grand Prix en de Kür gewonnen en in Aken de Grand Prix en de Kür. Bij het Wereldkampioenschap dressuur in Cedar Valley is met het Duitse team de gouden medaille gewonnen in de landenwedstrijd en is individueel de bronzen medaille behaald. In het najaar van 1986 is in Münster de GP Special gewonnen en zijn in Donaueschingen overwinningen behaald in de GP Special en de Kür.
In 1987 is in Goodwood bij het Europese Kampioenschap met het Duitse team de gouden medaille in de landenwedstrijd dressuur gewonnen en is individueel de vierde plaats behaald, Verder zijn in 1987 overwinningen behaald n Dinslaken, Mannheim en Münster. In 1988 zijn zowel de Grand Prix als de GP Special gewonnen in Stuttgart, Düsseldorf en Berlijn.
Vanaf januari 1989 is Sven-Günter Rothenberger (GER) met Ideaal uitgekomen en is gewonnen in Münster, Bremen, Hamburg en Berlijn.
In 1990 zijn overwinningen behaald in Mannheim, Wiesbaden, Leipzig, Stuttgart en Berlijn. Bij het Wereldkampioenschap in Stockholm is met het Duitse team de gouden medaille gewonnen in de landenwedstrijd en is individueel de achtste plaats behaald.
In 1991 zijn de Grand Prix en de Kür gewonnen in Wiesbaden, Aken, Bad Homburg en Amsterdam.
In 1992 zijn de Grand Prix en de GP Special gewonnen in Bad Homburg en de Grand Prix en de Kür in Bern.
In 1993 zijn de Grand Prix en de Kür in de World Cup wedstrijd in Parijs gewonnen.
Vanaf juli 1993 is Gonnelien Rothenberger – Gordijn (NED) met Ideaal gestart.
Ideaal heeft een winsom van € 235.301.

Robby KWPN, merrie, 1975, bruin, MV. Eufraat Sgldt, ruiter Bert Rutten (NED);

Rostana KWPN, merrie, 1975, vos, MV. Wieland Sgldt, ruiter Patricia Callaghan (NED);

Chevalier KWPN, ruin, 1977, vos, MV. Debutant Sprt, ruiter Anne van Olst (DEN);

Ulgred KWPN, merrie, 1978, bruin, MV. Kristal KWPN;

Urion KWPN, ruin, 1978, ruin, MV. Eufraat Sgldt, ruiter Nadine Capellmann (GER);

Barbria KWPN, merrie, 1983, bruin, MV. Amor Holst, ruiter Tineke Bartels – de Vries (NED), De combinatie heeft in 1995 in Mondorf-les-Bains en in 1997 in ’s-Hertogenbosch deelgenomen aan de finale van de World Cup en heeft met het Nederlandse team bij de Olympische Spelen 1996 in Atlanta de zilveren medaille behaald in de landenwedstrijd dressuur. Na 1997 is Imke Schellekens-Bartels (NED) nog enkele jaren met Barbria in Grand Prix dressuurwedstrijden uitgekomen.

Carramba KWPN, ruin, 1984, bruin, MV. Ulex Sgldt, ruiter Claudia Bauwens (BEL) en

Heruto KWPN, hengst, 1989, bruin, MV. Enfant de Normandie SF,  ruiter Coby van Baalen – Dorresteijn (NED).

Doruto heeft een dressuurindex van 145 met een betrouwbaarheid van 92 % en een springindex van 76 met een betrouwbaarheid van 81 %.

 

6.  Herbststurm Trak DE309090009162

Herbststurm Trak (V. Komet Trak) is een bruine hengst met een stokmaat van 168 cm.
Hij is op 3 april 1962 geboren en is gefokt door de Kurhessische Hausstiftung in Panker, dat 20 km ten oosten van Kiel in het noordoosten van Sleeswijk-Holstein ligt.
De moeder van Herbststurm is de zwarte elite merrie Herbstgold Trak (1957, V. Totilas Trak). Zij is ook de moeder van de hengsten Hertilas Trak (1963, V. Loretto Trak), Herzbube Trak (1964, V. Gunnar Trak) en Herzkönig Trak (1972, V. Erzsand Trak), die alle drie zijn goedgekeurd door het Trakehner stamboek, terwijl Herzbube ook door het Zweedse stamboek is goedgekeurd.

Tweede moeder van Herbststurm is de zwarte Herbstzeit Trak (1942, V. Bussard Trak). Zij is ook de moeder van de hengst Herbstwind Trak (1949, V.  Perserfürst Trak) en tweede moeder van de hengsten Kongo Trak (1958, V. Komet Trak, zie hfdst. 2.), zijn broer Herbstglanz Trak (1961, zie hfdst. 4.), Herbstmorgen Trak (1972, V. Index Trak) en Herbsttanz Trak (1973, V. Tannenberg Trak). Alle genoemde hengsten zijn goedgekeurd door het Trakehner stamboek.

Gerekend over acht generaties heeft Herbststurm een afstamming met 59,4 % Trakehner bloed en 36,7 % Engels- en Arabisch volbloed.

Herbststurm is in het najaar van 1964 in Neumünster goedgekeurd door het Trakehner stamboek.
Hij heeft in 1965 deelgenomen aan een verrichtingsonderzoek en heeft dat winnend afgesloten.
Herbststurm is op de DLG-tentoonstelling 1970 in Keulen uitgeroepen tot kampioen.
In maart 1975 is Herbststurm in Næstved goedgekeurd door het Deense stamboek en vanaf 1976 is hij actief geweest in de Deense fokkerij.

Herbtssturm is na 1985 niet meer actief geweest in de fokkerij en is in 1987 overleden.

In Duitsland zijn 68 dochters van Herbststurm als fokmerrie ingeschreven in het stamboek en zijn 211 nakomelingen geregistreerd als wedstrijdpaard. Zij hebben samen een winsom van € 84.705.

Volgens de databases Sukuposti en All Breed Pedigrees zijn in de Deense periode circa 100 nakomelingen van Herbststurm geregistreerd, waaronder 20 Trakehners, vijf Knabstrubers en circa 75 Deense rijpaarden.

Vier dochters van Herbststurm zijn moeder van een goedgekeurde hengst geworden:

Hoffnung Trak, 1971, donkerbruin, MV. Carajan Trak, is de moeder van de hengst Ansatz Badwu (1081, V. Amor Hann), die is goedgekeurd door het Baden-Württembergse stamboek;

Helena Trak elite, 1975, zwartbruin, MV. Pregel Trak, is de moeder van de in de Verenigde Staten gefokte hengsten Hadrian Trak (1983, V. Beaute Trak) en Harper Trak (1987, V. Mahon Trak). Beide hengsten zijn goedgekeurd door het Amerikaanse  Trakehner stamboek en Harper is ook goedgekeurd door het Oldenburgse Sportpaarden stamboek in Noord-Amerika;

Bally Maid DWB, 1976, MV. Ballylinan xx, is de moeder van de hengst Stald Calles Bror Bally DWB (1983, V. Triumph Oldbg), de is goedgekeurd door het Deense stamboek en

Nora Trak, 1976, vos, MV.  Ackjonariusz Trak) is de moeder van de hengst Leonard DWB (1984, V.  Atlantic DWB), die is goedgekeurd door het Deense stemboek.

Tien zonen van Herbststurm zijn goedgekeurd voor de fokkerij:
Sandsturm Trak (1966), Sleipnir Trak (1967), Idol /Jagerneester Trak (1968), Sternglanz Trak (1968). Ferlino Trak (1970), Meteoor Trak (1971), Roland Trak (1972), Gasparone Trak (1973) en Benito Trak (1974).

De hengsten Sandsturm, Roland en Benito hebben niet veel invloed op de fokkerij gehad en worden hieronder kort aangestipt. De overige zonen van Herbststurm worden verderop in de tekst in afzonderlijke hoofdstukken besproken.

De hengst Sandsturm Trak (MV. Indigo I Trak) is in het najaar van 1968 goedgekeurd door het Trakehner stamboek. De hengst is ingeteeld op de hengst Goldregen Trak (1943, V. Creon), die twee keer als overgrootvader in de afstamming voorkomt en een inbreng heeft van 25 % in de erfelijke aanleg.
Sandsturm is tot omstreeks 1971 beschikbaar geweest voor de fokkerij. In Duitsland zijn vijf nakomelingen van Sandsturm als wedstrijdpaard geregistreerd.

De hengst Roland Trak (MV. Halali Trak) is in de Verenigde Staten geboren nadat zijn moeder, drachtig van hem, uit Duitsland was geïmporteerd. In april 1975 was hij één van de eerste hengsten die door het Amerikaanse Trakehner stamboek zijn goedgekeurd. Roland is vrijwel alleen gebruikt op de stoeterij van zijn eigenaar Roswitha Daemen – van Buren.
Met de hengst Domritter Trak (1989, MV. Melos Trak) heeft hij één goedgekeurde zoon gebracht. Roland is in 2004 overleden.

De hengst Benito Trak (MV. Gabriel Trak) is op jonge leeftijd verkocht naar Australië.  Volgens de website van de Alexander Park stoeterij in Avon Valley bij Perth in West Australië zijn van Benito acht nakomelingen geregistreerd.

 

6.1.  Sleipnir  Trak  DE309090032267   

 

Sleipnir Trak (V. Herbststurm Trak) is een donkerbruine hengst met een stokmaat van 165 cm. Hij is geboren op 16 maart 1967 en is gefokt door Peter Elxnat uit Wangerland, dat vijftien km ten noorden van Wilhelmshaven in het noordwesten van Nedersaksen ligt.
De moeder van Sleipnir is de zwartbruine merrie Stelldichein Trak (1959,  V. Indigo II Trak). Zij is ook de tweede moeder van de hengsten Sedan Trak (1970, V. Komtur Trak) en Solist Trak (1971, V. Bergkönig Trak), die beiden zijn goedgekeurd door het Trakehner stamboek.
Tweede moeder van Sleipnir is de donkerbruine elite merrie Schwindlerin Trak (1940, V. Alibaba Trak). Zij is ook de tweede moeder van de hengsten Saturn Trak (1961, V. Geysir Trak), zijn broer Salut Trak (1962) en Sturmwind Trak (1964, V. Impuls Trak), die alle drie zijn goedgekeurd door het Trakehner stamboek.

Gerekend over acht generaties heeft Sleipnir een afstamming met 62,5 % Trakehner bloed en 32,8 % Engels- en Arabisch volbloed.

Sleipnir is in het najaar van 1969 in Neumünster goedgekeurd door het Trakehner stamboek. Hij is van 1970  tot en met 1976 voor de fokkerij beschikbaar geweest op een hengstenstation in Brockhagen, dat ten noorden van Gütersloh in Nedersaksen ligt.  Sleipnir is in 1982 overleden.

In Duitsland zijn 102 nakomelingen van Sleipnir geregistreerd als wedstrijdpaard. Zij hebben een gezamenlijke winsom van € 76.147.

 

 

6.2. Idol Trak DE 309090035868 / Jagermeester KWPN 55 Stb

 

Idol Trak (V. Herbststurm Trak) is een vos hengst met een stokmaat van 165 cm. Hij is op 23 februari 1968 geboren en is gefokt door Ernst Krietemeyer uit Basdahl, dat circa 30 km ten oosten van Bremerhaven in het noorden van Nedersaksen ligt.
De moeder van de hengst is de schimmel merrie Iris IV Trak (1958, V. Pokal Trak). Zij is ook de moeder van de hengst Inox Trak (1972, V. Amagun Trak) en ze is de tweede moeder van de hengst Igor Trak (1968, V. Magnet Trak). Beide hengsten zijn goedgekeurd door het Trakehner stamboek en Igor is ook door het Hannoveraanse stamboek goedgekeurd.
Tweede  moeder van Idol / Jagermeester is de bruine Inka Trak (1954, V. Humboldt Trak). Zij is ook de moeder van de hengsten Inkarnat Trak (1960, V. Tartar Trak), Irian Trak (1962, V. Carajan Trak), Imposant Trak (1964, V. Flugsand Trak) en zijn broer Ingbert Trak (1965), die alle vier zijn goedgekeurd door het Trakehner stamboek.
De verdere moederlijn is vanaf de vijfde generatie onbekend.

Gerekend over acht generaties heeft Idol / Jagermeester voor zover bekend een afstamming met tenminste 51,6 % Trakehner bloed en tenminste 41,4 % Engels- en Arabisch volbloed.

Idol is in het najaar van 1970 in Neumünster goedgekeurd door het Trakehner stamboek en is na de keuring verkocht naar Nederland.
De hengst is op de hengstenkeuring 1971 van het KWPN in Utrecht voorgesteld door Arie van Baalen uit IJsselstein en door het KWPN afgewezen. Daarna heeft de herkeuringscommissie de hengst alsnog goedgekeurd. Omdat het KWPN voor de naamgeving van paarden een systeem hanteert waarbij de naam van een paard moet beginnen met een letter die is toegewezen aan het geboortejaar, is de naam Idol gewijzigd in Jagermeester.

Jagermeester heeft in de herfst van 1971 in Emmeloord deelgenomen aan een verrichtingsonderzoek van 60 dagen, Zijn prestaties zijn gewaardeerd met 8,14 punten voor de rijproef, negen punten voor het vrij springen en acht punten voor het springen o/z, negen punten voor de trekproef en tien (!) punten voor de terreinproef; negen punten voor het karakter en negen punten voor de algemene indruk. In totaal behaalde hij 179,42 punten.
De verrichtingsjury heeft opgemerkt dat Jagermeester in alle onderdelen een beste verrichting gaf. Hij heeft een prima karakter en zou in de achterhand meer stuwing kunnen hebben.

In de herfst van 1971 zijn in Nederland verrichtingsonderzoeken uitgevoerd in Deurne, Emmeloord en Sleen. In totaal hebben 22 rijpaardhengsten aan de onderzoeken deelgenomen, waarvan Jagermeester de hoogste waardering heeft ontvangen. Tweede was Jashin KWPN (1968, V. Le Faquin xx) met 165,58 punten.

Tijdens de KWPN-hengstenkeuring 1972 in Utrecht is Jagerneester in de rubriek rijpaardhengsten die in 1971 aan het verrichtingsonderzoek hebben deelgenomen als eerste geplaatst. De jury heeft daarbij meegedeeld dat Jagermeester zich sinds de vorige keuring goed heeft ontwikkeld. Hij heeft veel klasse en extra bewegingen.

In 1972 is Jagermeester, gereden door Gerda Smelt -Roerink, nationaal kampioen bestgaande rijpaard geworden.

Tijdens de KWPN-hengstenkeuring 1973 in Utrecht heeft Jagermeester een rubriek rijpaardhengsten onder het zadel gewonnen.

Jagermeester is van 1971 tot en met 1974 in Nederland beschikbaar geweest voor de fokkerij en is in het najaar van 1974 verkocht naar Duitsland.
Omdat de hengst al naar het buitenland was verkocht, is van Jagermeester in 1974 geen afstammelingenonderzoek uitgevoerd.

In Duitsland heeft Idol in 1975 in Adelheidsdorf deelgenomen aan een verrichtingsonderzoek van 100 dagen. Daarover is meegedeeld dat de stap, draf en galop zeer goed zijn en de hengst goed tot zeer goed is te rijden. Idol heeft een goede springaanleg en heeft in de terreinrit zeer goed gepresteerd. Ook het karakter en het temperament zijn als zeer goed gewaardeerd. Idol is een zeer getalenteerd rijpaard met een goede werklust in alle disciplines. Hij is in alle onderdelen goed en gesloten gebouwd met een goede bespiering. Het hoofd heeft veel uitdrukking, de hals is rijtypisch en de bewegingen zijn elastisch.
In de jaren 1975 tot en met 1980 is Idol is Duitsland beschikbaar geweest voor de fokkerij.

In de herfst van 1981 is de hengst door Hamilton Farm in Hamilton, Massachusetts  geïmporteerd in de Verenigde Staten.
In 1982 is hij gekwalificeerd voor de Amerikaanse trials voor deelname aan het Wereldkampioenschap dressuur, maar door ziekte (E. coli) heeft hij daar niet aan kunnen deelnemen. In 1985 is Idol op de Hamilton Fam overleden.

Het KWPN heeft 419 nakomelingen van Jagermeester geregistreerd, Volgens de KWPN database zijn 79 dochters als fokmerrie ingeschreven in het stamboek, waaronder vier keumerries en  25 stermerries. Vijf dochters hebben het predicaat preferent ontvangen en aan drie dochters is het predicaat prestatie toegekend.

Twee dochters van Jagermeester zijn moeder van een goedgekeurde hengst geworden:

Nolda KWPN keur preferent, 1972, vos, MV. Ulex Sgldt, is de moeder van de hengst Wanroij KWPN (1980, V. Symfonie KWPN), die is goedgekeurd door het KWPN en

Ritrine KWPN ster, 1975, bruin, MV. veulenboekhengst van Artilleur SF, is de moeder van de hengst Mac Arthur KWPN (1981, V. Almé SF), die is goedgekeurd door het Selle Français stamboek.

Dochter  Odine KWPN ster preferent, 1973, MV. Thijs NWP, is de tweede moeder van de hengst Hilton KWPN (1989, V. Damiro KWPN).

Van de zonen van Jagermeester zijn Natron KWPN (1972), Nautilus KWPN (1972) en Prominent Rhein (1974) goedgekeurd voor de fokkerij.

De hengsten Natron en Nautilus worden verderop in de tekst in afzonderlijke hoofdstukken besproken.

De hengst Prominent Rhein (MV. Talisman xx) is goedgekeurd door het Rijnlandse stamboek. Van de hengst is één nakomeling bekend.

In Duitsland zijn 60 nakomelingen van Idol geregistreerd als wedstrijdpaard. Zij hebben samen een winsom van .€ 18.010.

Jagermeester heeft in Nederland een dressuurindex van 131 met een betrouwbaarheid van 63 %.

 

 

6.2.1.   Natron KWPN 139 Stb 

 

Natron KWPN (V. Jagermeester Trak) is een vos hengst met een stokmaat van 166 cm. Hij is op 10 april 1972 geboren en is gefokt door E.J. Garretsen uit Hummelo, dat circa vijf km ten noordwesten van Doetinchem in de provincie Gelderland ligt.
De moeder van Natron is de merrie Afilama Sgldt preferent (1959, V. Utgent Sgldt) en tweede moeder is de vos Ufilama Sgldt (1955, V. Luitenant Sgldt).
Gerekend over acht generaties heeft Natron een afstamming met 29,7 % Trakehner bloed, 15,6 % Engels- en Arabisch volbloed, 13,3 % Gelders bloed en 12,5 % Oostfries bloed.

Natron is in 1975 tijdens de hengstenkeuring in Utrecht door het KWPN goedgekeurd voor de fokkerij. Hij is als 25e van de 36 goedgekeurde rijpaardhengsten geplaatst. Opgemerkt is dat vader Jagermeester kampioen bestgaande rijpaard van Nederland is. De hengst komt uit een best gefokte lijn. Overgrootmoeder Freula van stal Schrijver uit Terwolde was een excellent landbouwrijpaard, dat daarnaast veel goede kinderen gebracht heeft. Zonder volbloed in de afstamming lijkt de rijpaard-aanleg toch sterk aanwezig. Natron is een hengst met een goede breedte en diepte uit een erkende merriestam. De stap en draf zijn goed.

Natron heeft in het najaar van 1975 in Sleen deelgenomen aan een verrichtingsonderzoek van 60 dagen. Door kreupelheid heeft hij vier weken later dan gepland deelgenomen aan een (uitgestelde) eindbeoordeling. Daarbij heeft hij voor de rijproef 7,57 punten gekregen, voor zowel het vrij springen als het springen o/z een 7,5, voor de trekproef een negen, voor de terreinrit een zeven en voor het karakter en de algemene indruk twee keer een acht. In totaal heeft Natron 154,21 punten behaald.

De verrichtingsjury heeft opgemerkt dat Natron tijdens de training goed zijn best doet. Hij maakt wel vorderingen, maar voldoet toch niet aan de verwachtingen. Kreeg mede hierom halverwege het onderzoek een andere ruiter. Tegen het einde van het onderzoek verbeterde hij wel. Natron is flegmatiek. Hij heeft voldoende aanleg als springpaard, en weinig aanleg als terrein- en dressuurpaard. Zijn stalgedrag is normaal. Tijdens de oefeningen is hij attent en hij heeft een goed humeur. Het gedrag tijdens de aangespannen proef is normaal.

Aan het verrichtingsonderzoek is in 1975 door 33 rijpaardhengsten deelgenomen, waarvan er vijf geen eindbeoordeling hebben afgelegd. Van de 28 resterende hengsten is Natron als achtste geëindigd.

Tijdens de hengstenkeuring 1976 is Natron als achtste geplaatst van de 17 rijpaardhengsten die in 1975 hebben deelgenomen aan het verrichtingsonderzoek. Daarbij is gemeld dat de soort van Natron voldoende goed is, evenals zijn bewegingen De achterhand wordt goed ondergebracht. De hengst zou iets minder statuur kunnen hebben (?).

In augustus 1978 heeft het KWPN een volledige collectie afstammelingen (veulens, enters en twenters) van Natron beoordeeld. Daarover is gerapporteerd dat Natron te weinig een eigen stempel op zijn nakomelingen drukt.

De veulens vertoonden over het algemeen te weinig klasse, waarbij nogal eens een bemerking op het achterbeen moest worden geplaatst. De voorstand is dikwijls te steil. De stap komt vaak matig ruim uit de schouder. De veulens houden het voorbeen vaak onder zich. De draf is meestal beter dan de stap. De veulens gingen ook beter dan de nogal ongelijksoortige moeders.

De enters zijn harder en hebben meer kwaliteit dan veulens. Ze zijn voldoende uniform. Het middenstuk is dikwijls vrij lang en de croupe zou vaak langer moeten zijn. De stap en draf zijn voldoende, al werd de achterhand vaak wat weinig ondergebracht en ontbrak daar de kracht. De enters vormden de beste groep.

Bij de twenters was de stap beter dan bij de enters. Enkele twenters waren wat voos in de spronggewrichten. Ze misten uniformiteit en – bij voldoende ontwikkeling – deden ze ook wat eenvoudig aan en vertoonden een minder fijn hoofd. De draf kon er bij door, al was de beweging vóór beter dan achter.

De nakomelingen toonden dikwijls hetzelfde iets te lang gerekte model wat Natron zelf ook heeft.
Op basis van het resultaat van het afstammelingenonderzoek heeft het KWPN Natron afgekeurd voor de fokkerij.

Natron is van 1975 tot en met 1978 op een hengstenstation in Elst (Gld) beschikbaar geweest voor de fokkerij. Van hem zijn 112 nakomelingen geregistreerd.

 

 

6.2.2.  Nautilus KWPN 74.4037 vb  

 

Nautilus KWPN (V. Jagermeester Trak) is een vos hengst met een stokmaat van 171 cm. Hij is op 2 april 1972 geboren en is gefokt door H.J. Hebbink uit Zelhem, dat circa vijf km ten noordoosten van Doetinchem in de provincie Gelderland ligt.
De moeder van Nautilus is de vos merrie Frieda Sgldt kroon (1964, V. Utopia Sgldt) en tweede moeder is de vos Volvia Sgldt (1956, V. Nelson Sgldt).
Gerekend over acht generaties heeft Nautilus een afstamming met 29,7 % Trakehner bloed, 18,0 % Engels- en Arabisch volbloed, 10,9 % Gelders bloed en 10,9 % Oldenburgs bloed.

Nautilus is in 1975 tijdens de hengstenkeuring in Utrecht door het KWPN voor één jaar goedgekeurd voor de fokkerij en aangewezen om aan het verrichtingsonderzoek deel te nemen. Nautilus is daarbij als achtste geplaatst van 36 goedgekeurde rijpaardhengsten.
Het stamboek heeft daarover gemeld dat vader Jagermeester een Trakehner importhengst is die op 4-jarige leeftijd kampioen rijpaard van Nederland is geworden. Nautilus komt uit een lange merriestam van gemengde bloedopbouw met veel hardheid. Alle vaders, die aan de bouw van deze stam hebben meegedaan, hebben zich als dekhengst gehandhaafd. Nautilus is een sterke hengst met een  goed gesloten bovenbouw en een goede flankdiepte. Zijn fijne huid wijst op kwaliteit. De achterstand is iets nauw.
In het najaar van 1975 heeft Nautilus in Sleen deelgenomen aan een verrichtingsonderzoek van 60 dagen. Daarbij heeft hij 8,14 punten gekregen voor de rijproef. Wegens voortdurend verzet heeft Nautilus geen cijfers gekregen voor het vrij springen en het springen o/z. Voor de aangespannen pref heeft hij een negen ontvangen en voor de terreinrit een vijf. Het karakter en het stal- en trainingsrapport zijn beide met een vier gewaardeerd. Nautilus heeft in totaal 80,42 punten gescoord.

De verrichtingsjury heeft over het onderzoek gerapporteerd dat de bewegingen van Nautilus tijdens de rijproef veel ruimte hebben, waarbij de stap extra goed is. Wel is de hengst wat flegmatiek. Bij het vrij springen heeft Nautilus niet aan de eisen voldaan en bij het springen onder het zadel moest hij wegens ongehoorzaamheid het parcours verlaten. De hengst presteerde best in de aanspanning en was daarbij goed betrouwbaar. In het terrein gaat hij zwaarmoedig; Nautilus is geen terreinpaard. Het karakter is zeer flegmatiek en weigerachtig.
Nautilus kwam in een te zware voedingstoestand in het onderzoekcentrum aan en is tijdens de training in gewicht verminderd en harder geworden. De hengst was in het begin lui en ging weinig vooruit. Later maakte hij voldoende vorderingen en is hij, met name onder de man, verbeterd. De laatste twee trainingsweken vordert de hengst niet meer en is hij verzet gaan plegen. De aanleg als spring- en terreinpaard is matig. De aanleg voor dressuurpaard is wel aanwezig.
De trainingsleider heeft aangegeven dat het gedrag van Nautilus op stal en bij het verzorgen normaal is. Hij eet graag. Bij de oefeningen is hij dom en lui. Ook heeft hij weinig looplust.
Na het onderzoek is Nautilus niet meer beschikbaar gesteld voor de fokkerij.

Het KWPN heeft uit 45 geregistreerde dekkingen 26 veulens van Nautilus geregistreerd. Twee dochters van de hengst zijn als fokmerrie ingeschreven in het stamboek.

 

 

6.3.  Sternglanz  Trak DE309090032668

 

Sternglanz Trak (V. Herbststurm Trak) is een zwarte hengst met een stokmaat van 163 cm. Hij is op 9 december 1967 geboren en is gefokt door Peter Elxnat uit Wangerland, dat vijftien km ten noorden van Wilhelmshaven in het noordwesten van Nedersaksen ligt.
De moeder van Sternglanz is de zwarte merrie Sternlicht Trak (1959, V. Indigo II Trak). Zij is ook de moeder van de hengst Schachzug Trak (1973, V. Bergkönig Trak), die is goedgekeurd door het Trakehner stamboek.
Tweede moeder van Sternglanz is de zwarte elite merrie Sternblume Trak (1951, V. Polarstern Trak). Zij is ook de moeder van de hengsten Saturn Trak (1961, V, Geysir Trak), zijn broer Salut Trak (1962) en van Sturmwind Trak (1964, V. Impuls Trak), die alle drie zijn goedgekeurd door het Trakehner stamboek.
Gerekend over acht generaties heeft Sternglanz een afstamming met 68,8 % Trakehner bloed en 25,8 % Engels- en Arabisch volbloed.

Sternglanz is in 1969 of 1970 goedgekeurd door het Trakehner stamboek en is tot en met 1981 beschikbaar geweest voor de fokkerij.

Zijn dochter Fauna Trak, 1962, schimmel, MV. Magister Trak, is de moeder van de hengst Fanal Trak (1990, V. Sarafan Trak), die is goedgekeurd door het ZfdP.

In Duitsland zijn van hem 30 nakomelingen geregistreerd als wedstrijdpaard. Zij hebben samen een winsom van € 7.712.

 

 

6.4.  Ferlino Trak  DE309090036470 

 

Ferlino Trak (V. Herbststurm Trak) is een vos hengst met een stokmaat van 163 cm. Hij is op 10 maart 1970 geboren en is gefokt door stoeterij Grumbach uit Schafbrücke, dat bij Saarbrücken in Saarland ligt.
De moeder van Ferlino is de schimmel elite merrie Feh Trak (1956, V. Altan Trak). Zij is ook de moeder van de hengsten Frohsinn Trak (1961, V. Reichsfürst Zw) en Ferlin Trak (1966, V. Maharadscha Trak), die beiden zijn goedgekeurd door het Trakehner stamboek.
Tweede moeder van Ferlino is de schimmel Feodora Trak (1942, V. Canino O.Pr.). Zij is ook de moeder van de hengsten Fez Trak (1959, V. Suomar Trak) en Fedor Trak (1960, V. Reichsfürst Zw). Bovendien is ze de tweede moeder van de hengsten Fidelio Trak (1961, V. Reichsfürst Zw) en Faharadscha Trak (1970,  V. Maharadscha Trak).
Fez is goedgekeurd door het Trakehner stamboek; Fedor door het Trakehner- en het Rijnland – Palts – Saar stamboek; Fidelio door het Trakehner- en het Mecklenburgse stamboek en Faharadscha door het Trakehner- en het Tsjechische stamboek.
Gerekend over acht generaties heeft Ferlino een afstamming met 64,1 % Trakehner bloed en 30,5 %5 Engels- en Arabisch volbloed.

Ferlino is in het najaar van 1972 in Neumünster goedgekeurd door het Trakehner stamboek. Hij is van 1973 tot en met 1980 als privéhengst beschikbaar geweest in het noorden van Nedersaksen. In de jaren 1981 – 1984 is Ferlino gehuurd door het Haupt- en Landgestüt Marbach. Van 1985 tot en met 1989 is hij als sportpaard gebruikt en van 1990 tot 1992 is hij voor de fokkerij beschikbaar geweest op een hengstenstation in Oerel in het noorden van Nedersaksen.

In Duitsland zijn 55 nakomelingen van Ferlino geregistreerd als wedstrijdpaard. Zij hebben samen € 13.025 gewonnen.

 

 

6.5.  Meteoor Trak DE 309090041871 / KWPN 112 Stb

 


Meteoor Trak (V. Herbststurm Trak) is een donkerbruine hengst me een stokmaat van 172 cm. Hij is op 9 april 1971 geboren en is gefokt door O.F. Fürst zu Ysenburg und Büdingen uit Büdingen, dat circa 40 km ten noordoosten van Frankfurt am Main in Hessen ligt. Bij de geboorte heeft de hengst van zijn fokker de naam Balthasar gekregen.
Zijn moeder is de volbloedmerrie Bathildis xx (1955, V. Goody xx) en tweede moeder is de bruine Blaue Adria xx (1939, V. Ladro xx).
Blaue Adria xx is ook de moeder van de hengsten Baal xx (1950, V. Gundomar xx) en Baalim xx (1958, V. Mangon xx)  en ze is de tweede moeder van de hengsten Bajazz xx (1962, V. Magnat xx), Blauspecht xx (1955, V. Madjar xx), Belos xx (1960, V. Masetto xx) en Blaubart xx (1966, V. Bürgemeister xx). Belos xx is goedgekeurd door het Zwitserse ZVCH stamboek, Blaubart xx door de stamboeken Saksen-Anhalt en Saksen-Thüringen en Bajazz xx, en Blauspecht xx zijn actief geweest in de volbloedfokkerij in Duitsland.
Gerekend over acht generaties heeft Balthasar/Meteoor een afstamming met 61,7 % Engels volbloed en 37,5 % Trakehner bloed.

De hengst is in februari 1974 onder de naam Meteoor door de heer H.A, van Tuyl uit Gameren gepresenteerd op de hengstenkeuring in Utrecht en daarbij goedgekeurd door het KWPN.
Meteoor is als twaalfde geplaatst van de 31 goedgekeurde rijpaardhengsten. In dat verband heeft het KWPN meegedeeld dat Meteoor’s vader Herbststurm een invloedrijke Trakehner hengst van Komet Trak uit een dochter van Totilas Trak is. De moeder is een volbloedmerrie, uiteraard van oeroude origine. Deze combinatie van volbloedmoeder x rijpaardhengst is betrekkelijk nieuw en is daarom zeer interessant. Meteoor is een rijke verschijning met veel adel en van dezelfde vader als de hengst Jagermeester. Het achterbeen van Meteoor zou nog even beter kunnen zijn.

Meteoor heeft in het najaar van 1974 in Sleen deelgenomen aan een verrichtingsonderzoek van 60 dagen. Hij heeft daarbij 7.57 punten voor de rijproef behaald, negen punten voor het vrij springen, acht punten voor het springen o/z, negen punten voor de aangespannen proef, zeven punten voor de terreinrit, acht punten voor zijn karakter en zeven punten voor het trainingsrapport. In totaal heeft Meteoor 155,71 punten behaald.
Over het onderzoek is gemeld dat Meteoor goede vorderingen heeft gemaakt. De bereidheid om te werken en de aanleg zijn aanwezig. Het stalgedrag was aanvankelijk wat druk, maar later normaal. Meteoor is een wever. Bij oefeningen is hij attent en gewillig. Het heeft een levendig orenspel. Bij aangespannen werk is hij gewillig. De hengst heeft een goed karakter. Bij aankomst in het onderzoekcentrum had Meteoor rechtsachter een dikke kogel; deze bleef dik, maar de hengst had er geen last van.

Aan het verrichtingsonderzoek in 1974 hebben 31 rijpaardhengsten deelgenomen, waarvan er vier door kreupelheid (2) of cornage (2) het onderzoek voortijdig hebben beëindigd. Meteoor heeft het onderzoek als elfde afgesloten.

Tijdens de KWPN-hengstenkeuring 1975 is Meteoor als negende geplaatst van de vijftien rijpaardhengsten die in 1974 het verrichtingsonderzoek hebben afgelegd. Het KWPN heeft gemeld dat Meteoor een mooi gelijnde hengst met veel adel is. In beweging zou hij iets meer kunnen stuwen vanuit de achterhand.
In een rubriek onder het zadel is hij als tweede van vier deelnemers geplaatst. Daarbij is opgemerkt dat de hengst veel kwaliteit heeft maar dat de draf iets voorzichtig is.

In augustus 1977 heeft het KWPN een volledige collectie afstammelingen (veulens, enters en twenters) van Meteoor beoordeeld. Daarover is gerapporteerd dat de veulens dooreen genomen goed van type zijn, maar dat de bovenlijn sterker zou kunnen. De stap is  achter te stokkerig met weinig buiging in de spronggewrichten en vaak te weinig kootvering.
Doordat ze laat zijn geboren waren meerdere enters wat achter in ontwikkeling. Over het algemeen waren de schouders te kort en te recht, waardoor de bovenlijn te wensen overliet. De bewegingen van de enters waren beter dan bij de veulens.
Bij de twenters zijn vooral aanmerkingen gemaakt op de bouw en stand van het achterbeen.
Bij alle drie groepen kwamen afwijkende kniegewrichten voor.
Op grond van de bevindingen heeft het KWPN besloten Meteoor af te keuren voor de fokkerij.

Het KWPN heeft 191 nakomelingen van Meteoor geregistreerd.
Drieëndertig dochters zijn als fokmerrie ingeschreven in het stamboek, waarbij drie dochters het keurpredicaat hebben ontvangen en zeven dochters stermerrie zijn geworden.

Dochter Uricarla keur KWPN ( 1978, MV, Joost Holst) heeft de predicaten preferent en prestatie ontvangen.

 

 

6.6.  Gasparone  Trak  DE309090029973

 

Gasparone Trak (V. Herbststurm Trak) is een zwarte hengst met een stokmaat van 168 cm. Hij is geboren op 16 december 1972 en is gefokt door Ruth Borst uit Donzdorf, dat circa vijftien km ten oosten van Göppingen in het noordoosten van de deelstaat Baden-Württemberg ligt.
De moeder van Gasparone is de zwartbruine merrie Gobeline Trak (1965, V. Gobelin Trak). Zij is ook de moeder van de hengst Gratian Trak (1978, V. Graciano Trak), die is goedgekeurd door het Trakehner stamboek.
Tweede moeder van Gasparone is de vos Gaby Trak (1956, V. Gabriël Trak).
Gerekend over acht generaties heeft Gasparine een afstamming met 64,1 % Trakehner bloed en 26,6 % Engels- en Arabisch volbloed.

Gasparone is in het najaar van 1975 in Neumünster goedgekeurd door het Trakehner stamboek. Hij is van 1976 tot en met 1988 in Duitsland beschikbaar geweest voor de fokkerij. In 1989 is hij verhuurd aan de Godington stoeterij in Bicester, dat net ten noorden van Oxford in Engeland ligt. Daar is Gasparone in 1990 gebruikt voor de fokkerij.

Zijn zoon Hakoon Trak (1979, MV. Schabernack Trak) is goedgekeurd door het Trakehner stamboek, Van Hanoon zijn twee nakomelingen bekend.

In Duitsland zijn 73 nakomelingen van Gasparone geregistreerd als wedstrijdpaard. Zij hebben samen een winsom van € 29.511.

 

 

7.  Konsul Trak DE 309090013362 / Karaat NWP 1516

 

Konsul Trak (V. Komet Trak) is een zwartbruine hengst met een stokmaat van 162 cm. Hij is op 29 januari 1962 geboren en is gefokt door de Kurhessische Hausstiftung in Panker, dat 20 km ten oosten van Kiel in het noordoosten van Sleeswijk-Holstein ligt.
De moeder van Konsul is de schimmel merrie Klippe Trak (1953, V. Famulus Trak), Zij is ook de tweede moeder van de hengst Klient Trak (1967, V. Gunnar Trak) die is goedgekeurd door het Trakehner stamboek.
Tweede moeder van Konsul is de donkerbruine Klugheit Trak (1938, V. Liebenberg Trak). Zij is ook de moeder van de hengst Aquavit Trak (1951, V. Absinth Trak), die is goedgekeurd door het Trakehner stamboek.
Gerekend over acht generaties heeft Konsul een afstamming met 43,8 % Engels- en Arabisch volbloed en 43,8 % Trakehner bloed.

Konsul Trak is in het najaar van 1964 goedgekeurd door het Trakehner stamboek. Hij heeft in 1965 in Westercelle met een voldoende resultaat deelgenomen aan een verrichtingsonderzoek en is in 1965 in Duitsland beschikbaar geweest voor de fokkerij.
In het voorjaar van 1966 is Konsul goedgekeurd door het Noord Nederlandse Warmbloedstamboek NWP, waarbij de naam van de hengst is gewijzigd in Karaat.

Hij is in 1966 en 1967 op een hengstenstation in Sleen beschikbaar geweest voor de fokkerij.
In mei 1968 is hij wegens vermeende onvruchtbaarheid gecastreerd. Achteraf bleek Karaat goed te bevruchten.

Uit zijn Duitse periode is zijn goedgekeurde zoon Admiral Trak voortgekomen. Uit zijn Nederlandse periode zijn enkele nakomelingen bekend.

 

 

7.1.  Admiral Trak  DE309090023866   

 

Admiral Trak (V. Konsul Trak) is een zwartbruine hengst met een stokmaat van 167 cm. Hij is op 22 januari 1966 geboren en is gefokt door stoeterij Webelsgrund in Springe, dat circa 20 km ten zuiden van Hannover in Nedersaksen ligt.
De moeder van Admiral is de vos merrie Atlantis Trak (1956, V. Humboldt Trak). Zij is ook de moeder van de hengst Achat Trak (1968, V. Malachit Trak) en ze is de tweede moeder van de hengst Arrak Trak (1977, V. ibikus Trak). Beide hengsten zijn goedgekeurd door het Trakehner stamboek.
Tweede moeder van Admiral is de zwarte Atlanta Trak (1950, V. Hansakapitän Trak).
Gerekend over acht generaties heeft Admiral een afstamming met tenminste 45,3 % Trakehner bloed en tenminste 30.1 % Engels- en Arabisch volbloed.

Admiral is in 1968 goedgekeurd door het Trakehner stamboek en is tot zijn dood in 1980 als “Landbeschäler” voor de fokkerij beschikbaar geweest bij het Landgestüt van Rijnland-Palts in Zweibrücken.

In Duitsland zijn van Admiral 107 nakomelingen geregistreerd als wedstrijdpaard. Zij hebben een gezamenlijke winsom van € 51.722.

 

 

8.  Cordial Trak DE 309090025166

 

Cordial Trak (V. Komet Trak) is een donkere vos hengst met een stokmaat van 165 cm. Hij is op 1 maart 1966 geboren en is gefokt door stoeterij Schwaighof in Almanshofen, dat circa 25 km ten noorden van Augsburg in Beieren ligt.
De moeder van Cordial is de schimmel merrie Cornelia Trak (1953, V. Famulus Trak), Zij is ook de tweede moeder van de hengst  Cortez Trak (1966, V. Hartenstein Trak).
Tweede moeder van Cordial is de vos Cajenne Trak (1938, V. Trara Trak), die ook de moeder is van de hengst Carajan Trak (1956, V. Herbstwind Trak). Een grroot deel van de moederlijn van Cordial is onbekend.
Gerekend over acht generaties heeft Cordial een afstamming met, voor zover bekend tenminste 47,7 % Engels- en Arabisch volbloed en tenminste 35,9 % Trakehner bloed.

Cordial is in 1968 goedgekeurd door het Trakehner stamboek en is tot en met 1975 beschikbaar geweest voor de fokkerij.
In Duitsland zijn van Cordial veertien nakomelingen geregistreerd als wedstrijdpaard. Zij hebben samen € 9.964 gewonnen.

 

 

Afgesloten  op 10 september 2021

 

 

 

 

Back To Top